Uit een peiling van La Libre Belgique, VTM, Het Laatste Nieuws en RTL moet blijken dat het Vlaams Belang een aanhang heeft van iets meer dan vijfentwintig procent. Reken daar de vijf procent van de N-VA bij, en de twee separatistische partijen hebben samen een aanhang van meer dan dertig procent.
De uitslag van de opiniepeiling geeft eigenlijk geen of weinig verschuivingen weer vergeleken met de laatste verkiezingen, een procent hier of daar niet te na gesproken. VLD en SP.a blijven hangen rond de twintig procent en Groen! ergens tussen de zeven en de acht procent. Aan de top komt het Vlaams Belang nog maar eens uit de bus als grootste partij van Vlaanderen, zelfs vóór het Vlaams Kartel van CD&V en N-VA, ook al bedraagt het verschil maar een procentje.
Misschien belangrijker in het licht van de recente uitspraken van prins Filip is dat dertig procent van de Vlamingen in de boosheid blijft volharden door voor separatistische partijen te kiezen. Tenzij er binnen het Vlaams Kartel een verschuiving van N-VA naar CD&V aan de gang is, kan aangenomen worden dat de N-VA nog steeds zo'n vijf procent van de kiezers vertegenwoordigt. Tel dat bij de score van het Vlaams Belang, en je zit net boven de dertig procent.
Indien Vlaams Belang en N-VA ook zouden samenwerken in plaats van mekaar tegen te werken, zou het partijpolitieke landschap er trouwens totaal anders uitzien. Een verenigde Vlaamse partij zou torenhoog boven de drie klassieke partijen uitsteken, zoals de figuur hierboven duidelijk toont. En ik kan me inbeelden dat zulke grafieken in Laken niet bepaald bevorderlijk zullen zijn voor de nachtrust van al dan niet taaie paleisbewoners. Het is echter doodjammer dat de twee Vlaams-nationalistische partijen zich niet wat meer laten inspireren door de Belgische wapenspreuk, hoe oubollig die ook moge klinken. Dromen zijn bedrog, maar voorlopig nog niet verboden.
«If anyone disagrees with anything I say, I am quite prepared not only to retract it, but also to deny under oath that I ever said it.» - Tom Lehrer
zondag, december 19, 2004
Onderwijs: sommigen leren het nooit
De resultaten van het laatste PISA-onderzoek zijn veel besproken in de landen die getest werden. Vlaanderen deed het beduidend beter dan België, en de mythe dat Vlaanderen meer gemeenschappelijk heeft met Wallonië dan met Nederland kreeg nog maar eens een knauw. Erger is dat er weer onderwijsprofeten opstaan die denken verbeteringen te moeten aanbrengen die regelrecht ingaan tegen de resultaten van PISA. Sommigen leren het werkelijk nooit.
Vandaag brengt Bert Anciaux het schrijnende verhaal van zijn dochtertje Lien dat last heeft van examenstress. Een gelegenheid voor hem om met een aantal voorstellen te komen om het onderwijs te verbeteren: een stevig leerlingenstatuut, participatiemogelijkheden, het uitbouwen van een brede school, het betrekken van de kunst- en cultuurwereld, de sportwereld en het jeugdwerk, enfin, je voelt van waar de wind komt. Het is misschien eens interessant om te kijken naar landen waar men zulke «verbeteringen» heeft aangebracht, en hoe zij scoren in het PISA-onderzoek.
Noorwegen heeft zijn Reform 97 gehad, een pracht van een hervorming volledig geschoeid op de denkbeelden en idealen van Mei 68. Kinderen moesten nu weliswaar al vanaf hun 6 jaar naar school (vroeger was het 7 jaar), maar hen al iets bijbrengen was volledig taboe. Kinderen moeten immers kunnen spelen, het recht op zorgeloosheid zoals Bert Anciaux het zou uitdrukken. De Noorse kinderen leren dan ook later lezen, schrijven en rekenen dan in andere landen, en dat laat zich natuurlijk voelen in internationale onderzoeken.
Verder kregen de Noorse leerlingen een statuut waardoor ze bijzonder veel inspraak hebben. Menig leraar heeft amper of geen controle over zijn leerlingen, en wie al eens een Noors klaslokaal gezien heeft na de lesuren kan zich levendig inbeelden wat er zich daar overdag moet afspelen. En wat zich daar overdag vooral niét afspeelt. Erg bevorderlijk voor het onderwijs is het allemaal niet, en de leerlingen zelf klagen dat er in de lokalen eigenlijk veel te veel lawaai en rumoer is om er iets nuttig te kunnen uitrichten.
In sommige scholen mogen de leerlingen trouwens zélf kiezen of ze de gemakkelijke, de gemiddelde of de moeilijke sporen van de leerstof willen volgen. Gevolg is dat nogal wat leerlingen het gemakkelijke spoor volgen. Enkel de slimste leerlingen beseffen echter dat het beter is het moeilijkere spoor te volgen als je later een interessante job te pakken wil krijgen. Het laat zich ook raden uit welke sociale klasse de leerlingen komen die het moeilijke spoor proberen volgen, met als gevolg dat het Noorse onderwijs het verschil in achtergrond van de leerlingen niet alleen bestendigt, maar zelfs versterkt. Wie kansrijk is, profiteert ook zoveel mogelijk van alle kansen — wie al als kansarme leerling vertrekt, verspilt de weinige kansen die aangeboden worden, want waarom zou je je moe maken?
Schoolactiviteiten en -uitstappen, daar is zeker geen gebrek aan in het Noorse onderwijs. De weinige uren die de leerlingen op school doorbrengen worden dus nog verder gereduceerd. Ik heb nooit begrepen wat precies het pedagogische nut ervan is als de leerlingen een dag besteden aan het verkopen van koeken op de metro, of als ze een dag lang in een bedrijf werk verrichten (typisch: een en ander in orde brengen in de archiefkamer of een werkje doen waar niemand anders toe komt). De opbrengst gaat uiteraard naar een goed doel, maar je blijft toch met de indruk zitten dat het enthousiasme vooral te wijten is aan het feit dat men een dagje niet op de schoolbanken hoeft door te brengen.
Over schoolbanken gesproken, blokken is hier absoluut taboe — alles kunnen begrijpen is hier het ordewoord. Ik heb echter nooit een duidelijk antwoord gekregen op mijn vraag hoe je iets kan begrijpen zonder het te weten, maar misschien ben ik gewoon niet slim genoeg om dat dan weer te begrijpen. Feit is dat de Noorse leerlingen denken dat ze goed zijn in wiskunde, maar vervolgens een abominabel slechte test doen. En je kan in ieder geval een Noor gemakkelijk shockeren door gewoon te vertellen dat je in het middelbaar zes jaar lang Latijn hebt geleerd. Het moet zo ongeveer de ultieme verschrikking zijn, en men is er hier perfect op geconditioneerd om onmiddellijk uit te roepen dat men blij is dat men dát niet heeft moeten ondergaan. Maar vraag hen dan ook niet wie of wat Cicero is, om over Titus Livius of Ovidius nog maar te zwijgen. Stel je voor...
Het resultaat van dat alles? Noorwegen zit in het PISA-onderzoek ongeveer op het niveau van Franstalig België. Een weinig benijdenswaardige rangschikking dus. Er waren echter snel een aantal pedagogen die zich geroepen voelden uit te schruwelen dat het PISA-onderzoek alleen maar de schoolse kennis peilt, en «dat is toch niet het belangrijkste aan een school». Het moet gezegd dat ze alvast consequent met zichzelf zijn, want voor hen is school altijd al een sociale activiteit geweest waar men best niet teveel nadruk legt op het verwerven van kennis. Ook Sandal, de sociaal-democratische minister die verantwoordelijk was voor Reform 97, vond dat de Noorse school een aantal sterktes heeft die niet gemeten werden door PISA, zoals sociale vaardigheden, communicatie en samenwerking. Dat is nog wat anders dan goed zijn in wiskunde en natuurwetenschappen, of goed kunnen lezen.
Is het dan overal zo gesteld in Scandinavië? In Zweden en Denemarken is de situatie in ieder geval zeer vergelijkbaar, maar buurland Finland eindigde aan de top. Het verschil? Volgens Matti Klinge heeft de geschiedenis en de situatie van Finland er veel mee te maken, maar enkele puntjes van zijn betoog zijn toch het onthouden waard:
Vandaag brengt Bert Anciaux het schrijnende verhaal van zijn dochtertje Lien dat last heeft van examenstress. Een gelegenheid voor hem om met een aantal voorstellen te komen om het onderwijs te verbeteren: een stevig leerlingenstatuut, participatiemogelijkheden, het uitbouwen van een brede school, het betrekken van de kunst- en cultuurwereld, de sportwereld en het jeugdwerk, enfin, je voelt van waar de wind komt. Het is misschien eens interessant om te kijken naar landen waar men zulke «verbeteringen» heeft aangebracht, en hoe zij scoren in het PISA-onderzoek.
Noorwegen heeft zijn Reform 97 gehad, een pracht van een hervorming volledig geschoeid op de denkbeelden en idealen van Mei 68. Kinderen moesten nu weliswaar al vanaf hun 6 jaar naar school (vroeger was het 7 jaar), maar hen al iets bijbrengen was volledig taboe. Kinderen moeten immers kunnen spelen, het recht op zorgeloosheid zoals Bert Anciaux het zou uitdrukken. De Noorse kinderen leren dan ook later lezen, schrijven en rekenen dan in andere landen, en dat laat zich natuurlijk voelen in internationale onderzoeken.
Verder kregen de Noorse leerlingen een statuut waardoor ze bijzonder veel inspraak hebben. Menig leraar heeft amper of geen controle over zijn leerlingen, en wie al eens een Noors klaslokaal gezien heeft na de lesuren kan zich levendig inbeelden wat er zich daar overdag moet afspelen. En wat zich daar overdag vooral niét afspeelt. Erg bevorderlijk voor het onderwijs is het allemaal niet, en de leerlingen zelf klagen dat er in de lokalen eigenlijk veel te veel lawaai en rumoer is om er iets nuttig te kunnen uitrichten.
In sommige scholen mogen de leerlingen trouwens zélf kiezen of ze de gemakkelijke, de gemiddelde of de moeilijke sporen van de leerstof willen volgen. Gevolg is dat nogal wat leerlingen het gemakkelijke spoor volgen. Enkel de slimste leerlingen beseffen echter dat het beter is het moeilijkere spoor te volgen als je later een interessante job te pakken wil krijgen. Het laat zich ook raden uit welke sociale klasse de leerlingen komen die het moeilijke spoor proberen volgen, met als gevolg dat het Noorse onderwijs het verschil in achtergrond van de leerlingen niet alleen bestendigt, maar zelfs versterkt. Wie kansrijk is, profiteert ook zoveel mogelijk van alle kansen — wie al als kansarme leerling vertrekt, verspilt de weinige kansen die aangeboden worden, want waarom zou je je moe maken?
Schoolactiviteiten en -uitstappen, daar is zeker geen gebrek aan in het Noorse onderwijs. De weinige uren die de leerlingen op school doorbrengen worden dus nog verder gereduceerd. Ik heb nooit begrepen wat precies het pedagogische nut ervan is als de leerlingen een dag besteden aan het verkopen van koeken op de metro, of als ze een dag lang in een bedrijf werk verrichten (typisch: een en ander in orde brengen in de archiefkamer of een werkje doen waar niemand anders toe komt). De opbrengst gaat uiteraard naar een goed doel, maar je blijft toch met de indruk zitten dat het enthousiasme vooral te wijten is aan het feit dat men een dagje niet op de schoolbanken hoeft door te brengen.
Over schoolbanken gesproken, blokken is hier absoluut taboe — alles kunnen begrijpen is hier het ordewoord. Ik heb echter nooit een duidelijk antwoord gekregen op mijn vraag hoe je iets kan begrijpen zonder het te weten, maar misschien ben ik gewoon niet slim genoeg om dat dan weer te begrijpen. Feit is dat de Noorse leerlingen denken dat ze goed zijn in wiskunde, maar vervolgens een abominabel slechte test doen. En je kan in ieder geval een Noor gemakkelijk shockeren door gewoon te vertellen dat je in het middelbaar zes jaar lang Latijn hebt geleerd. Het moet zo ongeveer de ultieme verschrikking zijn, en men is er hier perfect op geconditioneerd om onmiddellijk uit te roepen dat men blij is dat men dát niet heeft moeten ondergaan. Maar vraag hen dan ook niet wie of wat Cicero is, om over Titus Livius of Ovidius nog maar te zwijgen. Stel je voor...
Het resultaat van dat alles? Noorwegen zit in het PISA-onderzoek ongeveer op het niveau van Franstalig België. Een weinig benijdenswaardige rangschikking dus. Er waren echter snel een aantal pedagogen die zich geroepen voelden uit te schruwelen dat het PISA-onderzoek alleen maar de schoolse kennis peilt, en «dat is toch niet het belangrijkste aan een school». Het moet gezegd dat ze alvast consequent met zichzelf zijn, want voor hen is school altijd al een sociale activiteit geweest waar men best niet teveel nadruk legt op het verwerven van kennis. Ook Sandal, de sociaal-democratische minister die verantwoordelijk was voor Reform 97, vond dat de Noorse school een aantal sterktes heeft die niet gemeten werden door PISA, zoals sociale vaardigheden, communicatie en samenwerking. Dat is nog wat anders dan goed zijn in wiskunde en natuurwetenschappen, of goed kunnen lezen.
Is het dan overal zo gesteld in Scandinavië? In Zweden en Denemarken is de situatie in ieder geval zeer vergelijkbaar, maar buurland Finland eindigde aan de top. Het verschil? Volgens Matti Klinge heeft de geschiedenis en de situatie van Finland er veel mee te maken, maar enkele puntjes van zijn betoog zijn toch het onthouden waard:
- Ongeveer alle leerlingen in de Finse scholen hebben ofwel Fins ofwel Zweeds als moedertaal, en er zijn dus weinig leerlingen die problemen hebben om de onderwijstaal te volgen
- Men heeft er de discipline in de scholen niet afgezwakt zoals in zoveel andere landen
- De sterke positie van het onderwijs in geschiedenis en litteratuur
- Geen geflirt met ideeën rond de grenzeloze of multiculturele maatschappij
zaterdag, december 18, 2004
Brussel-Halle-Vilvoorde: Quousque tandem? (8)
Nu zijn jongerenorganisaties altijd wel wat radicaler dan de moederpartij, maar Ronduit! N-VA laat er geen twijfel over bestaan dat het getalm rond de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde naar hun mening te lang blijft aanduren. Een deel van hun kritiek is in ieder geval erg gelijklopend met wat ik gisteren zelf ook al schreef.
Zoals wel vaker het geval is, schuilt het venijn in de staart:
Misschien zat Willy Courtois er nog zover niet naast toen hij gisteren in De Standaard liet optekenen dat hij een oplossing verwacht tegen... de zomer. Bij Van Dale kunnen ze dan noteren dat «onverwijld» Zuid-Nederlands is voor een periode van ongeveer een jaar. Het is in ieder geval een slecht teken dat De Crem de uitlatingen over een snelle splitsing nu probeert toe te schrijven aan «de euforie van de verkiezingen». Vlamingen die redelijk worden, het voorspelt niet veel goeds. Want zijn de uitlatingen dat er voor de splitsing niet betaald moest worden dan ook te wijten aan diezelfde euforie, en wordt er op die Interministeriële Conferentie wel degelijk onderhandeld over een prijs? N-VA ontkende in een persmededeling eergisteren dat er van betalingen sprake zou zijn, maar het heeft bij hen ook lang geduurd eer de «euforie» over de snelheid van de splitsing verdween.
Zoals wel vaker het geval is, schuilt het venijn in de staart:
De houding van de Vlaamse regeringspartijen in dit dossier, in strijd met het Vlaams regeerakkoord, doet de N-VA-jongeren vragen stellen bij de deelname van de N-VA aan de Vlaamse regering.Het geduld bij Ronduit N-VA begint dus op te raken, en men kan zich alleen maar afvragen hoe het met de rest van de partij gesteld zou zijn, vooral aan de basis dan. Een bespreking van de splitsing is nu uitgesteld tot midden januari, en wie weet of er dan wel vooruitgang geboekt zal worden. De Interministeriële Conferentie is immers nog maar één keer samen geweest, namelijk om zichzelf samen te stellen, en sindsdien is er nog niets gebeurd. Wat als de rapporteurs in januari komen vertellen dat de ministers het te druk hadden met eindejaarsfeesten en nieuwjaarsrecepties allerhande, en ze dus nog niet hebben kunnen vergaderen? Nog een maandje uitstel? En wat daarna als de besprekingen moeizaam verlopen? Met de alarmbelprocedure erbij zijn we dan al snel voorbij Pasen voor de splitsing werkelijk een feit is.
Misschien zat Willy Courtois er nog zover niet naast toen hij gisteren in De Standaard liet optekenen dat hij een oplossing verwacht tegen... de zomer. Bij Van Dale kunnen ze dan noteren dat «onverwijld» Zuid-Nederlands is voor een periode van ongeveer een jaar. Het is in ieder geval een slecht teken dat De Crem de uitlatingen over een snelle splitsing nu probeert toe te schrijven aan «de euforie van de verkiezingen». Vlamingen die redelijk worden, het voorspelt niet veel goeds. Want zijn de uitlatingen dat er voor de splitsing niet betaald moest worden dan ook te wijten aan diezelfde euforie, en wordt er op die Interministeriële Conferentie wel degelijk onderhandeld over een prijs? N-VA ontkende in een persmededeling eergisteren dat er van betalingen sprake zou zijn, maar het heeft bij hen ook lang geduurd eer de «euforie» over de snelheid van de splitsing verdween.
donderdag, december 16, 2004
Brussel-Halle-Vilvoorde: Quousque tandem? (7)
Na het nieuwe uitstel van de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, «betreurt» de N-VA dat de splitsing langer duurt dan verwacht. Volgens de partij is dat de schuld van het lage democratische gehalte van de Belgische federatie. Waarschijnlijk is voor hen de grootste verrassing van 2004 dat de onverwijlde splitsing na meer dan zes maanden nog steeds geen feit is, en alvast nog minstens één maand extra op zich zal laten wachten.
Vandaag stond in de Commissie Binnenlandse Zaken van de Kamer de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde op de agenda. Eindelijk. En het inhoudelijke debat werd meteen uitgesteld... tot 15 januari 2005. Van een splitsing voor het einde van het jaar is nu dus definitief geen sprake meer.
Voor de N-VA, die overigens samen met de CD&V dit uitstel goedkeurde, is dat echter geen probleem. De partij mikt immers voor de volle 100% op het resultaat in dit dossier. Het is echter zeer twijfelachtig of de partij ook voor de timing van dit dossier op de 100% moet rekenen. Bij La Libre schetsen ze de situatie als volgt:
Vandaag stond in de Commissie Binnenlandse Zaken van de Kamer de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde op de agenda. Eindelijk. En het inhoudelijke debat werd meteen uitgesteld... tot 15 januari 2005. Van een splitsing voor het einde van het jaar is nu dus definitief geen sprake meer.
Voor de N-VA, die overigens samen met de CD&V dit uitstel goedkeurde, is dat echter geen probleem. De partij mikt immers voor de volle 100% op het resultaat in dit dossier. Het is echter zeer twijfelachtig of de partij ook voor de timing van dit dossier op de 100% moet rekenen. Bij La Libre schetsen ze de situatie als volgt:
Il faut dire que quand le mouvement flamand exige la scission d'abord pour les élections de juin dernier, ensuite pour la déclaration fédérale du 12 octobre, et puis pour la fin 2004, il devient difficile de ne pas lui donner quelque gage d'ici à la trêve parlementaire...Echt onder de indruk zijn ze aan de andere kant van de taalgrens dus niet van de heldendaad van de N-VA, of wat daar toch voor moet doorgaan in hun eigen persmededeling:
Wat de traditionele partijen veertig jaar lang niet voor mekaar kregen, lukte dankzij de N-VA wel: het innemen van een gemeenschappelijk Vlaams standpunt en het bepalen van een strategie om eindelijk deze terechte Vlaamse eis te realiseren.Ondertussen zouden de besprekingen in de Interministeriële Conferentie verder moeten gaan. Wat daar precies besproken moet worden is eerder onduidelijk — volgens de N-VA is er van onderhandelen geen sprake en kan de Conferentie in het beste geval een therapeutische praatgroep zijn. Vraag is dan wat Minister Bourgeois eigenlijk in die «therapeutische praatgroep» zit te doen. Heeft hij als minister niet genoeg werk te doen, of is hij zo bezorgd over de mentale toestand van zijn Franstalige collega's? Vlaanderen heeft in ieder geval slechte ervaringen met Vlaamse onderhandelaars die «niet onderhandelen».
woensdag, december 15, 2004
CD&V zowel voor als tegen Turks EU-lidmaatschap
Zaterdag sprak Pieter de Crem zich in een interview met De Standaard nog uit tegen Turks EU-lidmaatschap. Vier dagen later keuren de drie CD&V-vertegenwoordigers in het Europees parlemement Jean-Luc Dehaene, Marianne Thyssen en Ivo Belet het rapport-Eurlings met het advies om onderhandelingen met Turkije op te starten goed. Wat is nu het echte CD&V-standpunt?
Pieter de Crem stelde in het interview alvast dat hij tegen Turks lidmaatschap zonder meer is aangezien hij grenzen aan Europa wil stellen. Daarmee ging hij verder dan het standpunt van de CD&V die enkel wil vaststellen dat Turkije op dit ogenblik nog niet aan alle voorwaarden voldoet. De CD&V als partij ziet de grenzen van Europa dus ruimer dan Pieter de Crem.
Marianne Thyssen van haar kant vindt ondubbelzinnig dat Turkije wél lid van de Europese Unie moet kunnen worden, en volgens haar zitten haar twee CD&V-collega's in het Europese Parlement op dezelfde lijn. Het is voor haar echter wel van belang dat Turkije een einde maakt aan de folteringen, zijn minderheden beter behandelt, de situatie van de vrouwen verbetert, meer godsdienstvrijheid toestaat en zijn relatie met Cyprus in het reine brengt, en die voorwaarden kunnen volgens haar ook in het rapport-Eurlings teruggevonden worden. Daarom hebben de CD&V-vertegenwoordigers voor de goedkeuring van het rapport gestemd, met als advies onderhandelingen met Turkije op te starten.
Het stemgedrag van de CD&V in het Europees Parlement, overigens niet in overeenstemming met het stemgedrag van de rest van de EVP-fractie, betekent dat de CD&V zich in de praktijk niet verzet tegen Turks lidmaatschap van de Europese Unie, en in tegenstelling tot hun eigen officiële standpunt toelaat dat onderhandelingen daarover nu reeds kunnen starten. Als verontschuldiging voor dat laatste gebruikt Marianne Thyssen de drogreden dat het beter is dat er een signaal komt van het Europees Parlement en dat dat signaal duidelijke voorwaarden bevat, dan dat er geen signaal zou komen. Nochtans zou een afkeuring van een start van de onderhandelingen een veel sterker signaal zijn dan een goedkeuring, en zou het bezwaarlijk hebben kunnen leiden tot een verzwakking van de onderhandelingsvoorwaarden voor Turkije.
Het is de tweede dag op rij dat de CD&V een op z'n minst merkwaardige redenering opzet om in een parlement of commissie anders te stemmen dan het eigen officiële standpunt. Gisteren was er de stemming over het houden van een volksraadpleging over de Europese Grondwet in de Kamercommissie Grondswetherzieningen (de partij stemde tegen een Belgische volksraadpleging omdat ze voor een —overigens totaal onhaalbare— Europese is), en nu dus een stemming over het starten van onderhandelingen met Turkije over mogelijk EU-lidmaatschap in het Europees Parlement. Denkt men bij de CD&V dat de kiezer dit niet in de gaten heeft, of dat de verkiezingen nog zo veraf zijn dat hij het tegen dan wel zal vergeten zijn? Of zou hier meer achter schuilgaan, en dient de partij «hogere» belangen?
Pieter de Crem stelde in het interview alvast dat hij tegen Turks lidmaatschap zonder meer is aangezien hij grenzen aan Europa wil stellen. Daarmee ging hij verder dan het standpunt van de CD&V die enkel wil vaststellen dat Turkije op dit ogenblik nog niet aan alle voorwaarden voldoet. De CD&V als partij ziet de grenzen van Europa dus ruimer dan Pieter de Crem.
Marianne Thyssen van haar kant vindt ondubbelzinnig dat Turkije wél lid van de Europese Unie moet kunnen worden, en volgens haar zitten haar twee CD&V-collega's in het Europese Parlement op dezelfde lijn. Het is voor haar echter wel van belang dat Turkije een einde maakt aan de folteringen, zijn minderheden beter behandelt, de situatie van de vrouwen verbetert, meer godsdienstvrijheid toestaat en zijn relatie met Cyprus in het reine brengt, en die voorwaarden kunnen volgens haar ook in het rapport-Eurlings teruggevonden worden. Daarom hebben de CD&V-vertegenwoordigers voor de goedkeuring van het rapport gestemd, met als advies onderhandelingen met Turkije op te starten.
Het stemgedrag van de CD&V in het Europees Parlement, overigens niet in overeenstemming met het stemgedrag van de rest van de EVP-fractie, betekent dat de CD&V zich in de praktijk niet verzet tegen Turks lidmaatschap van de Europese Unie, en in tegenstelling tot hun eigen officiële standpunt toelaat dat onderhandelingen daarover nu reeds kunnen starten. Als verontschuldiging voor dat laatste gebruikt Marianne Thyssen de drogreden dat het beter is dat er een signaal komt van het Europees Parlement en dat dat signaal duidelijke voorwaarden bevat, dan dat er geen signaal zou komen. Nochtans zou een afkeuring van een start van de onderhandelingen een veel sterker signaal zijn dan een goedkeuring, en zou het bezwaarlijk hebben kunnen leiden tot een verzwakking van de onderhandelingsvoorwaarden voor Turkije.
Het is de tweede dag op rij dat de CD&V een op z'n minst merkwaardige redenering opzet om in een parlement of commissie anders te stemmen dan het eigen officiële standpunt. Gisteren was er de stemming over het houden van een volksraadpleging over de Europese Grondwet in de Kamercommissie Grondswetherzieningen (de partij stemde tegen een Belgische volksraadpleging omdat ze voor een —overigens totaal onhaalbare— Europese is), en nu dus een stemming over het starten van onderhandelingen met Turkije over mogelijk EU-lidmaatschap in het Europees Parlement. Denkt men bij de CD&V dat de kiezer dit niet in de gaten heeft, of dat de verkiezingen nog zo veraf zijn dat hij het tegen dan wel zal vergeten zijn? Of zou hier meer achter schuilgaan, en dient de partij «hogere» belangen?
dinsdag, december 14, 2004
Dan toch een volksraadpleging?
Vandaag werd in de Kamercommissie Grondwetsherziening gestemd over het houden van een volksraadpleging over de nieuwe Europese Grondwet. Hoewel er slechts over het eerste artikel van het wetsvoorstel gestemd werd, was het resultaat van de stemming belangrijk: de regeringspartijen zijn duidelijk verdeeld, en zelfs binnen de kartels is er onenigheid. Het Vlaams Belang dan weer kondigt voor de verandering nog eens aan dat het cordon sanitaire nu werkelijk aan diggelen ligt.
Elio di Rupo probeerde een paar dagen geleden nog een veto te stellen tegen een volksraadpleging, maar de liberale regeringspartijen VLD en MR schijnen zich van dat veto niet veel aan te trekken. De enige partij die zich wel iets van dat veto aantrekt is de CD&V, want zij stemden tegen ondermeer omdat in tegenstelling tot wat in het regeringsverklaring overeengekomen was, er geen eensgezindheid is binnen de regering. Waarom een oppositiepartij zich überhaupt iets zou moeten aantrekken van wat er overeengekomen is in een regeringsverklaring vertellen Paul Tant en Servais Verherstraeten er echter niet bij.
Overigens ontbreekt het de CD&V niet aan excuses om niet voor te moeten stemmen, want niet alleen is er dus geen eensgezindheid over dit voorstel binnen een regering waar zijn geen deel van uitmaken, bovendien zijn ze eigenlijk feitelijk niet tegen, maar vinden ze dat de volksraadpleging op Europees niveau gehouden moet worden, vrezen ze dat er naar aanleiding van de volksraadpleging andere debatten gevoerd zullen worden, en is er het gevaar dat het resultaat verschillend zal zijn in de twee landsdelen. Zou de kartelpartner N-VA dat laatste ook als een probleem ervaren? De argumentatie van de CD&V is in ieder geval niet echt overtuigend, en men kan zich afvragen wat er eigenlijk schuil achter gaat. Het Vlaams Belang ziet er alvast de voorbereidingen van een rooms-rode regering achter.
Ondertussen is men bij de PS meer dan woedend. Volgens hen zijn MR en VLD de handlangers van het Vlaams Belang omdat ze voor het voorstel hebben gestemd. Opmerkelijk is dat ze hun pijlen niet richten op de kartelpartner van de SP.A, SPIRIT, dat toch ook voor het voorstel heeft gestemd — of gaat het gewoon om een vergetelheid? Bovendien is het zo dat ook Ecolo voor een volksraadpleging is. Ecolo dus ook maar een handlanger van het Vlaams Belang? Voor de PS is de situatie in ieder geval inacceptable, en is de discussie nog niet gesloten. Dat kan dus best nog interessant worden.
Elio di Rupo probeerde een paar dagen geleden nog een veto te stellen tegen een volksraadpleging, maar de liberale regeringspartijen VLD en MR schijnen zich van dat veto niet veel aan te trekken. De enige partij die zich wel iets van dat veto aantrekt is de CD&V, want zij stemden tegen ondermeer omdat in tegenstelling tot wat in het regeringsverklaring overeengekomen was, er geen eensgezindheid is binnen de regering. Waarom een oppositiepartij zich überhaupt iets zou moeten aantrekken van wat er overeengekomen is in een regeringsverklaring vertellen Paul Tant en Servais Verherstraeten er echter niet bij.
Overigens ontbreekt het de CD&V niet aan excuses om niet voor te moeten stemmen, want niet alleen is er dus geen eensgezindheid over dit voorstel binnen een regering waar zijn geen deel van uitmaken, bovendien zijn ze eigenlijk feitelijk niet tegen, maar vinden ze dat de volksraadpleging op Europees niveau gehouden moet worden, vrezen ze dat er naar aanleiding van de volksraadpleging andere debatten gevoerd zullen worden, en is er het gevaar dat het resultaat verschillend zal zijn in de twee landsdelen. Zou de kartelpartner N-VA dat laatste ook als een probleem ervaren? De argumentatie van de CD&V is in ieder geval niet echt overtuigend, en men kan zich afvragen wat er eigenlijk schuil achter gaat. Het Vlaams Belang ziet er alvast de voorbereidingen van een rooms-rode regering achter.
Ondertussen is men bij de PS meer dan woedend. Volgens hen zijn MR en VLD de handlangers van het Vlaams Belang omdat ze voor het voorstel hebben gestemd. Opmerkelijk is dat ze hun pijlen niet richten op de kartelpartner van de SP.A, SPIRIT, dat toch ook voor het voorstel heeft gestemd — of gaat het gewoon om een vergetelheid? Bovendien is het zo dat ook Ecolo voor een volksraadpleging is. Ecolo dus ook maar een handlanger van het Vlaams Belang? Voor de PS is de situatie in ieder geval inacceptable, en is de discussie nog niet gesloten. Dat kan dus best nog interessant worden.
zaterdag, december 11, 2004
Steve Stevaert en de onuitspreekbaren
Steve Stevaert vertelde vandaag op de ledendag van de SP.A in Brugge dat hij niet gelooft dat het Vlaams Belang («VB») ooit op eigen kracht aan de macht kan komen. Alsof de SP.A wel op eigen kracht aan de macht is gekomen.
Allereerst een bedenking rond zijn gebruik van de term «VB». Het zegt veel over de geestesgesteldheid van de voorzitter van de SP.A als hij er enerzijds geen probleem van maakt om zoete broodjes te gaan bakken in Cuba, maar anderzijds de naam van een politieke concurrent niet meer kan uitspreken. Of heeft hij in Cuba een tip gekregen dat het Vlaams Belang Caraïbische voodoo-priesters heeft ingehuurd om controle te kunnen uitoefenen over iedereen die hun naam nog maar uitspreekt?
Maar ten gronde — Steve Stevaert meent dat het Vlaams Belang nooit op eigen kracht aan de macht zal kunnen komen in Vlaanderen, onder meer omdat het nooit 50,1% van de stemmen zal kunnen verwerven. Nochtans, zoals uit de figuur hiernaast blijkt, heeft ook de SP.A nooit de 50,1% gehaald, ja zelfs de 30,1% niet, want het na-oorlogse maximum werd in 1954 gehaald met 30,0%. Bij de laatste verkiezingen haalde de SP.A zelfs minder dan het Vlaams Blok, en toch zit de partij in de Vlaamse regering, ondertussen al zestien jaar aan een stuk. Het is terloops al van 1971 geleden dat de socialistische partij een uitslag van 24,5% haalde, de uitslag van het Vlaams Blok in juni dit jaar dus. Enige nederigheid zou dus misschien beter passen bij de voorzitter van de derde grootste partij van Vlaanderen.
Verder merkt Steve Stevaert op dat het Vlaams Belang enkel aan de macht kan komen als de liberalen of de christen-democraten daarmee instemmen. Niet helemaal juist, want liberalen en Vlaams Belang halen samen op dit moment geen meerderheid in het Vlaams Parlement. Maar ook op dit vlak zou Stevaert beter niet te hoog van de toren blazen, want zijn partij heeft, in tegenstelling tot het Vlaams Belang, meer dan alleen maar de instemming van de christen-democraten nodig om mee in de regering te mogen zitten, waarbij we dan nog abstractie willen maken van kartelpartners allerhande.
Het zou misschien geen slecht idee zijn als Stevaert Karel de Gucht zou volgen op een eventuele reis naar Australië. Ongetwijfeld veel leerrijker dan een vakantie op Cuba.
Allereerst een bedenking rond zijn gebruik van de term «VB». Het zegt veel over de geestesgesteldheid van de voorzitter van de SP.A als hij er enerzijds geen probleem van maakt om zoete broodjes te gaan bakken in Cuba, maar anderzijds de naam van een politieke concurrent niet meer kan uitspreken. Of heeft hij in Cuba een tip gekregen dat het Vlaams Belang Caraïbische voodoo-priesters heeft ingehuurd om controle te kunnen uitoefenen over iedereen die hun naam nog maar uitspreekt?
Maar ten gronde — Steve Stevaert meent dat het Vlaams Belang nooit op eigen kracht aan de macht zal kunnen komen in Vlaanderen, onder meer omdat het nooit 50,1% van de stemmen zal kunnen verwerven. Nochtans, zoals uit de figuur hiernaast blijkt, heeft ook de SP.A nooit de 50,1% gehaald, ja zelfs de 30,1% niet, want het na-oorlogse maximum werd in 1954 gehaald met 30,0%. Bij de laatste verkiezingen haalde de SP.A zelfs minder dan het Vlaams Blok, en toch zit de partij in de Vlaamse regering, ondertussen al zestien jaar aan een stuk. Het is terloops al van 1971 geleden dat de socialistische partij een uitslag van 24,5% haalde, de uitslag van het Vlaams Blok in juni dit jaar dus. Enige nederigheid zou dus misschien beter passen bij de voorzitter van de derde grootste partij van Vlaanderen.
Verder merkt Steve Stevaert op dat het Vlaams Belang enkel aan de macht kan komen als de liberalen of de christen-democraten daarmee instemmen. Niet helemaal juist, want liberalen en Vlaams Belang halen samen op dit moment geen meerderheid in het Vlaams Parlement. Maar ook op dit vlak zou Stevaert beter niet te hoog van de toren blazen, want zijn partij heeft, in tegenstelling tot het Vlaams Belang, meer dan alleen maar de instemming van de christen-democraten nodig om mee in de regering te mogen zitten, waarbij we dan nog abstractie willen maken van kartelpartners allerhande.
Het zou misschien geen slecht idee zijn als Stevaert Karel de Gucht zou volgen op een eventuele reis naar Australië. Ongetwijfeld veel leerrijker dan een vakantie op Cuba.
De Gucht en Coveliers
Karel de Gucht dient voorlopig geen klacht in tegen Coveliers, maar blijft van mening dat Coveliers niet in de VLD thuishoort omdat hij de partij doelbewust schade zou berokkenen. Misschien wordt het tijd dat De Gucht na zijn bezoek aan de landen van de Grote Meren ook eens een bezoekje aan Australië plant?
De boemerang is immers afkomstig uit Australië, en De Gucht zou er zeker zijn voordeel mee doen als hij de eigenschappen van dat voorwerp wat beter zou leren kennen. Want laten we eerlijk zijn, als Coveliers de VLD moet verlaten omdat hij de partij schade berokkent, hoe zit het dan met het lidmaatschap van De Gucht? Ik zou ze niet graag allemaal tegelijk op bezoek willen krijgen, de VLD-leden die menen dat De Gucht de partij al veel meer schade heeft berokkent dan Coveliers. Al was het maar omdat hij Coveliers nu buiten de partij wil zetten. Over zijn partijvoorzitterschap, en vooral het einde ervan, zullen we maar best zwijgen.
Het verschil kan hem natuurlijk in één woordje zitten. Coveliers brengt de partij doelbewust schade toe, terwijl Karel de Gucht... er zelf niet aan kan doen? Vraag is of dat eigenlijk een goed excuus is om wel lid van de partij te mogen blijven.
De boemerang is immers afkomstig uit Australië, en De Gucht zou er zeker zijn voordeel mee doen als hij de eigenschappen van dat voorwerp wat beter zou leren kennen. Want laten we eerlijk zijn, als Coveliers de VLD moet verlaten omdat hij de partij schade berokkent, hoe zit het dan met het lidmaatschap van De Gucht? Ik zou ze niet graag allemaal tegelijk op bezoek willen krijgen, de VLD-leden die menen dat De Gucht de partij al veel meer schade heeft berokkent dan Coveliers. Al was het maar omdat hij Coveliers nu buiten de partij wil zetten. Over zijn partijvoorzitterschap, en vooral het einde ervan, zullen we maar best zwijgen.
Het verschil kan hem natuurlijk in één woordje zitten. Coveliers brengt de partij doelbewust schade toe, terwijl Karel de Gucht... er zelf niet aan kan doen? Vraag is of dat eigenlijk een goed excuus is om wel lid van de partij te mogen blijven.
Turkije en de Europese Unie
De Standaard breng vandaag een interview met Pieter de Crem over Turkije en de Europese Unie. De Crem spreekt zich uit tegen Turks lidmaatschap van de EU, en staat daarmee lijnrecht tegenover bijvoorbeeld Jean-Luc Dehaene die Europa voor voldongen feiten wil stellen. Maar De Crems argumentatie laat toch te wensen over.
Het is goed vast te stellen dat er bij de CD&V nog mensen zijn die het aandurven zoiets vanzelfsprekends te zeggen als dat er grenzen aan Europa zijn, en dat Turkije buiten die grenzen ligt. Het is echter jammer dat De Crem niet uitlegt wat volgens hem de precieze criteria zijn voor het vastleggen van die grenzen.
De meest voor de hand liggende definitie van «Europa» is de geografische. Uit die definitie volgen meteen objectieve criteria waar iedereen zich aan kan houden, en die, wanneer ze consequent doorgevoerd worden, ook tot de minste politieke problemen zouden leiden. Uit de geografische definitie volgt meteen dat Turkije geen Europees land is, tenzij men ook zou willen beweren dat Spanje door Ceuta en Melilla een Afrikaans land is. En Frankrijk is dan niet alleen een Europees land, maar ook een Afrikaans, Zuid-Amerikaans en zelfs een Melanesisch land.
Pieter de Crem volgt de geografische definitie duidelijk niet. Anders zou hij niet retorisch vragen of ook Belarus (Wit-Rusland) en de Oekraïne deel zouden moeten uitmaken van de Europese Unie. Beide landen hebben nochtans altijd deel uitgemaakt van Europa, of meent De Crem dat het Aziatische (of Afrikaanse of Amerikaanse) landen zijn? Ik vraag me af hoeveel Polen, Balten, Slovaken, Hongaren en Roemenen weten dat ze dus aan niet-Europese landen grenzen, en ik kan me voorstellen dat in ieder geval Polen, dat het al lastig genoeg heeft met het aanvaarden van de nieuwe grens met Oekraïne, er niet bepaald opgezet mee zal zijn dat De Crem beide landen definitief wil uitsluiten van lidmaatschap.
Pieter de Crem lijkt het meer over de culturele boeg te willen gooien. Hij heeft blijkbaar niet in de gaten dat ook dat voor toekomstig lidmaatschap voor Belarus en de Oekraïne pleit, maar goed. De Crem stelt dus het volgende:
Ten eerste, wat de cultuur van Athene en Rome betreft, is İzmir (Smyrna) één van de zeven steden die er zich op beroept de geboorteplaats van Homerus te zijn. Ik heb het er lastig mee om hem niet bij de cultuur van Athene te rekenen. Cassius Dio dan weer was afkomstig uit Bithynië, een streek in het Noorden van Turkije. Hij wordt algemeen beschouwd als een Romeins geschiedschrijver, en niet één van de minste. Niet alleen heeft Turkije de cultuur van Athene en Rome wel degelijk gekend, het heeft er zelfs toe bijgedragen. Iets wat men van landen als pakweg Vlaanderen en Nederland niet bepaald kan beweren, tenzij men het optreden als complete barbaren in De bello gallico absoluut wil meerekenen als een actieve bijdrage.
Ten tweede heeft Turkije natuurlijk wel de joods-christelijke traditie gekend. Was Sinterklaas volgens de legende niet afkomstig uit, jawel, Myra, nu Kaleüçağiz, in het Zuid-Westen van Turkije? Wat te doen met het Concilie en de Geloofsbelijdenis van Nicæa, nu İznik? Ik neem aan dat De Crem als CD&V'er de Geloofsbelijdenis van Nicæa kent, al weet je tegenwoordig maar nooit.
Het probleem van De Crem is dus dat hij zijn huiswerk niet gedaan heeft. Turkije, of beter gezegd streken die nu deel uitmaken van Turkije, hebben op een bepaald ogenblik wel degelijk deel uitgemaakt van de Hellenistische, Romeinse en christelijke wereld, maar met de intrede van de islam in Turkije heeft Turkije zich verwijderd van de rest van Europa. Een tijd lang was het zelfs uiterst vijandig tegenover het Europa waar het nu deel van wil uitmaken, maar ook dat is verleden tijd. Wat werkelijk belangrijk is, is het (welbegrepen) eigenbelang van Europa, en hoe Turkije er vandaag uitziet.
Daarom is het ook belangrijk dat de Europese Unie eindelijk klare wijn begint te schenken en duidelijk ultieme grenzen vastlegt. Het probleem ligt dus niet zozeer bij Turkije dat lid van de Europese Unie wil worden, of dat nu zelfs probeert te eisen, maar bij de Europese Unie. De Europese Unie had van bij het begin aan Turkije duidelijk moeten maken dat lidmaatschap van de EU geen optie is. Of aan de eigen bevolking dat Turks lidmaatschap wél een optie was. Wat dat laatste betreft is het uitermate ergerlijk dat Dehaene de Europese bevolking voor een voldongen feit wil stellen.
Maar voor wie buiten de grenzen valt, moeten naargelang de omstandigheden al dan niet diepergaande samenwerkingsakkoorden mogelijk zijn. Dat is in het belang van zowel de Europese Unie als de andere landeren. Maar indien de Europese Unie een Europese unie wil zijn, moet ze consequent met zichzelf zijn en die grenzen als geografische grenzen definiëren. Indien dat niet mogelijk of wenselijk is, wordt het tijd dat de Europese politici ermee ophouden de eigen bevolking voor de gek te houden, en laat ze dan meteen ook de naam van de Unie veranderen, zodat de vlag de lading dekt. Indien Turkije lid moet kunnen worden van de Unie, kan men de naam beter veranderen in de Europees-Turkse Unie of Europees-Klein-Aziatische Unie. Wil men ook Marrokko, Israël en Egypte lid laten worden, noem de Unie dan de Europees-Mediterrane Unie. Zo weet iedereen tenminste waarover het gaat, en hoeven politici die niet goed opgelet hebben in de geschiedenislessen geen domme uitspraken meer te doen.
Het is goed vast te stellen dat er bij de CD&V nog mensen zijn die het aandurven zoiets vanzelfsprekends te zeggen als dat er grenzen aan Europa zijn, en dat Turkije buiten die grenzen ligt. Het is echter jammer dat De Crem niet uitlegt wat volgens hem de precieze criteria zijn voor het vastleggen van die grenzen.
De meest voor de hand liggende definitie van «Europa» is de geografische. Uit die definitie volgen meteen objectieve criteria waar iedereen zich aan kan houden, en die, wanneer ze consequent doorgevoerd worden, ook tot de minste politieke problemen zouden leiden. Uit de geografische definitie volgt meteen dat Turkije geen Europees land is, tenzij men ook zou willen beweren dat Spanje door Ceuta en Melilla een Afrikaans land is. En Frankrijk is dan niet alleen een Europees land, maar ook een Afrikaans, Zuid-Amerikaans en zelfs een Melanesisch land.
Pieter de Crem volgt de geografische definitie duidelijk niet. Anders zou hij niet retorisch vragen of ook Belarus (Wit-Rusland) en de Oekraïne deel zouden moeten uitmaken van de Europese Unie. Beide landen hebben nochtans altijd deel uitgemaakt van Europa, of meent De Crem dat het Aziatische (of Afrikaanse of Amerikaanse) landen zijn? Ik vraag me af hoeveel Polen, Balten, Slovaken, Hongaren en Roemenen weten dat ze dus aan niet-Europese landen grenzen, en ik kan me voorstellen dat in ieder geval Polen, dat het al lastig genoeg heeft met het aanvaarden van de nieuwe grens met Oekraïne, er niet bepaald opgezet mee zal zijn dat De Crem beide landen definitief wil uitsluiten van lidmaatschap.
Pieter de Crem lijkt het meer over de culturele boeg te willen gooien. Hij heeft blijkbaar niet in de gaten dat ook dat voor toekomstig lidmaatschap voor Belarus en de Oekraïne pleit, maar goed. De Crem stelt dus het volgende:
De sokkel van Europa zijn de cultuur van Athene en Rome, de joods-christelijke traditie en die van het wetenschappelijk empirisme en het vrije denken, zoals dat tijdens de Verlichting is ontstaan. Die drie belangrijke zaken heeft Turkije niet gekend.De Crem slaat hier twee keer ferm de bal mis, al moet er onmiddellijk aan toegevoegd worden dat ook het Vlaams Belang in hetzelfde bedje ziek is (en geen klein beetje).
Ten eerste, wat de cultuur van Athene en Rome betreft, is İzmir (Smyrna) één van de zeven steden die er zich op beroept de geboorteplaats van Homerus te zijn. Ik heb het er lastig mee om hem niet bij de cultuur van Athene te rekenen. Cassius Dio dan weer was afkomstig uit Bithynië, een streek in het Noorden van Turkije. Hij wordt algemeen beschouwd als een Romeins geschiedschrijver, en niet één van de minste. Niet alleen heeft Turkije de cultuur van Athene en Rome wel degelijk gekend, het heeft er zelfs toe bijgedragen. Iets wat men van landen als pakweg Vlaanderen en Nederland niet bepaald kan beweren, tenzij men het optreden als complete barbaren in De bello gallico absoluut wil meerekenen als een actieve bijdrage.
Ten tweede heeft Turkije natuurlijk wel de joods-christelijke traditie gekend. Was Sinterklaas volgens de legende niet afkomstig uit, jawel, Myra, nu Kaleüçağiz, in het Zuid-Westen van Turkije? Wat te doen met het Concilie en de Geloofsbelijdenis van Nicæa, nu İznik? Ik neem aan dat De Crem als CD&V'er de Geloofsbelijdenis van Nicæa kent, al weet je tegenwoordig maar nooit.
Het probleem van De Crem is dus dat hij zijn huiswerk niet gedaan heeft. Turkije, of beter gezegd streken die nu deel uitmaken van Turkije, hebben op een bepaald ogenblik wel degelijk deel uitgemaakt van de Hellenistische, Romeinse en christelijke wereld, maar met de intrede van de islam in Turkije heeft Turkije zich verwijderd van de rest van Europa. Een tijd lang was het zelfs uiterst vijandig tegenover het Europa waar het nu deel van wil uitmaken, maar ook dat is verleden tijd. Wat werkelijk belangrijk is, is het (welbegrepen) eigenbelang van Europa, en hoe Turkije er vandaag uitziet.
Daarom is het ook belangrijk dat de Europese Unie eindelijk klare wijn begint te schenken en duidelijk ultieme grenzen vastlegt. Het probleem ligt dus niet zozeer bij Turkije dat lid van de Europese Unie wil worden, of dat nu zelfs probeert te eisen, maar bij de Europese Unie. De Europese Unie had van bij het begin aan Turkije duidelijk moeten maken dat lidmaatschap van de EU geen optie is. Of aan de eigen bevolking dat Turks lidmaatschap wél een optie was. Wat dat laatste betreft is het uitermate ergerlijk dat Dehaene de Europese bevolking voor een voldongen feit wil stellen.
Maar voor wie buiten de grenzen valt, moeten naargelang de omstandigheden al dan niet diepergaande samenwerkingsakkoorden mogelijk zijn. Dat is in het belang van zowel de Europese Unie als de andere landeren. Maar indien de Europese Unie een Europese unie wil zijn, moet ze consequent met zichzelf zijn en die grenzen als geografische grenzen definiëren. Indien dat niet mogelijk of wenselijk is, wordt het tijd dat de Europese politici ermee ophouden de eigen bevolking voor de gek te houden, en laat ze dan meteen ook de naam van de Unie veranderen, zodat de vlag de lading dekt. Indien Turkije lid moet kunnen worden van de Unie, kan men de naam beter veranderen in de Europees-Turkse Unie of Europees-Klein-Aziatische Unie. Wil men ook Marrokko, Israël en Egypte lid laten worden, noem de Unie dan de Europees-Mediterrane Unie. Zo weet iedereen tenminste waarover het gaat, en hoeven politici die niet goed opgelet hebben in de geschiedenislessen geen domme uitspraken meer te doen.
donderdag, december 09, 2004
Brussel-Halle-Vilvoorde: Quousque tandem? (6)
De splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde loopt weeral vertraging op. Opvallend is dat ook SPIRIT meehelpt aan de vertragingen, hoewel ze de laatste weken geprobeerd hebben zich te profileren als een Vlaams-nationalistische partij.
Volgens het Vlaams Belang gebruikte SPIRIT de drogreden dat met de besprekingen van het voorstel nog niet begonnen kan worden omdat de vertaling van het oordeel van de Raad van State op zich laat wachten. Eigenlijk was het een meesterlijke zet van de Franstaligen om het arrest enkel in het Frans op te stellen, want hiermee slaan ze meerdere vliegen in één klap:
Volgens het Vlaams Belang gebruikte SPIRIT de drogreden dat met de besprekingen van het voorstel nog niet begonnen kan worden omdat de vertaling van het oordeel van de Raad van State op zich laat wachten. Eigenlijk was het een meesterlijke zet van de Franstaligen om het arrest enkel in het Frans op te stellen, want hiermee slaan ze meerdere vliegen in één klap:
- De Franstaligen laten de Vlamingen nog eens goed voelen wie er in dit land werkelijk de baas is (reken maar dat dat meespeelde).
- De bespreking van de splitsing loopt vertraging op, omdat er gewacht moet worden op een vertaling.
- Meer zelfs, «Vlaamse» partijen die met de hete BHV-aardappel eigenlijk geen weg weten, grijpen dit nu zélf aan om de bespreking en dus ook de splitsing nog een beetje uit te stellen — de Franstaligen hoeven dus zelf niet eens voor verdere vertragingsmanoeuvers te zorgen!
maandag, december 06, 2004
Opvallend woordgebruik
Bij B Plus is het duidelijk armoe troef op intellectueel vlak. Een andere conclusie lijkt mij niet mogelijk na lezing van het opinieartikel in De Standaard van vandaag van de hand van Ludo Dierickx. Dat De Standaard als zelfverklaarde kwaliteitskrant zulke nonsens drukt is eigenlijk nog het meest verwonderlijke.
Aanleiding voor het opinieartikel is de oprichting van het Vlaams Belang. Ludo Dierickx gaat het woordgebruik van de nieuwe partij na, vergelijkt die met die van het Vlaams Blok, en stelt vast dat de partij een toenemende agressiviteit tegenover Walen en Franstaligen vertoont. Ik vraag mij werkelijk af of Ludo Dierickx, niet zomaar lid maar zowaar bestuurslid van B Plus, af en toe een Franstalige krant leest en er de opinieartikels in leest, want dan zou hij weten hoe agressief taalgebruik tegenover anderstaligen er werkelijk uitziet.
Merkwaardiger is dat hij denkt dat het Vlaams Belang zijn discours mag voeren «zonder merkbare weerstand van de andere Vlaamse partijen. Of van de Vlaamse media.» Van het cordon sanitaire heeft Ludo Dierickx dus nog nooit gehoord. Of toch? «Een discussie daarover is blijkbaar not done,» vervolgt hij immers zijn betoog, maar ik neem aan dat hij de term «not done» niet letterlijk doch enkel als staande uitdrukking gebruikt. Daarna gaat hij uit de bocht wanneer hij meent dat niet de Franstaligen de scheeftrekkingen in de sociale zekerheid moeten verdedigen, maar de andere Vlaamse partijen. Zoals ook Kabila zich niet druk hoefde te maken over de uitspraken van Karel de Gucht, maar wel de andere Vlaamse politici zeker?
Vervolgens is het volgens hem totaal verkeerd dat men onderzoekt hoe groot de overdrachten in de sociale zekerheid zijn. Men mag immers niet nagaan of de Walen «grote of kleine dieven» zijn. Maar hij wil wel dat de dieperliggende oorzaken van de «vermeende» diefstal onderzocht worden. Als men de problemen nog niet eens mag kwantificeren, hoe kan men dan de dieperliggende oorzaken onderzoeken? Hoe kan men trouwens dieperliggende oorzaken onderzoeken van iets dat slechts «vermeend» is? Hij lijkt het niet helemaal eens met zichzelf te zijn of er nu sprake is van scheeftrekkingen of niet.
Ludo Dierickx weet echter wel perfect waar de oorzaken zeer zeker niet liggen: niet bij de patiënten, niet bij de ziekenhuizen, en niet bij de geneesheren. Als er al dingen mislopen —als dus— zou kritiek op het socialezekerheidsstelsel nuttig kunnen zijn. Of het wat helpt is dus helemaal niet zeker, en over maatregelen wordt er best nog niet gesproken. Ondertusssen hebben de Franstaligen zelf al moeten erkennen dat er toch één en ander niet helemaal snor zit bij de ziekenhuizen en de geneesheren, en meer in het bijzonder de cultuur in de ziekenhuizen en bij de geneesheren, maar Ludo Dierickx weet het dus beter. Welke studies Ludo Dierickx heeft gedaan, buiten een eensgezinde discussie binnen het bestuur van B Plus, is jammer genoeg niet helemaal duidelijk.
Daarna komt Ludo Dierickx echter met de essentie van zijn verhaal, een stelling die men best steeds in gedachten kan houden wanneer men opinieartikels of pamfletten van B Pus leest:
Bij B Plus weet men dus niet meer van welk hout pijlen te maken. Er zijn geen scheeftrekkingen in de sociale zekerheid, maar de scheeftrekkingen die er zijn mogen niet gekwantificeerd worden, en bovendien moet men liever de dieperliggende oorzaken ervan vaststellen. Maar niet de denigrerende oorzaken natuurlijk,want die dragen alleen maar bij tot het vijandbeeld, zeker als ze dan nog waar zijn ook. Wie kan zoiets serieus nemen? Inderdaad, de redactie van De Standaard, overigens niet zomaar de standaard.
Aanleiding voor het opinieartikel is de oprichting van het Vlaams Belang. Ludo Dierickx gaat het woordgebruik van de nieuwe partij na, vergelijkt die met die van het Vlaams Blok, en stelt vast dat de partij een toenemende agressiviteit tegenover Walen en Franstaligen vertoont. Ik vraag mij werkelijk af of Ludo Dierickx, niet zomaar lid maar zowaar bestuurslid van B Plus, af en toe een Franstalige krant leest en er de opinieartikels in leest, want dan zou hij weten hoe agressief taalgebruik tegenover anderstaligen er werkelijk uitziet.
Merkwaardiger is dat hij denkt dat het Vlaams Belang zijn discours mag voeren «zonder merkbare weerstand van de andere Vlaamse partijen. Of van de Vlaamse media.» Van het cordon sanitaire heeft Ludo Dierickx dus nog nooit gehoord. Of toch? «Een discussie daarover is blijkbaar not done,» vervolgt hij immers zijn betoog, maar ik neem aan dat hij de term «not done» niet letterlijk doch enkel als staande uitdrukking gebruikt. Daarna gaat hij uit de bocht wanneer hij meent dat niet de Franstaligen de scheeftrekkingen in de sociale zekerheid moeten verdedigen, maar de andere Vlaamse partijen. Zoals ook Kabila zich niet druk hoefde te maken over de uitspraken van Karel de Gucht, maar wel de andere Vlaamse politici zeker?
Vervolgens is het volgens hem totaal verkeerd dat men onderzoekt hoe groot de overdrachten in de sociale zekerheid zijn. Men mag immers niet nagaan of de Walen «grote of kleine dieven» zijn. Maar hij wil wel dat de dieperliggende oorzaken van de «vermeende» diefstal onderzocht worden. Als men de problemen nog niet eens mag kwantificeren, hoe kan men dan de dieperliggende oorzaken onderzoeken? Hoe kan men trouwens dieperliggende oorzaken onderzoeken van iets dat slechts «vermeend» is? Hij lijkt het niet helemaal eens met zichzelf te zijn of er nu sprake is van scheeftrekkingen of niet.
Ludo Dierickx weet echter wel perfect waar de oorzaken zeer zeker niet liggen: niet bij de patiënten, niet bij de ziekenhuizen, en niet bij de geneesheren. Als er al dingen mislopen —als dus— zou kritiek op het socialezekerheidsstelsel nuttig kunnen zijn. Of het wat helpt is dus helemaal niet zeker, en over maatregelen wordt er best nog niet gesproken. Ondertusssen hebben de Franstaligen zelf al moeten erkennen dat er toch één en ander niet helemaal snor zit bij de ziekenhuizen en de geneesheren, en meer in het bijzonder de cultuur in de ziekenhuizen en bij de geneesheren, maar Ludo Dierickx weet het dus beter. Welke studies Ludo Dierickx heeft gedaan, buiten een eensgezinde discussie binnen het bestuur van B Plus, is jammer genoeg niet helemaal duidelijk.
Daarna komt Ludo Dierickx echter met de essentie van zijn verhaal, een stelling die men best steeds in gedachten kan houden wanneer men opinieartikels of pamfletten van B Pus leest:
Het is trouwens niet omdat een denigrerende bewering waarheid zou inhouden dat ze mag worden verkondigd.Zou iemand mij eens kunnen verklaren wat die man hier eigenlijk probeert te zeggen? En ja hoor, «[d]enigrerende waarheden kunnen nog meer dan onwaarheden bijdragen tot een vijandig beeld,» maar is dit niet zo precies omdat het waarheden zijn, en als dusdanig moeilijk te weerleggen zijn? Is dat trouwens niet precies wat Ludo Dierickx eerder in zijn opinieartikel probeerde te doen, namelijk het weerleggen van denigrerende waarheden? Sommigen zouden misschien beweren dat Ludo Dierickx dus een leugenaar is, maar ik vrees dat dat een denigrerende waarheid is, en aangezien ik niet wil bijdragen tot een vijandig beeld, zal ik me dus maar onthouden van zulke uitspraken.
Bij B Plus weet men dus niet meer van welk hout pijlen te maken. Er zijn geen scheeftrekkingen in de sociale zekerheid, maar de scheeftrekkingen die er zijn mogen niet gekwantificeerd worden, en bovendien moet men liever de dieperliggende oorzaken ervan vaststellen. Maar niet de denigrerende oorzaken natuurlijk,want die dragen alleen maar bij tot het vijandbeeld, zeker als ze dan nog waar zijn ook. Wie kan zoiets serieus nemen? Inderdaad, de redactie van De Standaard, overigens niet zomaar de standaard.
Di Rupo tegen referenda
Eergisteren schreef ik nog dat er in België krachten aanwezig zijn die niet zo happig zijn op een referendum over de Europese Grondwet, terugdenkend dan aan het vorige referendum in België. Vandaag blijkt dat dit inderdaad ook de uitgesproken mening van Elio di Rupo is.
Elio di Rupo verklaarde vandaag op een debat in de Belgische Senaat het volgende:
Overigens is de laatste opmerking van hem eigenlijk een bekentenis van formaat. Want wanneer prins Filip uitspraken over het Vlaams Belang doet en het separatisme afwijst, verklaart Isabelle Durant (Ecolo) dat er eigenlijk niets aan de hand is omdat hij alleen maar zegt wat de meerderheid van de Belgen stilletjes denkt. Welk gevaar er dan kan schuilgaan in een referendum over de sociale zekerheid of de staatsstructuur is me dan ook niet helemaal duidelijk. Tenzij men natuurlijk aan Franstalige zijde toch niet helemaal zeker is van zijn zaak...
Elio di Rupo verklaarde vandaag op een debat in de Belgische Senaat het volgende:
We hebben reeds een koningskwestie gehad, en we doen er goed aan om een nieuw avontuur te vermijden.Bovendien waarschuwde hij ervoor dat een referendum over de Europese Grondwet als precedent kan dienen voor referenda over andere zaken zoals de sociale zekerheid en de staatsstructuur. Stel je inderdaad eens voor dat de bevolking daarover zijn mening zou mogen uiten!
Overigens is de laatste opmerking van hem eigenlijk een bekentenis van formaat. Want wanneer prins Filip uitspraken over het Vlaams Belang doet en het separatisme afwijst, verklaart Isabelle Durant (Ecolo) dat er eigenlijk niets aan de hand is omdat hij alleen maar zegt wat de meerderheid van de Belgen stilletjes denkt. Welk gevaar er dan kan schuilgaan in een referendum over de sociale zekerheid of de staatsstructuur is me dan ook niet helemaal duidelijk. Tenzij men natuurlijk aan Franstalige zijde toch niet helemaal zeker is van zijn zaak...
zondag, december 05, 2004
Brussel-Halle-Vilvoorde: Quousque tandem? (5)
Volgens de MR is Brussel niet te koop. Dat betekent echter niet dat de MR vindt dat de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde voor de Vlamingen gratis kan zijn.
De Vlaamse Beweging meent dat er voor de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde niet betaald hoeft te worden, omdat er reeds voor betaald is. Bovendien is de splitsing niet meer dan de uitvoering van wat in de Grondwet staat, en in een normale rechtsstaat hoeft men niet te betalen voor de uitvoering van de Grondwet.
Aan Franstalige kant heeft men dat kennelijk zo niet begrepen, al zijn er barsten in het front waar te nemen. Zo stelt men bij de MR vol afgrijzen vast dat de Brusselse PS-cdH-Ecolo-regering bereid zou zijn de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde te aanvaarden in ruil voor een handvol «judaspenningen». De MR roep daarbij uit dat zij de solidariteit met de Franstaligen in de périphérie nooit zullen opgeven.
Ook Olivier Maingain, voorzitter van het FDF, draagt zijn steentje bij. Volgens hem is het behoud van Brussel-Halle-Vilvoorde essentieel voor het voortbestaan van België, een argument dat waarschijnlijk niet veel indruk zal maken bij een groot deel van de Vlaamse beweging, au contraire. Maar volgens Maingain kan er geen sprake zijn van een splitsing zolang de Vlamingen hun vroegere aangegane beloften niet nakomen, namelijk de volledige implementatie van het Minderhedenverdrag. Dat verdrag werd wel al ondertekend door toenmalig Minister van Buitenlandse Zaken Louis Michel, maar nooit goedgekeurd door alle parlementen in België. Het zou interessant zijn te vernemen welke Vlamingen die beloften hebben gedaan. Verder roept Maingain de andere Franstalige partijen op om met nieuwe eisen te komen, zoals de uitbreiding van de grenzen van het Brusselse Gewest, en een einde aan de bescherming van de Vlaamse minderheid in Brussel bij de verkiezingen. Dat dit laatste verbonden is aan de pariteit in de federale regering is hem waarschijnlijk onbekend.
Het wordt misschien tijd dat de Franstaligen eens in de leer gaan bij Sven Gatz als zij werkelijk nog steeds denken dat ze Brussel-Halle-Vilvoorde één zullen kunnen houden zonder daarvoor een prijs te moeten betalen. Om nog maar over de illusie te zwijgen dat ze denken eisen te kunnen stellen bij een splitsing die er toch gratis en onverwijld zit aan te komen.
De Vlaamse Beweging meent dat er voor de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde niet betaald hoeft te worden, omdat er reeds voor betaald is. Bovendien is de splitsing niet meer dan de uitvoering van wat in de Grondwet staat, en in een normale rechtsstaat hoeft men niet te betalen voor de uitvoering van de Grondwet.
Aan Franstalige kant heeft men dat kennelijk zo niet begrepen, al zijn er barsten in het front waar te nemen. Zo stelt men bij de MR vol afgrijzen vast dat de Brusselse PS-cdH-Ecolo-regering bereid zou zijn de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde te aanvaarden in ruil voor een handvol «judaspenningen». De MR roep daarbij uit dat zij de solidariteit met de Franstaligen in de périphérie nooit zullen opgeven.
Ook Olivier Maingain, voorzitter van het FDF, draagt zijn steentje bij. Volgens hem is het behoud van Brussel-Halle-Vilvoorde essentieel voor het voortbestaan van België, een argument dat waarschijnlijk niet veel indruk zal maken bij een groot deel van de Vlaamse beweging, au contraire. Maar volgens Maingain kan er geen sprake zijn van een splitsing zolang de Vlamingen hun vroegere aangegane beloften niet nakomen, namelijk de volledige implementatie van het Minderhedenverdrag. Dat verdrag werd wel al ondertekend door toenmalig Minister van Buitenlandse Zaken Louis Michel, maar nooit goedgekeurd door alle parlementen in België. Het zou interessant zijn te vernemen welke Vlamingen die beloften hebben gedaan. Verder roept Maingain de andere Franstalige partijen op om met nieuwe eisen te komen, zoals de uitbreiding van de grenzen van het Brusselse Gewest, en een einde aan de bescherming van de Vlaamse minderheid in Brussel bij de verkiezingen. Dat dit laatste verbonden is aan de pariteit in de federale regering is hem waarschijnlijk onbekend.
Het wordt misschien tijd dat de Franstaligen eens in de leer gaan bij Sven Gatz als zij werkelijk nog steeds denken dat ze Brussel-Halle-Vilvoorde één zullen kunnen houden zonder daarvoor een prijs te moeten betalen. Om nog maar over de illusie te zwijgen dat ze denken eisen te kunnen stellen bij een splitsing die er toch gratis en onverwijld zit aan te komen.
Bart Somer voorzitter van de VLD
Gisteren won Bart Somers (op Oekraïense wijze?) de voorzittersverkiezingen van de VLD met 50,46% van de stemmen. Een tweede ronde is daarmee niet nodig, maar als nieuwe voorzitter zou hij er toch goed aan doen naar het signaal van de leden te luisteren.
De berichtgeving over de telling van de stemmen is op z'n minst merkwaardig. Rond zes uur waren de stemmen van twee arrondissementen geteld, namelijk Brussel en Mechelen-Turnhout, en daaruit bleek dat Bart Somers met 55% aan de leiding stond. Daarna volgde er volledige radiostilte «omdat de kloof onvoldoende groot was», wat dat ook moge betekenen. Even na middernacht kwam dan het bericht dat Bart Somers een nipte meerderheid had behaald, en er dus geen tweede ronde nodig is. Men kan ervan denken wat men wil, maar de voorspelling van Jean-Marie Dedecker dat Bart Somers het ging halen met 50% plus een stem was er akelig dicht bij.
Bart Somers mag dan al een globale meerderheid gehaald hebben —in een tweede ronde zou hij ongetwijfeld gewonnen hebben— hij zal er toch rekening moeten mee houden dat hij in een aantal arrondissementen die meerderheid niet gehaald heeft, en a fortiori als hij bij de volgende verkiezingen met de VLD nog 15% van de stemmen wil halen. Het wordt ook uitkijken hoe lang hij het in de voorzittersstoel van de VLD zal uithouden, want Bart Somers heeft niet bepaald de gewoonte lang op dezelfde post te blijven. Vooral wanneer hij verklaringen begint af te leggen dat hij er zelfs niet aan denkt zijn post te verlaten is het opgeletten geblazen, zoals de Mechelaars hebben mogen ondervinden.
De berichtgeving over de telling van de stemmen is op z'n minst merkwaardig. Rond zes uur waren de stemmen van twee arrondissementen geteld, namelijk Brussel en Mechelen-Turnhout, en daaruit bleek dat Bart Somers met 55% aan de leiding stond. Daarna volgde er volledige radiostilte «omdat de kloof onvoldoende groot was», wat dat ook moge betekenen. Even na middernacht kwam dan het bericht dat Bart Somers een nipte meerderheid had behaald, en er dus geen tweede ronde nodig is. Men kan ervan denken wat men wil, maar de voorspelling van Jean-Marie Dedecker dat Bart Somers het ging halen met 50% plus een stem was er akelig dicht bij.
Bart Somers mag dan al een globale meerderheid gehaald hebben —in een tweede ronde zou hij ongetwijfeld gewonnen hebben— hij zal er toch rekening moeten mee houden dat hij in een aantal arrondissementen die meerderheid niet gehaald heeft, en a fortiori als hij bij de volgende verkiezingen met de VLD nog 15% van de stemmen wil halen. Het wordt ook uitkijken hoe lang hij het in de voorzittersstoel van de VLD zal uithouden, want Bart Somers heeft niet bepaald de gewoonte lang op dezelfde post te blijven. Vooral wanneer hij verklaringen begint af te leggen dat hij er zelfs niet aan denkt zijn post te verlaten is het opgeletten geblazen, zoals de Mechelaars hebben mogen ondervinden.
zaterdag, december 04, 2004
EU-volksraadpleging
Volgens de Raad van State is een volksraadpleging niet in overeenstemming met de huidige Belgische Grondwet. Het grootste bezwaar was dat zelfs bij een niet-bindende volksraadpleging het gevaar bestaat dat de politici niet anders zouden durven dan de uitslag van de raadpleging te volgen. Een merkwaardige stellingname amper een paar maanden nadat het migrantenstemrecht tegen de wil van de bevolking erdoor gedrukt werd.
Volgens Herman de Croo is de kans dat er een volksraadpleging komt verminderd. De vraag is of het niet van in het begin in de sterren geschreven stond dat er van een volksraadpleging niet veel in huis zou komen. Guy Verhofstadt is weliswaar steeds een sterk aanhanger geweest van het invoeren van referenda, maar nogal wat krachten binnen de Belgische staat zijn er niet zo happig op terugdenkend aan het vorige referendum. Dat het Vlaams Belang een raadpleging wou aangrijpen om campagne te voeren tegen de toetreding van Turkije zal het enthousiasme niet bepaald hebben doen toenemen.
In dat opzicht is het eigenlijk merkwaardig dat de Raad van State meent dat zelfs indien een volksraadpleging niet bindend zou zijn, de politici niet anders zullen durven dan de uitslag volgen, en dat een volksraadpleging dus toch bindend zou zijn. Het is vooral dat laatste dat strijdig is met de Grondwet. Er zijn nochtans twee dingen die tegen de redenering pleiten. Ten eerste heeft het migrantenstemrecht aangetoond dat politici er niet bepaald een probleem van maken om tegen de wil van de bevolking in te gaan. In Vlaanderen was er een meerderheid van om en bij de tachtig procent tegen, terwijl in Franstalig België het aantal voor- en tegenstanders min of meer in evenwicht was. Op Belgisch niveau geeft dat dus nog steeds een duidelijke meerderheid tegen. Niettemin is het migrantenstemrecht een feit.
Een tweede zaak is dat politici er zich wel voor zullen hoeden om volksraadplegingen te organiseren die een verkeerde uitslag zouden kunnen opleveren. Een volksraadpleging over bijvoorbeeld de toetreding van Turkije tot de EU, of over het migrantenstemrecht, zijn vrijwel uitgesloten. Zelfs als men de bevolking een initiatiefrecht zou geven, zal men er wel voor zorgen dat de lat hoog genoeg gelegd wordt zodat er voor geen ongelukjes gevreesd hoeft te worden. België is tenslotte Zwitserland niet. Het is dan ook onrealistisch te denken dat men vandaag een referendum over de Europese Grondwet zou overwegen als men niet redelijk zeker was van een positieve uitslag.
Wat denkt ondertussen de Vlaming over het organiseren van een volksraadpleging? Bij Kompas loopt er al een tijdje een peiling hierover, en een stabiele meerderheid van zo'n 70% vindt dat de Europese Grondwet door een meerderheid van de kiezers in élke lidstaat goedgekeurd zou moeten worden. Een peiling of men in het geval van een referendum voor of tegen zou stemmen werd vandaag geopend. Overigens vindt op dit ogenblik een meerderheid van tachtig procent dat Turkije de eerste twintig jaar best niet toetreedt tot de Europese Unie, terwijl slechts veertig procent tevreden is met de uitbreiding van de Europese Unie van mei dit jaar.
Volgens Herman de Croo is de kans dat er een volksraadpleging komt verminderd. De vraag is of het niet van in het begin in de sterren geschreven stond dat er van een volksraadpleging niet veel in huis zou komen. Guy Verhofstadt is weliswaar steeds een sterk aanhanger geweest van het invoeren van referenda, maar nogal wat krachten binnen de Belgische staat zijn er niet zo happig op terugdenkend aan het vorige referendum. Dat het Vlaams Belang een raadpleging wou aangrijpen om campagne te voeren tegen de toetreding van Turkije zal het enthousiasme niet bepaald hebben doen toenemen.
In dat opzicht is het eigenlijk merkwaardig dat de Raad van State meent dat zelfs indien een volksraadpleging niet bindend zou zijn, de politici niet anders zullen durven dan de uitslag volgen, en dat een volksraadpleging dus toch bindend zou zijn. Het is vooral dat laatste dat strijdig is met de Grondwet. Er zijn nochtans twee dingen die tegen de redenering pleiten. Ten eerste heeft het migrantenstemrecht aangetoond dat politici er niet bepaald een probleem van maken om tegen de wil van de bevolking in te gaan. In Vlaanderen was er een meerderheid van om en bij de tachtig procent tegen, terwijl in Franstalig België het aantal voor- en tegenstanders min of meer in evenwicht was. Op Belgisch niveau geeft dat dus nog steeds een duidelijke meerderheid tegen. Niettemin is het migrantenstemrecht een feit.
Een tweede zaak is dat politici er zich wel voor zullen hoeden om volksraadplegingen te organiseren die een verkeerde uitslag zouden kunnen opleveren. Een volksraadpleging over bijvoorbeeld de toetreding van Turkije tot de EU, of over het migrantenstemrecht, zijn vrijwel uitgesloten. Zelfs als men de bevolking een initiatiefrecht zou geven, zal men er wel voor zorgen dat de lat hoog genoeg gelegd wordt zodat er voor geen ongelukjes gevreesd hoeft te worden. België is tenslotte Zwitserland niet. Het is dan ook onrealistisch te denken dat men vandaag een referendum over de Europese Grondwet zou overwegen als men niet redelijk zeker was van een positieve uitslag.
Wat denkt ondertussen de Vlaming over het organiseren van een volksraadpleging? Bij Kompas loopt er al een tijdje een peiling hierover, en een stabiele meerderheid van zo'n 70% vindt dat de Europese Grondwet door een meerderheid van de kiezers in élke lidstaat goedgekeurd zou moeten worden. Een peiling of men in het geval van een referendum voor of tegen zou stemmen werd vandaag geopend. Overigens vindt op dit ogenblik een meerderheid van tachtig procent dat Turkije de eerste twintig jaar best niet toetreedt tot de Europese Unie, terwijl slechts veertig procent tevreden is met de uitbreiding van de Europese Unie van mei dit jaar.
DOORGEPRIKT STAAT NETJES. Waarom Mia Doornaert barones is
Mia Doornaert schrijft in haar column «Doorgeprikt staat netjes» vaak interessante dingen die de moeite van het lezen waard zijn, ook al ben ik het niet altijd met haar eens. Maar in haar laatste column over de uitspraken van prins Filip prikt ze vooral zichzelf door, zoals wel vaker voorvalt wanneer het over la Belgique gaat.
Eén van de eerste salvo's gaat in de richting van de drie loten van de oude Volksunie, namelijk het Vlaams Belang, de N-VA en SPIRIT, die het verwijt toegeslingerd krijgen dat ze een ideologie hebben:
Haar volgende klacht is dat prins Filip alleen maar «redelijk» is wanneer hij buitenlandse handel weer unitair wil maken. Immers:
Trouwens, zoals ze een beetje verder opmerkt, als je maar met tien miljoen bent, kan je maar beter de krachten bundelen. Eendracht maakt macht, waar hebben we dat nog gehoord? Stel je even voor wat dat zou worden als we met 26 miljoen mensen de krachten zouden bundelen. Misschien toch maar beter niet samenwerken met Nederland, want we moeten de rest van de wereld toch ook nog een kansje gunnen!
Haar commentaar over de splitsing van de ontwikkelingshulp daarentegen is verhelderend. Die moet zoveel mogelijk unitair gehouden worden, want anders worden de schaarse middelen nog meer versnipperd over niet alleen regeringen en administraties, maar ook studietjes en brochuurtjes van bevriende experts en ngo's. Hoezo? Is dan niet alles koek en ei zoals het nu is? A propos, zou Mia Doornaert eens kunnen verklaren waarom landen zoals Vietnam bij de 25 partnerlanden van België horen, nu het toch over ontwikkelingshulp gaat? Ik wil niet suggereren dat de francofonie er voor iets zou tussenzitten, maar ben anderzijds wel eerder nieuwsgierig van aard. Over de relaties met de landen rond de Grote Meren en het standje dat Karel de Gucht van Albert II kreeg toen hij nog maar amper ingezworen was zullen we het deze keer niet hebben.
Haar laatste paragraaf ten slotte is een groot mysterie. Wie zouden die «nationalistische potentaten in dit land» eigenlijk zijn? Volgens Vandale.nl is een potentaat iemand die zich zeer laat gelden, of een machthebber. Zou het kunnen gaan over prinsen die zich vastklampen aan hun postje, en daarvoor zonder verpinken de kiezers van de grootste partij even bij de bok zetten? Een koning die journalisten tot de adel verheft, kwestie van hen aan het koningshuis te binden zodat ze in tijden van nood even kunnen inspringen om een prins wat uit de wind te zetten? Die zich trouwens voor volgend jaar een groot tricolor feest laat plannen om 175 jaar Belgique en dus ook zichzelf te vieren? Of is dat niet nationalistisch, maar patriottisch?
De meeste Belgen zijn inderdaad veel meer begaan met onze kansen op de Chinese en andere markten, dan met een verspreking van de kroonprins in Peking. Maar men moet in alle eerlijkheid ook kunnen toegeven dat die «meeste» Belgen anderzijds ook waarschijnlijk niet veel meer dan een wenkbrauw zouden verheffen bij een eventuele verdwijning van België, laat staan de wapens. Het zou dus wel eens een heel eenzame strijd kunnen worden voor taaie prinsen.
Eén van de eerste salvo's gaat in de richting van de drie loten van de oude Volksunie, namelijk het Vlaams Belang, de N-VA en SPIRIT, die het verwijt toegeslingerd krijgen dat ze een ideologie hebben:
Ze willen een onafhankelijk Vlaanderen en dus het einde van België, los van de vraag of een meerderheid van Vlamingen, laat staan Belgen, dat wil; los van de vraag of de Vlamingen daar beter van worden.Is het dan niet de plicht van een politieke partij dat ze de uitvoering van haar programma nastreeft? Of gaat ook Groen! over de schreef als ze kernenergie willen afschaffen los van de vraag of een meerderheid van de bevolking daar achterstaat? Overiges wars van alle waarschuingen over een dreigende energiecrisis vanaf 2016, want de vraag of de Vlamingen er beter van worden is wel het minste van hun zorgen. En wat te denken van de recente uitspraak van Bert Anciaux dat hij niet beschaamd is dat het migrantenstemrecht gerealiseerd werd tegen een Vlaamse meerderheid in? De ergste fout maakt Mia Doornaert overigens wanneer ze de Vlaamse onafhankelijkheid zou willen laten afhangen van een Belgische meerderheid—het zelfbeschikkingsrecht der volkeren is duidelijk niet aan baronessen besteed. Was er trouwens wel een Nederlandse meerderheid te vinden voor de scheiding van 1830 die volgend jaar uitgebreid zal, neen moet gevierd worden?
Haar volgende klacht is dat prins Filip alleen maar «redelijk» is wanneer hij buitenlandse handel weer unitair wil maken. Immers:
Waar is de logica [...] dat een Vlaming in Zweden, de Verenigde Staten of China Vlaanderen gaat aanprijzen als een fantastische plek om te investeren, als hij een week of een maand nadien opgevolgd wordt door een Waal met net hetzelfde verhaal?Ze legt dit weliswaar in de mond van Vlamingen die Vlaanderen in het buitenland proberen te promoten, maar de opmerking is raak, en ze heeft natuurlijk overschot van gelijk. Meer zelfs, als een week of een maand later een Nederlandse delegatie nog eens hetzelfde verhaal komt doen, en een beetje later ook nog eens een delegatie uit Luxemburg, tja, wat moeten die Zweden, Amerikanen en Chinezen daar dan allemaal van denken? Laat ik het zo zeggen, na meer dan zeven jaar in het buitenland gewoond te hebben: die vier delegaties zijn voor de gemiddelde buitenlander één pot nat. En je hoeft nog niet eens zo ver als naar China te reizen om mensen tegen te komen die het verschil niet zouden weten tussen Nederland en België, zelfs als hun leven ervan zou afhangen. Ik heb echter zo een vermoeden dat Mia Doornaert in haar volgende column nog niet gaat pleiten voor het afschaffen van de Vlaamse of Belgische handelsdelegaties ten voordele van een Benelux-delegatie. Wie zou trouwens aan het hoofd van die delegatie aangesteld moeten worden, prins Filip of Willem-Alexander? Al dan niet «los van de vraag of de Vlamingen daar beter van worden» natuurlijk...
Trouwens, zoals ze een beetje verder opmerkt, als je maar met tien miljoen bent, kan je maar beter de krachten bundelen. Eendracht maakt macht, waar hebben we dat nog gehoord? Stel je even voor wat dat zou worden als we met 26 miljoen mensen de krachten zouden bundelen. Misschien toch maar beter niet samenwerken met Nederland, want we moeten de rest van de wereld toch ook nog een kansje gunnen!
Haar commentaar over de splitsing van de ontwikkelingshulp daarentegen is verhelderend. Die moet zoveel mogelijk unitair gehouden worden, want anders worden de schaarse middelen nog meer versnipperd over niet alleen regeringen en administraties, maar ook studietjes en brochuurtjes van bevriende experts en ngo's. Hoezo? Is dan niet alles koek en ei zoals het nu is? A propos, zou Mia Doornaert eens kunnen verklaren waarom landen zoals Vietnam bij de 25 partnerlanden van België horen, nu het toch over ontwikkelingshulp gaat? Ik wil niet suggereren dat de francofonie er voor iets zou tussenzitten, maar ben anderzijds wel eerder nieuwsgierig van aard. Over de relaties met de landen rond de Grote Meren en het standje dat Karel de Gucht van Albert II kreeg toen hij nog maar amper ingezworen was zullen we het deze keer niet hebben.
Haar laatste paragraaf ten slotte is een groot mysterie. Wie zouden die «nationalistische potentaten in dit land» eigenlijk zijn? Volgens Vandale.nl is een potentaat iemand die zich zeer laat gelden, of een machthebber. Zou het kunnen gaan over prinsen die zich vastklampen aan hun postje, en daarvoor zonder verpinken de kiezers van de grootste partij even bij de bok zetten? Een koning die journalisten tot de adel verheft, kwestie van hen aan het koningshuis te binden zodat ze in tijden van nood even kunnen inspringen om een prins wat uit de wind te zetten? Die zich trouwens voor volgend jaar een groot tricolor feest laat plannen om 175 jaar Belgique en dus ook zichzelf te vieren? Of is dat niet nationalistisch, maar patriottisch?
De meeste Belgen zijn inderdaad veel meer begaan met onze kansen op de Chinese en andere markten, dan met een verspreking van de kroonprins in Peking. Maar men moet in alle eerlijkheid ook kunnen toegeven dat die «meeste» Belgen anderzijds ook waarschijnlijk niet veel meer dan een wenkbrauw zouden verheffen bij een eventuele verdwijning van België, laat staan de wapens. Het zou dus wel eens een heel eenzame strijd kunnen worden voor taaie prinsen.
woensdag, december 01, 2004
Reacties op uitspraak prins Filip
Ondertussen hebben een aantal politici gereageerd op de uitspraken van prins Filip in het interview met Story. Sommige reacties zijn best wel interessant om nog eens een overzicht te krijgen van waar de verschillende politici en partijen voor staan.
De reactie van Eerste Minister Guy Verhofstadt was voorspelbaar: hij kan moeilijk prins Filip dekken —daarvoor zijn de uitspraken veel te ver over de schreef— maar anderzijds kan hij ook moeilijk prins Filip openlijk tot de orde roepen. Daarom probeert hij het interview te degraderen tot een emotioneel moment, wat dat ook moge wezen.
Minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael heeft blijkbaar niet goed begrepen waar het over gaat wanneer hij stelt dat «iedereen moet strijden tegen extreem-rechts». Prins Filip heeft immers geen uitspraak gedaan over extreem-rechts, maar over het separatistische standpunt van het Vlaams Belang, en aan dat standpunt is niets extreem-rechts aan. Tenzij ook een tijdschrift als Meervoud nu als extreem-rechts gecategoriseerd moet worden.
De reactie van het Vlaams Belang is duidelijk overtrokken, in een poging er zoveel mogelijk munt uit te slaan. Of dat zo verstandig is, betwijfel ik, want op die manier maakt de partij zich kwetsbaar. Het klopt immers niet dat prins Filip zich volgens de Grondwet zou moeten onthouden van politieke uitspraken. Filip Dewinter riskeert dus op die manier zijn hand te overspelen. De reacties van N-VA en Geert Lambert van SPIRIT zijn daarentegen juridisch veel correcter en consequenter over de hele lijn.
Maar Filip Dewinter is niet de enige die zich vergallopeert. De voorzitster van de cdH, Joëlle Milquet, vindt dat Guy Verhofstadt de uitspraken van prins Filip had moeten dekken «omdat ze slaan op de verdediging van de democratische principes van het land». Welk democratisch principe er precies bedreigd wordt wanneer een miljoen Vlaamse kiezers op een partij stemt die hun mening vertolkt is echter niet helemaal duidelijk. Separatisme op zich is alvast niet ondemocratisch, en wordt zelfs erkend als een onderdeel van het volkerenrecht. Ik betwijfel bijvoorbeeld sterk dat Joëlle Milquet het onafhankelijkheidsstreven van de Franstalige bevolking in Québec ook als ondemocratisch zou afschrijven.
Volgens Elio di Rupo getuigt het van moed dat prins Filip zich afzet tegen een partij die hem zijn toekomstige job wil afpakken. Veel moed is daar volgens mij toch niet voor nodig. Verder volgt bij hem hetzelfde discours als dat van Joëlle Milquet, want ook volgens Elio di Rupo is het blijkbaar al fundamenteel ondemocratisch dat er een partij bestaat die België wil doen barsten.
Isabelle Durant ten slotte denkt dat prins Filip zegt wat de meerderheid van de Belgen heel stilletjes denkt. Ook zij plaatst dus geen vraagtekens bij het feit dat ondertussen al meer dan een kwart van de Vlaamse kiezers in het stemhokje alvast uitdrukking geeft van een heel andere mening te zijn. Overweldigend kan die meerderheid in Vlaanderen dus niet zijn, en dat is ook het enige wat relevant is voor het uitroepen van de Vlaamse onafhankelijkheid.
De reactie van Eerste Minister Guy Verhofstadt was voorspelbaar: hij kan moeilijk prins Filip dekken —daarvoor zijn de uitspraken veel te ver over de schreef— maar anderzijds kan hij ook moeilijk prins Filip openlijk tot de orde roepen. Daarom probeert hij het interview te degraderen tot een emotioneel moment, wat dat ook moge wezen.
Minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael heeft blijkbaar niet goed begrepen waar het over gaat wanneer hij stelt dat «iedereen moet strijden tegen extreem-rechts». Prins Filip heeft immers geen uitspraak gedaan over extreem-rechts, maar over het separatistische standpunt van het Vlaams Belang, en aan dat standpunt is niets extreem-rechts aan. Tenzij ook een tijdschrift als Meervoud nu als extreem-rechts gecategoriseerd moet worden.
De reactie van het Vlaams Belang is duidelijk overtrokken, in een poging er zoveel mogelijk munt uit te slaan. Of dat zo verstandig is, betwijfel ik, want op die manier maakt de partij zich kwetsbaar. Het klopt immers niet dat prins Filip zich volgens de Grondwet zou moeten onthouden van politieke uitspraken. Filip Dewinter riskeert dus op die manier zijn hand te overspelen. De reacties van N-VA en Geert Lambert van SPIRIT zijn daarentegen juridisch veel correcter en consequenter over de hele lijn.
Maar Filip Dewinter is niet de enige die zich vergallopeert. De voorzitster van de cdH, Joëlle Milquet, vindt dat Guy Verhofstadt de uitspraken van prins Filip had moeten dekken «omdat ze slaan op de verdediging van de democratische principes van het land». Welk democratisch principe er precies bedreigd wordt wanneer een miljoen Vlaamse kiezers op een partij stemt die hun mening vertolkt is echter niet helemaal duidelijk. Separatisme op zich is alvast niet ondemocratisch, en wordt zelfs erkend als een onderdeel van het volkerenrecht. Ik betwijfel bijvoorbeeld sterk dat Joëlle Milquet het onafhankelijkheidsstreven van de Franstalige bevolking in Québec ook als ondemocratisch zou afschrijven.
Volgens Elio di Rupo getuigt het van moed dat prins Filip zich afzet tegen een partij die hem zijn toekomstige job wil afpakken. Veel moed is daar volgens mij toch niet voor nodig. Verder volgt bij hem hetzelfde discours als dat van Joëlle Milquet, want ook volgens Elio di Rupo is het blijkbaar al fundamenteel ondemocratisch dat er een partij bestaat die België wil doen barsten.
Isabelle Durant ten slotte denkt dat prins Filip zegt wat de meerderheid van de Belgen heel stilletjes denkt. Ook zij plaatst dus geen vraagtekens bij het feit dat ondertussen al meer dan een kwart van de Vlaamse kiezers in het stemhokje alvast uitdrukking geeft van een heel andere mening te zijn. Overweldigend kan die meerderheid in Vlaanderen dus niet zijn, en dat is ook het enige wat relevant is voor het uitroepen van de Vlaamse onafhankelijkheid.
Waarom vergat prins Filip N-VA?
Prins Filip vergat in China uit te halen naar de N-VA als een partij die België kapot wil. Daar kunnen drie redenen voor zijn, maar geen van de drie is prettig nieuws voor de N-VA.
De eerste reden is de meest voor de hand liggende: misschien refereerde prins Filip alleen maar naar het Vlaams Belang omdat dat met zo'n kwart van de Vlaamse kiezers de grootste separatistische partij is, zelfs de grootste partij zonder meer. De N-VA heeft een aanhang van zo'n vijf procent, wat toch wel een ordegrootte kleiner is dan die van het Vlaams Belang.
Een andere reden zou kunnen zijn dat prins Filip niet weet dat N-VA een aparte partij is, los van de CD&V, met eigen meningen en standpunten. Nochtans is het precies op dat vlak dat de twee kartelpartners het meest van mekaar verschillen, en zou dit onderscheid toch niet mogen ontgaan zijn aan een kroonprins die de ambitie heeft ooit op de troon te zitten om er informatie- en formatiegesprekken te voeren.
De derde en laatste reden is de meest pijnlijke voor de N-VA: misschien beschouwt prins Filip de N-VA niet als een partij die het voortbestaan van België bedreigt? De partij zit immers in de Vlaamse regering en geeft niet de indruk daar voor brokken te zorgen, ondanks de eis dat Brussel-Halle-Vilvoorde gesplitst moest worden voor de partij überhaupt wou toetreden tot de regering. De eis werd echter onverwijld afgezwakt, en het arrondissement zou gesplitst worden voor Nieuwjaar, maar ondertussen zijn we op amper dertig dagen van die datum aanbelandt, en nog steeds is het arrondissement niet gesplitst. Het doet hoe langer hoe meer denken aan de beruchte Derde Fase van wijlen de Volksunie.
Het is een slecht teken voor de N-VA dat het koningshuis bij monde van prins Filip zijn pijlen in de eerste plaats op het Vlaams Belang richt. Indien de N-VA in de toekomst een rol wil spelen als een relevante vertegenwoordiger van de Vlaamse beweging in de partijpolitiek, zou de partijleiding er goed aan doen ervoor te zorgen dat het koningshuis bij nieuwe uitvallen ook de N-VA een veeg uit de pan geeft. Ik wens het hen in ieder geval van harte toe!
De eerste reden is de meest voor de hand liggende: misschien refereerde prins Filip alleen maar naar het Vlaams Belang omdat dat met zo'n kwart van de Vlaamse kiezers de grootste separatistische partij is, zelfs de grootste partij zonder meer. De N-VA heeft een aanhang van zo'n vijf procent, wat toch wel een ordegrootte kleiner is dan die van het Vlaams Belang.
Een andere reden zou kunnen zijn dat prins Filip niet weet dat N-VA een aparte partij is, los van de CD&V, met eigen meningen en standpunten. Nochtans is het precies op dat vlak dat de twee kartelpartners het meest van mekaar verschillen, en zou dit onderscheid toch niet mogen ontgaan zijn aan een kroonprins die de ambitie heeft ooit op de troon te zitten om er informatie- en formatiegesprekken te voeren.
De derde en laatste reden is de meest pijnlijke voor de N-VA: misschien beschouwt prins Filip de N-VA niet als een partij die het voortbestaan van België bedreigt? De partij zit immers in de Vlaamse regering en geeft niet de indruk daar voor brokken te zorgen, ondanks de eis dat Brussel-Halle-Vilvoorde gesplitst moest worden voor de partij überhaupt wou toetreden tot de regering. De eis werd echter onverwijld afgezwakt, en het arrondissement zou gesplitst worden voor Nieuwjaar, maar ondertussen zijn we op amper dertig dagen van die datum aanbelandt, en nog steeds is het arrondissement niet gesplitst. Het doet hoe langer hoe meer denken aan de beruchte Derde Fase van wijlen de Volksunie.
Het is een slecht teken voor de N-VA dat het koningshuis bij monde van prins Filip zijn pijlen in de eerste plaats op het Vlaams Belang richt. Indien de N-VA in de toekomst een rol wil spelen als een relevante vertegenwoordiger van de Vlaamse beweging in de partijpolitiek, zou de partijleiding er goed aan doen ervoor te zorgen dat het koningshuis bij nieuwe uitvallen ook de N-VA een veeg uit de pan geeft. Ik wens het hen in ieder geval van harte toe!
Stuiptrekkingen van een régime?
Prins Filip haalt uit naar het Vlaams Belang en vindt zichzelf «een taaie als het moet». Dat hij zulke meningen over het Vlaams Belang heeft, is niet echt een verrassing. Dat hij ze ook uitspreekt is iets anders.
De verschillende uitlatingen van prins Filip tijdens de handelsmissie laten duidelijk zien dat men zich in Laken meer en meer bedreigd (verzuurd?) voelt. Eerst was er de rel rond Marie-Rose Morel, alsof het Vlaams Belang de koninklijke familie ooit fysisch bedreigd zou hebben of zou bedreigen. Daarna was er de speech waarin hij stelde dat het beleid rond de buitenlandse handel terug Belgischer moest worden. Zo een uitspraak kan alleen maar aantonen dat hij ofwel de laatste jaren de Belgische politiek niet goed gevolgd heeft, ofwel niet goed snapt wat er werkelijk aan de hand is.
Hij poneert trouwens alleen maar de stelling dat we «in het buitenland [...] met één mond [moeten] spreken, als één land naar buiten komen», maar verklaart niet waarom dat zo is. Zijn er soms speciale schaalvoordelen verbonden aan Belgische handelsmissies? En waarom moeten Walen en Vlamingen als één land naar buiten komen? Zou het misschien nóg beter zijn als de hele Benelux —ik schreef bijna de Nederlanden— als één regio naar buiten zou komen? Wat met de Skandinavische landen? En moeten Tsjechen en Slovaken ook hun handelsmissies samen organiseren, of mogen zij wel apart hun ding doen? Ik ben jammer genoeg niet zo intelligent als de prins (wie wel?), en blijf dus zonder antwoord op deze vragen zitten. Wat ik wel weet is dat als hij graag op handelsmissie trekt, hij misschien best toch eens nadenkt wie in België voor 80% van de export staat voor hij nog eens kant wil kiezen.
Overigens, volgens de media kwam hij met deze uitspraak alleen in botsing met N-VA en Spirit, alsof het Vlaams Belang niet echt gereageerd zou hebben. De prins gooit echter roet in het eten door nu zelf uit te halen naar het Vlaams Belang, en niet naar de N-VA die even goed een separatistische partij is. Nu moet men immers wel veel aandacht aan het Vlaams Belang schenken, meer zelfs, op een onderwerp waar men het Vlaams Belang liefst helemaal zou doodzwijgen en waar het Vlaams Belang alleen maar kan winnen. Men wil immers het Belang liefst van al voorstellen als een partij met maar één standpunt, namelijk het migrantenstandpunt, om daarna te kunnen stellen dat het Belang zijn standpunt over België en het koningshuis probeert weg te moffelen en dus zijn kiezers voor het lapje houdt. Prins Filip weet dat blijkbaar niet, en vliegt er helemaal in.
Volgens de prins zijn dus «sommige mensen en partijen» tegen België. Hij vernoemt het Vlaams Belang, maar vergeet blijkbaar de N-VA. En hij vergeet ook dat het met het Vlaams Belang en de N-VA samen over meer dan een kwart van de Vlamingen gaat. Zelf willen we dan nog even vergeten dat er voor de VLD een zekere Jean-Marie Dedecker zetelt in de Senaat, die zijn mening over België en het koningshuis niet bepaald onder stoelen of banken steekt, en dat er ook binnen de CD&V stromingen aanwezig zijn die meer willen dan alleen maar federalisme en confederalisme. We willen de prins dus geen slapeloze nachten bezorgen door te stellen dat men rustig mag stellen dat meer dan een derde van de bevolking hem liever een andere baan aan de hand zou doen. Hij zou er anders toch eens best aan doen om erover na te denken in hoeveel andere Europese landen een zo groot deel van de bevolking tegen de staat is waarin ze leven, en hoe dat eigenlijk komt.
De verschillende uitlatingen van prins Filip tijdens de handelsmissie laten duidelijk zien dat men zich in Laken meer en meer bedreigd (verzuurd?) voelt. Eerst was er de rel rond Marie-Rose Morel, alsof het Vlaams Belang de koninklijke familie ooit fysisch bedreigd zou hebben of zou bedreigen. Daarna was er de speech waarin hij stelde dat het beleid rond de buitenlandse handel terug Belgischer moest worden. Zo een uitspraak kan alleen maar aantonen dat hij ofwel de laatste jaren de Belgische politiek niet goed gevolgd heeft, ofwel niet goed snapt wat er werkelijk aan de hand is.
Hij poneert trouwens alleen maar de stelling dat we «in het buitenland [...] met één mond [moeten] spreken, als één land naar buiten komen», maar verklaart niet waarom dat zo is. Zijn er soms speciale schaalvoordelen verbonden aan Belgische handelsmissies? En waarom moeten Walen en Vlamingen als één land naar buiten komen? Zou het misschien nóg beter zijn als de hele Benelux —ik schreef bijna de Nederlanden— als één regio naar buiten zou komen? Wat met de Skandinavische landen? En moeten Tsjechen en Slovaken ook hun handelsmissies samen organiseren, of mogen zij wel apart hun ding doen? Ik ben jammer genoeg niet zo intelligent als de prins (wie wel?), en blijf dus zonder antwoord op deze vragen zitten. Wat ik wel weet is dat als hij graag op handelsmissie trekt, hij misschien best toch eens nadenkt wie in België voor 80% van de export staat voor hij nog eens kant wil kiezen.
Overigens, volgens de media kwam hij met deze uitspraak alleen in botsing met N-VA en Spirit, alsof het Vlaams Belang niet echt gereageerd zou hebben. De prins gooit echter roet in het eten door nu zelf uit te halen naar het Vlaams Belang, en niet naar de N-VA die even goed een separatistische partij is. Nu moet men immers wel veel aandacht aan het Vlaams Belang schenken, meer zelfs, op een onderwerp waar men het Vlaams Belang liefst helemaal zou doodzwijgen en waar het Vlaams Belang alleen maar kan winnen. Men wil immers het Belang liefst van al voorstellen als een partij met maar één standpunt, namelijk het migrantenstandpunt, om daarna te kunnen stellen dat het Belang zijn standpunt over België en het koningshuis probeert weg te moffelen en dus zijn kiezers voor het lapje houdt. Prins Filip weet dat blijkbaar niet, en vliegt er helemaal in.
Volgens de prins zijn dus «sommige mensen en partijen» tegen België. Hij vernoemt het Vlaams Belang, maar vergeet blijkbaar de N-VA. En hij vergeet ook dat het met het Vlaams Belang en de N-VA samen over meer dan een kwart van de Vlamingen gaat. Zelf willen we dan nog even vergeten dat er voor de VLD een zekere Jean-Marie Dedecker zetelt in de Senaat, die zijn mening over België en het koningshuis niet bepaald onder stoelen of banken steekt, en dat er ook binnen de CD&V stromingen aanwezig zijn die meer willen dan alleen maar federalisme en confederalisme. We willen de prins dus geen slapeloze nachten bezorgen door te stellen dat men rustig mag stellen dat meer dan een derde van de bevolking hem liever een andere baan aan de hand zou doen. Hij zou er anders toch eens best aan doen om erover na te denken in hoeveel andere Europese landen een zo groot deel van de bevolking tegen de staat is waarin ze leven, en hoe dat eigenlijk komt.
zaterdag, november 27, 2004
Verkeerd geciteerd... op zijn eigen blog!
Hoe vaak valt het niet voor dat een politicus een interview laat afnemen, en de volgende dag merkt dat hij totaal verkeerd geciteerd is? Of dat hij dat toch probeert te beweren? Vandaag lijkt Bert Anciaux te willen beweren dat hij verkeerd geciteerd werd op zijn eigen blog.
Een vriend van Bert Anciaux heeft hem verteld dat er al wekenlang een e-mail zou circuleren waarin «aangetoond» wordt dat hij een landsverrader is aan de hand van een citaat uit zijn weblog. Zelf heb ik die e-mail niet gezien, maar ik heb wel commentaar geleverd op de uitspraken die vermoedelijke geciteerd worden.
Het is toch interessant om de uitspraak van vandaag te vergelijken met de uitspraak die precies een maand geleden gedaan werd. Dit schreef Bert Anciaux op 27 oktober:
Een andere zaak is het migrantenstemrecht. Het is begrijpelijk dat in een federale staat af en toe wetten worden goedgekeurd die geen meerderheid genieten in één van de deelstaten. Dat in één van de deelstaten 60% of meer tegen een bepaalde wet is die desondanks toch goedgekeurd wordt, is inderdaad niet ondemocratisch. Is 70% van de bevolking in één van de deelstaten tegen, zou er toch al een waarschuwingslampje mogen beginnen branden, maar wanneer in een fundamenteel tweeledig federale staat een wet goedgekeurd wordt waar 80% van de bevolking van één van de deelstaten tegen is, dan is men toch ferm over de schreef gegaan. Te meer daar men wel verwacht dat diezelfde deelstaat op alle vlakken federaal loyaal moet zijn, ja zelfs solidair aan een tempo van enkele miljarden euro per jaar. Meer zelfs, wanneer die deelstaat met eigen wensen op de proppen komt, mag zij niet de macht van het getal uitspelen om bijvoorbeeld de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde door te voeren.
Een stap verder is de hulp van het buitenland (zoals Bert Anciaux vandaag zélf stelt) inroepen om de eigen macht veilig te stellen tegen een meerderheid in. Volgens mij is het wel degelijk op die manier dat de eerste uitspraak van hem geïnterpreteerd moet worden. Dit hoeft natuurlijk geen landsverraad te zijn, afhankelijk van de motivatie die erachter steekt. Indien het er om gaat dat men oprecht meent dat de uitvoering van de eigen agenda in het belang van het land is, kan men ervoor argumenteren dat dit geen landsverraad is. Maar die agenda moet dan wel van een andere orde zijn dan dat men niet wil dat er een rechts beleid gevoerd zou worden conform de wens van de meerderheid, terwijl men zelf niet over een grotere aanhang beschikt dan de schamele 20% die bij de laatste verkiezingen op jou en je kartelpartner heeft gestemd.
Een vriend van Bert Anciaux heeft hem verteld dat er al wekenlang een e-mail zou circuleren waarin «aangetoond» wordt dat hij een landsverrader is aan de hand van een citaat uit zijn weblog. Zelf heb ik die e-mail niet gezien, maar ik heb wel commentaar geleverd op de uitspraken die vermoedelijke geciteerd worden.
Het is toch interessant om de uitspraak van vandaag te vergelijken met de uitspraak die precies een maand geleden gedaan werd. Dit schreef Bert Anciaux op 27 oktober:
Ik hoop dat we voldoende blijven inzien dat Wallonië ons kan helpen in het voorkomen van een onverdraagzame rechtse machtsgreep tegen de vrijheid van denken, tegen de seksuele vrijheid, tegen de godsdienstvrijheid en tegen culturele vrijheid in.Vandaag schrijft hij het volgende:
Ik wou gewoon zeggen dat het ook wel eens mogelijk is dat er een progressieve meerderheid op federaal vlak bestaat, zelfs met een conservatieve meerderheid in Vlaanderen.Ten eerste is het niet zo dat het alleen maar mogelijk is dat er een progressieve meerderheid op federaal vlak zou bestaan met een conservatieve meerderheid in Vlaanderen, maar dit is wel degelijk al jaren het geval. Erger is dat de SP.A dankzij die federale progressieve meerderheid al jarenlang in Vlaanderen op regionaal niveau de lakens uitdeelt, ondanks die Vlaamse conservatieve meerderheid. Of dat zo democratisch is, weet ik toch niet.
Ik ben niet beschaamd vast te stellen dat zo het migrantenstemrecht is gerealiseerd. Is dit daarom ondemocratisch? Zolang er federaal bevoegdheden blijven, is het toch ok dat deze bevoegdheden ook federaal moeten steunen op een meerderheid, niet?
Een andere zaak is het migrantenstemrecht. Het is begrijpelijk dat in een federale staat af en toe wetten worden goedgekeurd die geen meerderheid genieten in één van de deelstaten. Dat in één van de deelstaten 60% of meer tegen een bepaalde wet is die desondanks toch goedgekeurd wordt, is inderdaad niet ondemocratisch. Is 70% van de bevolking in één van de deelstaten tegen, zou er toch al een waarschuwingslampje mogen beginnen branden, maar wanneer in een fundamenteel tweeledig federale staat een wet goedgekeurd wordt waar 80% van de bevolking van één van de deelstaten tegen is, dan is men toch ferm over de schreef gegaan. Te meer daar men wel verwacht dat diezelfde deelstaat op alle vlakken federaal loyaal moet zijn, ja zelfs solidair aan een tempo van enkele miljarden euro per jaar. Meer zelfs, wanneer die deelstaat met eigen wensen op de proppen komt, mag zij niet de macht van het getal uitspelen om bijvoorbeeld de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde door te voeren.
Een stap verder is de hulp van het buitenland (zoals Bert Anciaux vandaag zélf stelt) inroepen om de eigen macht veilig te stellen tegen een meerderheid in. Volgens mij is het wel degelijk op die manier dat de eerste uitspraak van hem geïnterpreteerd moet worden. Dit hoeft natuurlijk geen landsverraad te zijn, afhankelijk van de motivatie die erachter steekt. Indien het er om gaat dat men oprecht meent dat de uitvoering van de eigen agenda in het belang van het land is, kan men ervoor argumenteren dat dit geen landsverraad is. Maar die agenda moet dan wel van een andere orde zijn dan dat men niet wil dat er een rechts beleid gevoerd zou worden conform de wens van de meerderheid, terwijl men zelf niet over een grotere aanhang beschikt dan de schamele 20% die bij de laatste verkiezingen op jou en je kartelpartner heeft gestemd.
Juiste proporties
De Standaard brengt vandaag een interview met Jamal Maftouhi en Nadia Fadil naar aanleiding van de moord op Theo van Gogh. Zij klagen erover dat de Vlaamse moslims zich onbegrepen voelen, en brengen tussendoor de moord op Theo van Gogh terug op juiste proporties.
Jamal Maftouhi is een islamleraar en free-lance imam uit Hoboken, terwijl Nadia Fadil een sociologe is uit Borgerhout. Nadia doctoreert op dit ogenblik aan de Katholieke Universiteit van Leuven, en zal ongetwijfeld slagen in haar doctoraat, want enige voeling met de realiteit is al totaal verdwenen. Op de vraag of het niet vaak zo is dat meisjes door hun omgeving verplicht worden om de hoofddoek te dragen, en dat zij dus feitelijk geen keus hebben, antwoordt zij het volgende:
Verder in het interview brengen beiden de moord op Theo van Gogh terug tot zijn juiste proporties. Volgens Nadia Fadil is het «een politieke moord van een individu door een ander individu». Dat ondertussen een heel netwerk rond Mohammed B. met vertakkingen tot in Spanje wordt onderzocht staaft alleen maar het feit dat Mohammed B. een individu is. Verder stelt zij dat «Mohammed B. handelde uit politieke motieven», terwijl ze een politieke moord definieert als «twee ideologieën die botsen, met dramatische afloop». Dit is eigenlijk hoogst interessant, want het betekent dat zij de islam opvat als een ideologie, niet als een religie zonder meer. Dat is ook precies wat de critici van een integratie van de islam in Europa stellen: dat de islam zich niet laat integreren in de Westerse maatschappij, omdat de islam niet alleen een religie is, maar ook een ideologie.
Ook Jamal Maftouhi draagt zijn steentje bij om de moord op Theo van Gogh te duiden:
Als dit dubbelinterview een poging was van De Standaard om twee redelijke gezichten van de islam een forum te geven, dan vrees ik dat dit mislukt is. Nadia Fadil probeert alles wat fout loopt in de migrantengemeenschap te reduceren tot «individuen» en «individuele gevallen», terwijl Jamal Maftouhi er zelfs niet voor terugschrikt een loopje met de waarheid te nemen om Vlaanderen een equivalent voor de moord op Theo van Gogh in de schoenen te schuiven. Waar zou anders de vergelijking tussen die moorden voor nodig zijn?
Zolang men aan migrantenzijde feiten en eigen probleem niet wenst te onderkennen, vrees ik dat ze zich onbegrepen zullen blijven voelen, maar dat dit niet de schuld is van de autochtone bevolking. Het is trouwens opvallend dat men de moord op Theo van Gogh «begrijpt», maar anderzijds niet wil begrijpen dat een psychisch gestoorde man geen racistische moord op z'n buurman pleegt. Wat echter ontbreekt in het verhaal is of de migranten die de moord op Theo van Gogh «begrijpen», de recente brandstichtingen in moskeeën en moslimscholen in Nederland evenzeer «begrijpen». Jammer dat nog geen enkele journalist die vraag gesteld heeft.
Jamal Maftouhi is een islamleraar en free-lance imam uit Hoboken, terwijl Nadia Fadil een sociologe is uit Borgerhout. Nadia doctoreert op dit ogenblik aan de Katholieke Universiteit van Leuven, en zal ongetwijfeld slagen in haar doctoraat, want enige voeling met de realiteit is al totaal verdwenen. Op de vraag of het niet vaak zo is dat meisjes door hun omgeving verplicht worden om de hoofddoek te dragen, en dat zij dus feitelijk geen keus hebben, antwoordt zij het volgende:
Waarop baseert men zich om dat te beweren? Waar zijn de cijfers? En als dat in individuele gevallen gebeurt, dan betekent dat nog niet dat het in de hele gemeenschap het geval is.Ten eerste weet zij duidelijk niet hoe het eraan toe gaat in de banlieue van Parijs wanneer een meisje daar overweegt om geen hoofddoek te dragen. Ten tweede mogen daarover geen cijfers opgemaakt worden, want zulke cijfers zijn a priori racistisch en krenkend voor de islam, nu ja, volgens sociologen dan toch. En ten derde geeft zij blijkbaar dan toch toe dat het wel degelijk voorkomt, maar verbergt zij zich achter de term «individuele gevallen». Makkelijk zat.
Verder in het interview brengen beiden de moord op Theo van Gogh terug tot zijn juiste proporties. Volgens Nadia Fadil is het «een politieke moord van een individu door een ander individu». Dat ondertussen een heel netwerk rond Mohammed B. met vertakkingen tot in Spanje wordt onderzocht staaft alleen maar het feit dat Mohammed B. een individu is. Verder stelt zij dat «Mohammed B. handelde uit politieke motieven», terwijl ze een politieke moord definieert als «twee ideologieën die botsen, met dramatische afloop». Dit is eigenlijk hoogst interessant, want het betekent dat zij de islam opvat als een ideologie, niet als een religie zonder meer. Dat is ook precies wat de critici van een integratie van de islam in Europa stellen: dat de islam zich niet laat integreren in de Westerse maatschappij, omdat de islam niet alleen een religie is, maar ook een ideologie.
Ook Jamal Maftouhi draagt zijn steentje bij om de moord op Theo van Gogh te duiden:
De moordenaar van Mohamed Achrak was 'psychisch gestoord'. Als Van Gogh vermoord wordt, is het de schuld van de islam.Er zijn nochtans vier fundamentele verschillen tussen de moord op Mohamed Achrak en de moord op Theo van Gogh:
- De moordenaar van Mohamed Achrak had wel degelijk een psychiatrisch verleden, en dus hoeft men geen aanhalingstekens te zetten rond «psychisch gestoord».
- De moordenaar van Mohamed Achrak vermoordde zijn buurman, iemand waarmee hij dus sociaal contact had, terwijl Mohamed B. Theo van Gogh uitkoos, een persoon waarmee hij geen sociaal contact had.
- De moord op Theo van Gogh was nauwgezet op voorhand gepland.
- De motivatie voor de moord op Theo van Gogh was duidelijk religieus(-politiek?).
Als dit dubbelinterview een poging was van De Standaard om twee redelijke gezichten van de islam een forum te geven, dan vrees ik dat dit mislukt is. Nadia Fadil probeert alles wat fout loopt in de migrantengemeenschap te reduceren tot «individuen» en «individuele gevallen», terwijl Jamal Maftouhi er zelfs niet voor terugschrikt een loopje met de waarheid te nemen om Vlaanderen een equivalent voor de moord op Theo van Gogh in de schoenen te schuiven. Waar zou anders de vergelijking tussen die moorden voor nodig zijn?
Zolang men aan migrantenzijde feiten en eigen probleem niet wenst te onderkennen, vrees ik dat ze zich onbegrepen zullen blijven voelen, maar dat dit niet de schuld is van de autochtone bevolking. Het is trouwens opvallend dat men de moord op Theo van Gogh «begrijpt», maar anderzijds niet wil begrijpen dat een psychisch gestoorde man geen racistische moord op z'n buurman pleegt. Wat echter ontbreekt in het verhaal is of de migranten die de moord op Theo van Gogh «begrijpen», de recente brandstichtingen in moskeeën en moslimscholen in Nederland evenzeer «begrijpen». Jammer dat nog geen enkele journalist die vraag gesteld heeft.
vrijdag, november 26, 2004
Brussel-Halle-Vilvoorde: Quousque tandem? (4)
De Conferentie van Burgemeesters van Halle-Vilvoorde dreigt ermee de viering van 175 jaar België in de war te sturen. Benieuwd in hoeverre die dreiging hardgemaakt zal worden, in het bijzonder dan in Vilvoorde.
Concreet dreigt de conferentie in een open brief aan Albert II ermee de medewerking aan de feestelijkheden te weigeren als de kieskring en het gerechtelijke arrondissement tegen dan niet gesplitst is. Bovendien vraagt de conferentie zich af waarom de rest van Vlaanderen niet solidair op dezelfde manier zou reageren.
Men kan dit initiatief natuurlijk alleen maar welkom heten, maar enige voorzichtigheid is toch geboden. Ten eerste was ook de organisatie van de Europese verkiezingen in juni «voorwaardelijk», zonder dat er veel hinder opgemerkt werd. Het valt te bezien of het deze keer zoveel anders zal zijn. Meer bepaald kan ik me trouwens moeilijk voorstellen dat Jean-Luc Dehaene, burgemeester van Vilvoorde, de viering zou boycotten. Verder is de vraag wat het effect van een boycot van de feestelijkheden zal zijn. Zal men er in Laken werkelijk van wakker liggen als het 175-jarige bestaan van België in Opwijk en Bever niet uitbundig gevierd wordt?
En ten slotte is het al te gemakkelijk om een eventuele boycot te omzeilen, door «spontane» gemeentelijke comités op te richten waarin goede Belgen zich «belangeloos» inzetten om de feesten toch door te laten gaan. Als er al kracht zou moeten uitgaan van een eventuele boycot, moet die eruit bestaan dat die feesten door de burgemeesters verboden zouden worden in hun gemeenten, want alleen maar medewerking weigeren kan onmogelijk voldoende zijn om welk effect dan ook te halen. Maar welke burgemeester zal die stap willen zetten?
Overigens interessant om te lezen dat ook de Conferentie niet meer gelooft in een splitsing voor 1 januari. Sedert de laatste verkiezingen zijn er onverwijld al meer dan vijf maanden verstreken...
Concreet dreigt de conferentie in een open brief aan Albert II ermee de medewerking aan de feestelijkheden te weigeren als de kieskring en het gerechtelijke arrondissement tegen dan niet gesplitst is. Bovendien vraagt de conferentie zich af waarom de rest van Vlaanderen niet solidair op dezelfde manier zou reageren.
Men kan dit initiatief natuurlijk alleen maar welkom heten, maar enige voorzichtigheid is toch geboden. Ten eerste was ook de organisatie van de Europese verkiezingen in juni «voorwaardelijk», zonder dat er veel hinder opgemerkt werd. Het valt te bezien of het deze keer zoveel anders zal zijn. Meer bepaald kan ik me trouwens moeilijk voorstellen dat Jean-Luc Dehaene, burgemeester van Vilvoorde, de viering zou boycotten. Verder is de vraag wat het effect van een boycot van de feestelijkheden zal zijn. Zal men er in Laken werkelijk van wakker liggen als het 175-jarige bestaan van België in Opwijk en Bever niet uitbundig gevierd wordt?
En ten slotte is het al te gemakkelijk om een eventuele boycot te omzeilen, door «spontane» gemeentelijke comités op te richten waarin goede Belgen zich «belangeloos» inzetten om de feesten toch door te laten gaan. Als er al kracht zou moeten uitgaan van een eventuele boycot, moet die eruit bestaan dat die feesten door de burgemeesters verboden zouden worden in hun gemeenten, want alleen maar medewerking weigeren kan onmogelijk voldoende zijn om welk effect dan ook te halen. Maar welke burgemeester zal die stap willen zetten?
Overigens interessant om te lezen dat ook de Conferentie niet meer gelooft in een splitsing voor 1 januari. Sedert de laatste verkiezingen zijn er onverwijld al meer dan vijf maanden verstreken...
donderdag, november 25, 2004
Twee landen
Een vergelijking van de artikels in de Vlaamse en Franstalige pers over het recente debat in de Sociale Zekerheid leert dat de respectievelijke journalisten duidelijk in twee verschillende landen leven. Al jaren.
Een artikel in La Libre Belgique bevat enkele puntjes die een mens de wenkbrauwen doen fronsen. Eigenlijk start het al met de eerste zin in de ondertitel:
Overigens, die studie is voor La Libre Belgique détonante. Misschien omdat ze zwart op wit bewijst wat men in Vlaanderen al jarenlang weet? Het valt dus te vrezen dat de voltallige redactie er van zijn stoel viel toen het document hen onder de ogen kwam.
De reacties van de twee ziekenhuizen zijn ook al veelzeggend. Het Bergense ziekenhuis Ambroise Paré omzeilt mooi de vaststelling dat die extra onderzoeken over het algemeen niet nodig zijn. Waarom zou men in achtergestelde streken systematisch meer gebruik moeten maken van ECDs? Ongetwijfeld bestaat daar een zeer eenvoudige reden voor, maar we komen ze niet te weten. Dan klinkt het toch anders bij Centre hospitalier de l'Ardenne, waar men in feite precies hetzelfde zegt als in Vlaanderen. Als dat niet détonant is!
Overigens hebben de Vlamingen absoluut geen reden om te klagen. Want zie, in de psychiatrie verbruiken de Vlamingen meer dan de Franstaligen. Aha! Waarbij La Libre Belgique plots zelfs met zeer concrete getallen voor de dag komt. Spijtig dat ook die voor de andere sectoren niet weergegeven werden, want ze zouden ongetwijfeld haarscherp hebben kunnen aantonen dat de Vlamingen best een toontje lager zouden mogen zingen.
Een artikel in La Libre Belgique bevat enkele puntjes die een mens de wenkbrauwen doen fronsen. Eigenlijk start het al met de eerste zin in de ondertitel:
Des ténors flamands accusent les hôpitaux wallons de multiplier les examens préopératoires inutiles.Let op het woordje «accusent». Het gaat dus over beschuldigingen. Dit staat echter in contrast met wat in het artikel zélf staat, want daar wordt onder meer «une étude détonante» aangehaald die aantoont dat de Franstalige ziekenhuizen niet alleen meer consumeren dan de Vlaamse, maar dat volgens internationale wetenschappelijke studies het consumptiegedrag van de Franstalige ziekenhuis onnodig hoog is. Gaat het dan nog over beschuldigingen, of eerder over vaststellingen?
Overigens, die studie is voor La Libre Belgique détonante. Misschien omdat ze zwart op wit bewijst wat men in Vlaanderen al jarenlang weet? Het valt dus te vrezen dat de voltallige redactie er van zijn stoel viel toen het document hen onder de ogen kwam.
De reacties van de twee ziekenhuizen zijn ook al veelzeggend. Het Bergense ziekenhuis Ambroise Paré omzeilt mooi de vaststelling dat die extra onderzoeken over het algemeen niet nodig zijn. Waarom zou men in achtergestelde streken systematisch meer gebruik moeten maken van ECDs? Ongetwijfeld bestaat daar een zeer eenvoudige reden voor, maar we komen ze niet te weten. Dan klinkt het toch anders bij Centre hospitalier de l'Ardenne, waar men in feite precies hetzelfde zegt als in Vlaanderen. Als dat niet détonant is!
Overigens hebben de Vlamingen absoluut geen reden om te klagen. Want zie, in de psychiatrie verbruiken de Vlamingen meer dan de Franstaligen. Aha! Waarbij La Libre Belgique plots zelfs met zeer concrete getallen voor de dag komt. Spijtig dat ook die voor de andere sectoren niet weergegeven werden, want ze zouden ongetwijfeld haarscherp hebben kunnen aantonen dat de Vlamingen best een toontje lager zouden mogen zingen.
Voorstel Franstalige ziekenhuizen
In een reactie op de (ongetwijfeld totaal ongegronde) beschuldigingen over overconsumptie door hun Vlaamse collega's, komen de Waalse ziekenhuizen met een voorstel: de Vlamingen mogen een weekje bij hen komen meedraaien.
Jean-Claude Luperto en Georges Grinberg stellen concreet het volgende voor:
Jean-Claude Luperto en Georges Grinberg stellen concreet het volgende voor:
Pour répondre aux allégations récurrentes et partisanes sur la consommation des prestations médicales dans les deux autres régions du pays, la chambre francophone de l'Aeps invite des praticiens de Flandre à se joindre à leurs homologues hospitaliers en Wallonie et à Bruxelles pour participer une semaine durant aux activités diagnostiques et thérapeutiques pratiquées au quotidien dans les institutions publiques du sud et du centre du pays.Dit is natuurlijk een mooi symbolisch gebaar, maar is dit het correcte? Zou het niet beter zijn als de Franstalige artsen eens een weekje zouden meedraaien in één van de zuinigere Vlaamse ziekenhuizen, zodat ze leren dat het met een beetje minder ook kan?
dinsdag, november 23, 2004
De Gucht
Herman Boel plaatste net een interessante commentaar over het recente en niet zo recente wedervaren van Karel de Gucht. Anderzijds is er toch ook de analyse van La Libre die een aantal interessante punten bevat.
Alles wat Karel de Gucht aanraakt lijkt in lood te veranderen. Francis van de Woestyne heeft gelijk wanneer hij het volgende schrijft:
Alhoewel. Er is een groot verschil tussen het geflater van Karel de Gucht en de uitspattingen van Louis Michel. Louis Michel verstond de kunst om systematisch die landen te schofferen die Vlaanderen pijn konden doen, maar waar de Franstalig-Brusselse industrielobby en aristocratie verder weinig mee vandoen had. In Centraal-Afrika daarentegen ging hij zonder problemen platte broodjes bakken met dictators allerhande, ethische buitenlandse politiek of niet. En net daar trapte Karel de Gucht nu dus op zere tenen, ondanks het publieke standje dat hij kreeg van Albert II toen hij nog maar pas de eed had afgelegd. Het is dus moeilijk om in dit verband enige Schadenfreude te onderdrukken.
Karel de Gucht zou in ieder geval toch maar beter zijn hoofd wat meer bij de zaak houden als hij graag nog lang Minister van Buitenlandse Zaken wil blijven spelen. En a propos het gebrek aan staatsmannen in Afrika, hoeveel staatsmannen zou hij al in België gezien hebben? Buiten zichzelf in de spiegel natuurlijk.
Alles wat Karel de Gucht aanraakt lijkt in lood te veranderen. Francis van de Woestyne heeft gelijk wanneer hij het volgende schrijft:
Il est utile de condamner les travers de pays qui ne sont pas des modèles de démocratie. La question est de savoir s'il faut le faire en tête à tête avec les dirigeants ou, en l'occurrence à propos du Congo, dans une déclaration publique au Rwanda.Een opmerking die raak zit, als men weet dat Karel de Gucht het helemaal anders ging doen dan zijn voorganger Louis Michel die uitdrukkelijk geen diplomaat wou zijn. Maar anderzijds merkt Francis van de Woestyne terecht op dat Karel de Gucht veilig zit. Er zal al veel moeten gebeuren eer hij uit de regering verdwijnt.
Alhoewel. Er is een groot verschil tussen het geflater van Karel de Gucht en de uitspattingen van Louis Michel. Louis Michel verstond de kunst om systematisch die landen te schofferen die Vlaanderen pijn konden doen, maar waar de Franstalig-Brusselse industrielobby en aristocratie verder weinig mee vandoen had. In Centraal-Afrika daarentegen ging hij zonder problemen platte broodjes bakken met dictators allerhande, ethische buitenlandse politiek of niet. En net daar trapte Karel de Gucht nu dus op zere tenen, ondanks het publieke standje dat hij kreeg van Albert II toen hij nog maar pas de eed had afgelegd. Het is dus moeilijk om in dit verband enige Schadenfreude te onderdrukken.
Karel de Gucht zou in ieder geval toch maar beter zijn hoofd wat meer bij de zaak houden als hij graag nog lang Minister van Buitenlandse Zaken wil blijven spelen. En a propos het gebrek aan staatsmannen in Afrika, hoeveel staatsmannen zou hij al in België gezien hebben? Buiten zichzelf in de spiegel natuurlijk.
JFK Reloaded
JFK Reloaded, uitgebracht door het Schotse bedrijf Traffic, zorgt voor opschudding: het videospelletje is een reconstructie van de moord op JFK, waarbij de speler onder andere op JFK moet schieten. Is er nood aan zo een videospelletje?
De bespreking door BBC News of MSNBC vermeldt geen fouten in het spel of onnodige sensatiezucht, en zelf weet ik ook niet in hoeverre het spelletje waarheidsgetrouw is. Maar men kan zich toch afvragen of zo'n spelletje nodig is. Als het spelletje er alleen uit bestaat dat men in de huid van de moordenaar kruipt, vrees ik dat het opwekken van de interesse voor geschiedenis eerder als schaamlapje moet dienen voor de commerciële doeleinden. Men had immers ook een spelletje kunnen maken waarbij men in de huid van de onderzoekers moest kruipen, wat bovendien misschien meer ruimte zou laten om meerdere pistes rond de moord voor te stellen.
Anderzijds, vroeg of laat moest zo'n spelletje toch opduiken. Kirk Ewing, de directeur van Traffic, beweert contact opgenomen te hebben met Sen. Ted Kennedy, maar afgaande op de reacties van diens woordvoerder is de aard van dat contact eerder twijfelachtig. Hopelijk leidt de commotie rond het uitbrengen van het spelletje ertoe dat het in ieder geval grondig gecontroleerd zal worden wat de kwaliteit van de feiten betreft die in het spelletje verwerkt werden.
Nu het spelletje uit is, en zeker indien het ook een commercieel succes wordt, is er echter een grens overschreden. Wat wordt de volgende titel van Traffic? Een simulatie van de vlucht van de Enola Gay? Of bestaat die al als onderdeel van een flight simulator? De uitbating van een rubberplantage in de Vrijstaat Congo misschien? Kampwacht spelen in een Duits concentratiekamp, of naspeling van de dagboeken van Anne Frank?
De bespreking door BBC News of MSNBC vermeldt geen fouten in het spel of onnodige sensatiezucht, en zelf weet ik ook niet in hoeverre het spelletje waarheidsgetrouw is. Maar men kan zich toch afvragen of zo'n spelletje nodig is. Als het spelletje er alleen uit bestaat dat men in de huid van de moordenaar kruipt, vrees ik dat het opwekken van de interesse voor geschiedenis eerder als schaamlapje moet dienen voor de commerciële doeleinden. Men had immers ook een spelletje kunnen maken waarbij men in de huid van de onderzoekers moest kruipen, wat bovendien misschien meer ruimte zou laten om meerdere pistes rond de moord voor te stellen.
Anderzijds, vroeg of laat moest zo'n spelletje toch opduiken. Kirk Ewing, de directeur van Traffic, beweert contact opgenomen te hebben met Sen. Ted Kennedy, maar afgaande op de reacties van diens woordvoerder is de aard van dat contact eerder twijfelachtig. Hopelijk leidt de commotie rond het uitbrengen van het spelletje ertoe dat het in ieder geval grondig gecontroleerd zal worden wat de kwaliteit van de feiten betreft die in het spelletje verwerkt werden.
Nu het spelletje uit is, en zeker indien het ook een commercieel succes wordt, is er echter een grens overschreden. Wat wordt de volgende titel van Traffic? Een simulatie van de vlucht van de Enola Gay? Of bestaat die al als onderdeel van een flight simulator? De uitbating van een rubberplantage in de Vrijstaat Congo misschien? Kampwacht spelen in een Duits concentratiekamp, of naspeling van de dagboeken van Anne Frank?
Demotte brengt splitsing SZ dichterbij
Je kan je afvragen waar Minister Demotte eigenlijk mee bezig is. Door halsstarrig vast te houden aan de communautaire scheeftrekkingen in de Sociale Zekerheid kan hij enkel de splitsing van de Sociale Zekerheid doen versnellen, tenzij hij nu al weet dat SP.A en VLD overstag zullen gaan.
Vandaag verschenen er berichten waaruit blijkt dat de Vlaamse openbare en katholieke ziekenhuizen menen dat de gezondheidszorg onmiddellijk gesplitst moet worden. Aanleiding zijn de besparingsmaatregelen die Minister Demotte op 9 november had voorgesteld, en die voor de ziekenhuizen niet door de beugel kunnen. Die maatregelen komen er immers op neer dat er lineair bespaard wordt, in plaats van dat er bespaard wordt daar waar er overconsumptie bestaat.
Uit onderzoek is volgens Julien van Camp, voorzitter van VVI (Verbond van Vlaamse Verzorgingsinstellingen) gebleken dat wat betreft de pre-operatieve onderzoeken de 25 duurste ziekenhuizen Franstalig zijn en de 35 goedkoopste Vlaams. Na de besparingen van Demotte zullen dus de 25 duurste ziekenhuizen nog steeds diezelfde Franstalige ziekenhuizen zijn, en de 35 goedkoopste diezelfde Vlaamse ziekenhuizen zijn. Of nog: een Waals ziekenhuis dat het vandaag breder laat hangen dan een Vlaams ziekenhuis, zal het ook morgen breder mogen laten hangen dan dat Vlaamse ziekenhuis.
De reactie van Minister Demotte daarentegen is ronduit stuitend. Verder dan «dat ook in Vlaanderen sommige ziekenhuizen te veel uitgeven» en «dat de Vlaamse ziekenhuizen hun verantwoordelijkheid afschuiven naar het Zuiden» komt het natuurlijk niet. Dit laatste klopt zelfs helemaal niet. Het is immers Minister Demotte die als PS-minister het relatieve oververbruik in de Waalse ziekenhuizen wil blijven financieren door de Vlaamse ziekenhuizen even grote lineaire besparingsmaatregelen op te leggen.
Jarenlang is zulke houding geen enkel probleem geweest, omdat de Vlaamse partijen in de federale regering een oogje dichthielden. Vandaag is echter de situatie anders, omdat er in de Vlaamse regering een hond in het kegelspel rondloopt, namelijk de CD&V/N-VA. En laat nu net een minister van de CD&V, Inge Vervotte, op de post Welzijn en Volksgezondheid zitten. Zij steunt de eisen van de Vlaamse ziekenhuizen uitdrukkelijk, en zegt rechtuit dat «de federale regering er bovendien niet in slaagt om de duidelijke uitgavenverschillen in de gezondheidszorgen tussen Vlaanderen en Wallonië aan te pakken en weg te werken». Inderdaad, duidelijke uitgavenverschillen tussen Vlaanderen en Wallonië.
En daarmee komen SP.A en VLD tussen hamer en aambeeld te zitten. Zij kunnen immers moeilijk in de Vlaamse regering het licht ontkennen, want daarvoor zijn de verschillen in de Sociale Zekerheid de laatste maanden teveel in de actualiteit geweest. Maar anderzijds kunnen zij in de federale regering moeilijk de wegwerking van de verschillen eisen, want het is precies daarom dat Frank Vandenbroucke uit de federale regering moest verdwijnen (ook al beweert hij zelf met klem dat dat niet het geval is), laat staan de splitsing van de Sociale Zekerheid. Verhofstadt kan dan immers de post van Eerste Minister vaarwel zeggen. De oplossing zal er vermoedelijk in bestaan dat het probleem doorgeschoven wordt naar het beruchte Forum, waar de Franstalige partijen niet gehaast zullen zijn om het te behandelen.
Waarom dan de stelling dat Demotte de splitsing van de Sociale Zekerheid dichterbij brengt? Omdat de Vlaamse opinie nu duidelijk met de neus op de feiten gedrukt wordt. Het is mogelijk dat Demotte nu al weet dat de VLD en de SP.A overstag zullen gaan, maar zijn probleem is dat de CD&V en N-VA vanuit de federale regering niet «controleerbaar» zijn, en dus geen reden hebben om snel in te binden, toch niet zolang het staatsbelang (lees: Laken) niet roept. Uiteindelijk zullen de twee partijen ook in dit dossier voor dezelfde keuze geplaatst worden als in het dossier Brussel-Halle-Vilvoorde: langzaam buigen (daar lijkt het in dat laatste dossier voorlopig toch op) in de hoop dat de Vlaamse kiezer het niet helemaal in de gaten heeft, om uiteindelijk te barsten of te doen barsten. In het eerste geval stevent het Vlaams Belang bij de volgende verkiezingen weer op een éclatante overwinning af, in het tweede geval verzekeren CD&V en N-VA zich van een goede start in de Vlaamse republiek. Aan hen de keuze.
Vandaag verschenen er berichten waaruit blijkt dat de Vlaamse openbare en katholieke ziekenhuizen menen dat de gezondheidszorg onmiddellijk gesplitst moet worden. Aanleiding zijn de besparingsmaatregelen die Minister Demotte op 9 november had voorgesteld, en die voor de ziekenhuizen niet door de beugel kunnen. Die maatregelen komen er immers op neer dat er lineair bespaard wordt, in plaats van dat er bespaard wordt daar waar er overconsumptie bestaat.
Uit onderzoek is volgens Julien van Camp, voorzitter van VVI (Verbond van Vlaamse Verzorgingsinstellingen) gebleken dat wat betreft de pre-operatieve onderzoeken de 25 duurste ziekenhuizen Franstalig zijn en de 35 goedkoopste Vlaams. Na de besparingen van Demotte zullen dus de 25 duurste ziekenhuizen nog steeds diezelfde Franstalige ziekenhuizen zijn, en de 35 goedkoopste diezelfde Vlaamse ziekenhuizen zijn. Of nog: een Waals ziekenhuis dat het vandaag breder laat hangen dan een Vlaams ziekenhuis, zal het ook morgen breder mogen laten hangen dan dat Vlaamse ziekenhuis.
De reactie van Minister Demotte daarentegen is ronduit stuitend. Verder dan «dat ook in Vlaanderen sommige ziekenhuizen te veel uitgeven» en «dat de Vlaamse ziekenhuizen hun verantwoordelijkheid afschuiven naar het Zuiden» komt het natuurlijk niet. Dit laatste klopt zelfs helemaal niet. Het is immers Minister Demotte die als PS-minister het relatieve oververbruik in de Waalse ziekenhuizen wil blijven financieren door de Vlaamse ziekenhuizen even grote lineaire besparingsmaatregelen op te leggen.
Jarenlang is zulke houding geen enkel probleem geweest, omdat de Vlaamse partijen in de federale regering een oogje dichthielden. Vandaag is echter de situatie anders, omdat er in de Vlaamse regering een hond in het kegelspel rondloopt, namelijk de CD&V/N-VA. En laat nu net een minister van de CD&V, Inge Vervotte, op de post Welzijn en Volksgezondheid zitten. Zij steunt de eisen van de Vlaamse ziekenhuizen uitdrukkelijk, en zegt rechtuit dat «de federale regering er bovendien niet in slaagt om de duidelijke uitgavenverschillen in de gezondheidszorgen tussen Vlaanderen en Wallonië aan te pakken en weg te werken». Inderdaad, duidelijke uitgavenverschillen tussen Vlaanderen en Wallonië.
En daarmee komen SP.A en VLD tussen hamer en aambeeld te zitten. Zij kunnen immers moeilijk in de Vlaamse regering het licht ontkennen, want daarvoor zijn de verschillen in de Sociale Zekerheid de laatste maanden teveel in de actualiteit geweest. Maar anderzijds kunnen zij in de federale regering moeilijk de wegwerking van de verschillen eisen, want het is precies daarom dat Frank Vandenbroucke uit de federale regering moest verdwijnen (ook al beweert hij zelf met klem dat dat niet het geval is), laat staan de splitsing van de Sociale Zekerheid. Verhofstadt kan dan immers de post van Eerste Minister vaarwel zeggen. De oplossing zal er vermoedelijk in bestaan dat het probleem doorgeschoven wordt naar het beruchte Forum, waar de Franstalige partijen niet gehaast zullen zijn om het te behandelen.
Waarom dan de stelling dat Demotte de splitsing van de Sociale Zekerheid dichterbij brengt? Omdat de Vlaamse opinie nu duidelijk met de neus op de feiten gedrukt wordt. Het is mogelijk dat Demotte nu al weet dat de VLD en de SP.A overstag zullen gaan, maar zijn probleem is dat de CD&V en N-VA vanuit de federale regering niet «controleerbaar» zijn, en dus geen reden hebben om snel in te binden, toch niet zolang het staatsbelang (lees: Laken) niet roept. Uiteindelijk zullen de twee partijen ook in dit dossier voor dezelfde keuze geplaatst worden als in het dossier Brussel-Halle-Vilvoorde: langzaam buigen (daar lijkt het in dat laatste dossier voorlopig toch op) in de hoop dat de Vlaamse kiezer het niet helemaal in de gaten heeft, om uiteindelijk te barsten of te doen barsten. In het eerste geval stevent het Vlaams Belang bij de volgende verkiezingen weer op een éclatante overwinning af, in het tweede geval verzekeren CD&V en N-VA zich van een goede start in de Vlaamse republiek. Aan hen de keuze.
zaterdag, november 20, 2004
Wangari Maathai over AIDS
In een opinieartikel, gepubliceerd in Aftenposten op 18 november, neemt Wangari Maathai afstand van uitspraken als dat AIDS gecreëerd zou zijn in laboratoria in het Westen als een massavernietigingswapen tegen Afrika.
Hieronder volgt de vertaling van twee paragrafen die over het onderwerp handelen:
Hieronder volgt de vertaling van twee paragrafen die over het onderwerp handelen:
Net zoals vele anderen heb ik vragen gesteld rond het ontstaan, de aard en het gedrag van het HIV-virus. Ik ben er me van bewust dat men het er in internationale wetenschappelijke kringen grotendeels eens over is dat het virus zich hoogst waarschijnlijk ontwikkeld heeft in Afrika, ook al is daarvoor nog geen eindelijk bewijsmateriaal voorhanden. Maar tegelijkertijd ben ik er zeker van dat onderzoekers zich zullen blijven inspannen om het eindelijke bewijs te vinden voor het ontstaan van het virus, zodat alle stellingen als zou deze tragedie veroorzaakt zijn door biologische experimenten die zo fataal mislukt zijn in een of ander laboratorium eens en voor goed afgewezen kunnen worden.Het is overigens niet zeker dat men in progressieve kringen onverdeeld enthousiast zal zijn over het opinieartikel, want Wangari Maathai schrijft ook het volgende in hetzelfde opinieartikel:
[...]
Het is daarom voor mij van het grootste belang vast te stellen dat ik niet geloof, en daarom ook niet beweer, dat het virus dat nu rondwaart, aangemaakt zou zijn door blanke wetenschappers of staatsmachten met het doel de Afrikaanse bevolking uit te moorden. Zulke standpunten zijn boosaardig en vernietigend voor een goede verstandhouding.
Ik geloof dat jonge mensen in onze moeilijke situatie een goede brijdrage leveren door zich te onthouden van sex voor het huwelijk, en dat beide partners na het huwelijk trouw aan mekaar blijven. Ik zeg ook dat het condoom een hulpmiddel kan zijn om besmetting te voorkomen. Maar allerbelangrijkst is dat we alle gekende en goede hulpmiddelen in de strijd tegen AIDS op een goede en verantwoorde manier gebruiken.
Staatsveiligheid wil dialoog met Vlaamse Beweging
Koen Dasssen, de topman van de Staatsveiligheid, wil een dialoog aangaan met de Vlaamse Beweging, ook met radicale groepen. De Staatsveiligheid wil meer doen dan repressief optreden, zei Dassen zaterdagmiddag. Een moord zoals in Nederland op Theo Van Gogh vanuit Vlaamse hoek kan echter wel uitgesloten worden.
"We hoeven de kans op dat soort feiten dus niet eens te verminderen", zegt Koen Dassen. Hij bevestigt wel dat België niet ontsnapt aan het fenomeen van de "sleepers", vaak jonge Vlamingen die perfect controleerbaar lijken maar - net zoals bij de moord op Van Gogh - plots op het Vlaams Belang stemmen.
Net zoals in Nederland stelt Dassen een radicalisering van Vlamingen vast. "We willen ook een dialoog aangaan met geradicaliseerde groepen om het fenomeen in al zijn facetten beter te begrijpen. Het is verkeerd te denken dat we problemen met Vlamingen kunnen oplossen door te verhinderen dat Soetkin meedeed aan het Eurosongfestival", aldus Dassen.
Niet echt overgenomen van Het Laatste Nieuws.
Een Belg dus
Gisteren werd de man gearresteerd die ermee gedreigd had Mimount Bousakla af te slachten. Ik hoop dat hij uitgebreid de gelegenheid zal krijgen om in veilige bewaring over zijn daden na te denken. Het is wel opmerkelijk hoe de media deze keer met bijzonder weinig schroom de nationaliteit van de man vermeldden.
Volgens Gazet van Antwerpen is het «een 38-jarige Belgische man uit Gent die zich tot de islam heeft bekeerd». Volgens Het Laatste Nieuws dan weer is het een «Moslimvlaming uit Gent». La Libre Belgique schrijft dat het «un Gantois de 38 ans de nationalité belge, converti à l'islam» is, net zoals Le Soir.
Dissonante noot echter bij De Standaard. Het artikel start met de beschrijving «de Gentenaar Philippe D.C. (38) », maar verder in het artikel staat het volgende:
Het plaatje blijkt dus toch iets anders in mekaar te zitten dan de (kwade, of bange?) blanke man die zich op een dag tot de islam bekeert en vervolgens de geïntegreerde immigrante Mimount Bousakla naar het leven staat omdat ze een aantal uitspraken heeft gedaan over de Moslimexecutieve en extremistische moskeeën. In menig redactielokaal zal men gedacht hebben dat het wel jammer was dat de man tot de islam bekeerd was, maar dat men zich deze keer niet de kaas van de boterham zou laten stelen. Wat sneu dat men dat in Groot-Bijgaarden niet helemaal in de gaten had.
Het wordt echter grotesk wanneer men nu ook probeert te suggereren dat het misschien wel om racistische bedreigingen zou gaan. Ten eerste gaat het overduidelijk over een religieuze zaak, en ten tweede betwijfel ik sterk dat een man die zelf een Algerijnse vader heeft en getrouwd is met een Marokkaanse vrouw met racistische bedreigingen zou komen tegenover een Marokkaans-Belgische politica. Tenzij men natuurlijk erfzonde langs moederskant in rekening zou willen brengen (maar dat is geen racisme).
Volgens Gazet van Antwerpen is het «een 38-jarige Belgische man uit Gent die zich tot de islam heeft bekeerd». Volgens Het Laatste Nieuws dan weer is het een «Moslimvlaming uit Gent». La Libre Belgique schrijft dat het «un Gantois de 38 ans de nationalité belge, converti à l'islam» is, net zoals Le Soir.
Dissonante noot echter bij De Standaard. Het artikel start met de beschrijving «de Gentenaar Philippe D.C. (38) », maar verder in het artikel staat het volgende:
De werkloze textielarbeider D.C. is de zoon van een Algerijnse vader en een Belgische moeder. Hij is getrouwd met een Marokkaanse vrouw en heeft twee kinderen.Aan het eind van het artikel komen we trouwens ook de naam van zijn broer te weten: «Zijn broer Ahmed D.C.».
Het plaatje blijkt dus toch iets anders in mekaar te zitten dan de (kwade, of bange?) blanke man die zich op een dag tot de islam bekeert en vervolgens de geïntegreerde immigrante Mimount Bousakla naar het leven staat omdat ze een aantal uitspraken heeft gedaan over de Moslimexecutieve en extremistische moskeeën. In menig redactielokaal zal men gedacht hebben dat het wel jammer was dat de man tot de islam bekeerd was, maar dat men zich deze keer niet de kaas van de boterham zou laten stelen. Wat sneu dat men dat in Groot-Bijgaarden niet helemaal in de gaten had.
Het wordt echter grotesk wanneer men nu ook probeert te suggereren dat het misschien wel om racistische bedreigingen zou gaan. Ten eerste gaat het overduidelijk over een religieuze zaak, en ten tweede betwijfel ik sterk dat een man die zelf een Algerijnse vader heeft en getrouwd is met een Marokkaanse vrouw met racistische bedreigingen zou komen tegenover een Marokkaans-Belgische politica. Tenzij men natuurlijk erfzonde langs moederskant in rekening zou willen brengen (maar dat is geen racisme).
The Tech Support Generation
SlashDot bespreekt vandaag een artikel op MSNBC over de Tech Support Generation. De auteur vertelt een zeer herkenbaar verhaal...
Het volgende citaat is een goede samenvatting van het artikel:
Dit is eigenlijk een symptoom van het ultieme falen van de technologie. Wanneer je tot je afgrijzen ontdekt dat een computer permanent aan het internet gekoppeld is zonder een brandmuur of wat dan ook, en de eigenaar niet eens weet waarover het gaat, maar er geen bezwaar tegen maakt dat je er even eentje installeert op voorwaarde dat hij achteraf niets verder hoeft te configureren, dan weet je dat er eigenlijk iets loos is. Anderzijds is het toch een hele opluchting dat de enige commentaar die je krijgt als je sluiks Firefox installeert is dat het ikoontje er wat anders uitziet.
Overigens, de eerste twee reacties bij SlashDot zijn goud waard. En ik kan alleen maar schuld bekennen...
Het volgende citaat is een goede samenvatting van het artikel:
We are the Tech-Support Generation. Our job is to troubleshoot the complex but imperfect technology that befuddle mom and dad, veterans of the rotary phone, the record player and the black-and-white cabinet television set. Next week [voor Thanksgiving], on our annual pilgrimage home, we’ll turn our Web-trained minds and joystick-conditioned fingers to the task of rescuing our parents from bleeding-edge technology on the blink.Overigens gaat het niet alleen over ouders, maar ook over de rest van de familie, vrienden, kennisen, vrienden van vrienden, en ach, zelfs mensen die je van haar noch pluim kent durven je wel eens thuis uitnodigen in de hoop dat je en passant een handoplegging op hun computer zou willen uitvoeren. Wat een verschil met tien jaar geleden. Toen vertelde ik nog liever dat ik een pooier of een drugsdealer was dan dat ik iets met computers te maken had («O ja? Je zag er nochtans sympathiek uit!»). Vandaag doe ik dat nog, maar om totaal andere redenen.
Dit is eigenlijk een symptoom van het ultieme falen van de technologie. Wanneer je tot je afgrijzen ontdekt dat een computer permanent aan het internet gekoppeld is zonder een brandmuur of wat dan ook, en de eigenaar niet eens weet waarover het gaat, maar er geen bezwaar tegen maakt dat je er even eentje installeert op voorwaarde dat hij achteraf niets verder hoeft te configureren, dan weet je dat er eigenlijk iets loos is. Anderzijds is het toch een hele opluchting dat de enige commentaar die je krijgt als je sluiks Firefox installeert is dat het ikoontje er wat anders uitziet.
Overigens, de eerste twee reacties bij SlashDot zijn goud waard. En ik kan alleen maar schuld bekennen...
Over Karel de Gucht en zinnige en onzinnige mensen
De Standaard publiceert vandaag een interview met Karel de Gucht. Karel de Gucht vertelt een aantal zinnige dingen, en toont zich duidelijk de meerdere van Brinckman die het interview afnam. Maar naar het einde van het interview blijkt duidelijk dat naar mate men dichter bij huis komt, de blik van Karel de Gucht troebeler en troebeler wordt.
Ook Luc van Braekel bespreekt het interview, en de ondertitel van het interview is inderdaad op z'n minst merkwaardig. Als er iemand in het interview intellectueel oneerlijk is, moet het wel Brinckman zijn, want de ondertitel moet blijkbaar refereren naar het volgende citaat:
Wat verder in het interview komen we al wat dichter bij huis, namelijk Nederland met de moord op Theo van Gogh. Wat moeten we denken van volgende uitspraak:
Gaan we ten slotte naar het einde van het interview, waar het over het onvermijdelijke Vlaams Belang gaat. Karel de Gucht treft hierbij een zeldzame nagel op de kop wanneer hij Brinckman en de rest van de Vlaamse pers even op hun plaats zet:
Ook Luc van Braekel bespreekt het interview, en de ondertitel van het interview is inderdaad op z'n minst merkwaardig. Als er iemand in het interview intellectueel oneerlijk is, moet het wel Brinckman zijn, want de ondertitel moet blijkbaar refereren naar het volgende citaat:
De Amerikanen zijn zo gefocust op terrorisme dat ze elke vorm van fundamentalisme ook als terrorisme bestempelen. Intellectueel is dat niet eerlijk. In Irak kun je niet alles tot terrorisme terugbrengen.Vandaar naar de algemene uitspraak dat de Amerikanen intellectueel oneerlijk zijn is toch wel een heel grote stap. Vergelijk dit overigens met een andere uitspraak van De Gucht:
Cruciaal wordt de vraag of de Amerikanen Irak onder controle krijgen. Daarover ben ik heel pessimistisch. Ik geloof nooit dat het wegblazen van Fallujah de zaken oplost, al weet ik niet hoe je de zaken dan wel op orde krijgt.Karel de Gucht heeft het recht pessimistisch te zijn over Irak en wat de Amerikanen daar doen (ik deel zijn mening niet op dat vlak), maar in tegenstelling tot nogal wat professionele anti-amerikanen gaat hij verder dan gratuit kritiek te uiten, en bekent hij dat hij zelf niet weet hoe het dan wel zou moeten. Dat is nog iets anders dan zoals Brinckman er snel uitflappen dat «[g]een zinnig mens gelooft dat je in Irak verkiezingen kunt organiseren». Moeten de VS dan maar de verkiezingen afgelasten? Je ziet Brinckman al in de voorste rij staan roepen als de VS dat inderdaad zouden doen.
Wat verder in het interview komen we al wat dichter bij huis, namelijk Nederland met de moord op Theo van Gogh. Wat moeten we denken van volgende uitspraak:
De moord is onaanvaardbaar. Maar we moeten ons de vraag durven te stellen of Theo Van Gogh wel zo verstandig was.Hoe men de vrije meningsuiting kan koppelen aan verstandig zijn of niet als men uitspraken achteraf met zijn leven moet bekopen begrijp ik eerlijk gezegd niet. Bestaat de vrijheid van meningsuiting er niet precies uit dat men zelfs de domste uitspraken mag doen zonder dat je voor je leven hoeft te vrezen? Karel de Gucht speelt hier een gevaarlijk spelletje met de grondbeginselen van de huidige Westerse maatschappij. Symptomatisch daarbij is de volgende stelling:
Ik denk het niet, want hij heeft het met zijn leven bekocht.
Een van de grootste uitdagingen van tegenwoordig is de manier waarop onze westerse maatschappij kan samenleven met islamieten.Hierbij draait hij de zaken om, want is de uitdaging niet eerder een manier te vinden waarop de islamieten kunnen samenleven met onze Westers maatschappij? Immers, moet de Westerse maatschappij zich aanpassen aan hen (en dus mensen die onverstandige dingen zeggen de mond snoeren en tegen zichzelf beschermen), of moet wie ervoor kiest in Europa te komen wonen zich aanpassen aan Europa, en maar weer naar het eigen land terugkeren als men zich niet kan vinden in de Westerse maatschappij waar sommigen moslims geitenneukers willen noemen? Ik woon zelf in een luthers land en frons soms de wenkbrauwen wanneer ik meningen hoor verkondigen over de katholieke Kerk. Maar als het mij te gortig zou worden, moet men dan maar hier de mond houden, of wordt het dan tijd dat ik ophoepel? Ik denk eerlijk gezegd het laatste, maar Karel de Gucht lijkt de mening toegedaan te zijn dat het het eerste moet zijn. Ik heb het er anderzijds moeilijk mee me voor te stellen dat Karel de Gucht er ooit zou toe komen om denigrerende uitspraken over de katholieke Kerk als onverstandig af te schrijven als de man of vrouw in kwestie op straat neergestoken zou worden.
Gaan we ten slotte naar het einde van het interview, waar het over het onvermijdelijke Vlaams Belang gaat. Karel de Gucht treft hierbij een zeldzame nagel op de kop wanneer hij Brinckman en de rest van de Vlaamse pers even op hun plaats zet:
Jullie turen met een vergrootglas naar het Blok in de hoop de democratische en ondemocratische Blokkers tegen elkaar op te kunnen zetten. Het Blok zendt die signalen toch niet uit?Je zou waarempel denken dat hij mijn artikel over de tweespalt bij het Vlaams Belang van een paar dagen gelezen heeft. Maar verder lijkt hij zich in Vlaanderen vooral te specialiseren in het intrappen van open deuren:
Morel en Verstrepen zijn opportunisten.Uiteraard zijn Morel en Verstrepen opportunisten. Waren Jaak Gabriëls (ex-VU), Johan van Hecke (ex-CVP), Vincent van Quickenborne (ex-SPIRIT), Fons Borginon (ex-VU), en vergeet het niet, ook Bart Somers (ex-VU) dat soms niet? Een andere open deur volgt:
Het enige wat het Blok interesseert, is het creëren van omstandigheden waarin ze aan de macht kunnen komen zonder dat ze hun programma moeten aanpassen.Op welke manier verschilt het Vlaams Belang hierin van, zeg maar, de VLD? Misschien bestaat de vrees van Karel de Gucht eruit dat het Vlaams Belang het wel eens zou aandurven om sommige punten uit dat partijprogramma ook te willen uitvoeren, iets wat men de VLD niet kan verwijten, zoals hij zelf heeft moeten ondervinden in verband met het migrantenstemrecht. En ten slotte:
Wat vertelt Vanhecke? Eigen Volk Eerst mogen we niet meer zeggen, maar denken doen we dat nog wel.Uiteraard denkt men dat nog steeds bij het Vlaams Belang. Of moet men nu werkelijk denken dat men politici op andere ideeën kan brengen door middel van een in scène gezet proces? Of gooit De Gucht morgen zijn geloof in de democratie en het pluralisme overboord als beiden bij wet verboden zouden worden? Over opportunisme gesproken...
Abonneren op:
Posts (Atom)