maandag, december 28, 2009

Eén derde van de Vlamingen ligt toch wakker van «probleem 177»

Brussel-Halle-VilvoordeVandaag pakte de krant La Libre Belgique uit met de resultaten van een grote politieke enquête. De ondervraagden werd een aantal vragen voorgeschoteld, dat in twee hoofdstukken onderverdeeld kon worden: één over de federale regering, en dan in het bijzonder over de wissel aan de kop ervan, en één over de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Dit laatste vond het meest weerklank in de Vlaamse media, maar dan wel met een verkeerd geciteerd cijfer. Alleen de persdienst van het Vlaams Belang slaagde erin de inhoud van het artikel van La Libre Belgique correct weer te geven, toch wel bijzonder pijnlijk voor de verzamelde «kwaliteitsmedia».

Wie het artikel in La Libre Belgique zelf naleest, komt te weten dat «à peine 35 % des Flamands jugent le dossier de la scission de l’arrondissement bilingue de BHV “prioritaire”». In de Vlaamse media wordt dat echter, zonder uitzondering, «minder dan één op de drie Vlamingen (28 procent) vindt het dossier-BHV “prioritair”.» Ga het maar na: De Standaard, de VRT, De Morgen, Metro Time, Het Laatste Nieuws, en vermoedelijk via die laatste zelfs tot in Nederland toe, namelijk in het AD. Ligt een foutief Belga-bericht aan de oorsprong ervan, en nam vervolgens geen enkele – geen enkele – journalist de moeite om het artikel zelf eens te gaan lezen in La Libre Belgique? Geen enkele journalist ook die het merkwaardig vindt dat de som van de geciteerde getallen, met inbegrip van de ondervraagden die over de zaak geen mening hebben, slechts 93% bedraagt, en niet 100%. Alleen de persdienst van het Vlaams Belang vormde de uitzondering, en citeert dus wél het correcte cijfer.

Merk trouwens op dat het bericht bij het Vlaams Belang het enige in het rijtje is dat woordelijk niet quasi identiek is aan de andere, en een eigen inbreng bevat. Misschien heeft men het in de kwaliteitsredactielokalen dezer dagen te druk met de eindejaarsinkopen, en beperkt het redactionele werk zich daarom tot wat knippen en plakken uit Belga-berichten. Met uitzondering van De Standaard dan, waar men de laatste dagen terugblikken op dit decennium kon lezen, ook al heeft het nog meer dan een jaar te gaan. Ik geloof trouwens dat de definitie van wat een decennium precies is, en wanneer het begint en eindigt, stof uit de basisschool is, maar wil niet uitsluiten dat het nog een paar keer herhaald wordt in de middelbare school.

Maar goed, terug naar de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde en de resultaten van de peiling van La Libre Belgique. Het (foutieve) Belga-bericht lijkt immers de lezers duidelijk te willen maken dat zo weinig Vlamingen wakker liggen van het beruchte «probleem 177», dat dit geen regerings- of systeemcrisis waard zou zijn. Een correcte weergave van de feiten kan dit moeilijk genoemd worden. In elk ander land zou de splitsing van een kieskring op niet veel meer kunnen rekenen dan wat gegeeuw bij een kleine minderheid van de bevolking. Dat was ook het geval in België toen overgegaan werd van de oude arrondissementele kieskringen naar de provinciale. Vandaag vindt echter meer dan een derde van de Vlamingen, en dus niet een promille of twee–drie, de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde wel degelijk een prioritair probleem. Alles wel overwogen is dat een enorm aantal.

Bovendien lijkt het Belga-bericht vooral gericht te zijn aan de N-VA, om in de Vlaamse regering toch maar geen problemen te maken rond eventuele Vlaamse toegevingen die de CD&V op federaal vlak van plan zou zijn te doen. Of dit een correcte interpretatie van de resultaten, is toch maar zeer de vraag:
  • Er liggen duidelijk meer Vlamingen dan Franstaligen wakker van het probleem (35% in Vlaanderen tegenover 22% in Brussel en 15% in Wallonië). De logische conclusie is dan ook dat vooral de Franstalige partijen weinig reden hebben om het spel hard te spelen, en hun blokkering van het probleem zouden moeten opgeven.
  • Het getal 35% is trouwens amper iets groter dan het verzamelde kiezerskorps van Vlaams Belang en N-VA, tenminste als we de laatste peiling van La Libre Belgique (20 december 2009) mogen geloven. Het lijdt dan ook weinig twijfel dat precies de achterban van de N-VA (en uiteraard het Vlaams Belang) het dossier prioritair vindt.
  • Volgens de peiling zou ook 36% van de Vlamingen van mening zijn dat Brussel-Halle-Vilvoorde zonder enige Vlaamse toegeving gesplitst zou moeten worden. Opnieuw ligt het voor de hand dat dit vooral de kiezers van Vlaams Belang en N-VA zijn.
De resultaten van deze peiling lijken daarom aan te geven dat de huidige strategie van Bart de Wever en de N-VA – de druk op de CD&V houden – de enige correcte is indien de partij ook de volgende verkiezingen wil overleven.

zondag, december 20, 2009

Peiling La Libre Belgique: algemeen status quo

Alle Vlaamse peilingen sedert 2004Vanavond publiceerde de krant La Libre Belgique de resultaten van haar driemaandelijkse politieke barometer. Vergeleken met de vorige peiling doen er zich amper verschuivingen voor: de twee grootste zijn de achteruitgang van sp.a in Vlaanderen (-1,6%) en van MR in Wallonië (-1,5%). Ook vergeleken met de regionale verkiezingen van 7 juni valt er eigenlijk geen enkel significante verandering te vermelden,maar in Vlaanderen blijven de resultaten wel flagrant in tegenspraak met die van de laatste peiling van De Standaard en VRT.

Alle Vlaamse peilingen sedert 2004 (12-26%)Deze peiling bevestigt opnieuw dat CD&V voorlopig afgetekend de grootste partij in Vlaanderen blijft. Op dat vlak valt er dus eigenlijk niets bijzonders te melden. Interessanter is echter wat er achter de koploper gebeurt. Vlaams Belang lijkt in de peiling van La Libre Belgique stilaan uit een dal te kruipen, maar herinner dat de laatste peiling van De Standaard en VRT een heel ander resultaat weergaf voor die partij.

Achter Vlaams Belang komt deze keer N-VA, maar het verschil met de twee achtervolgers Open Vld en sp.a bedraagt amper één procent. Statistisch gezien is het dus een riskante zaak om uitspraken te doen over die drie partijen, en zelfs de tweede plaats van het Vlaams Belang is nog lang geen zekerheid. Psychologisch is het echter ongetwijfeld een enorme opsteker voor N-VA en haar voorzitter Bart de Wever om in een peiling zowel Open Vld als sp.a eens voorbij te mogen steken.

Voor Open Vld en sp.a kunnen de resultaten van deze peiling geen prettige lectuur zijn. Ondanks de financiële crisis lijkt het verhaal van de sp.a niet aan te slaan, en blijft de partij in een neerwaartse trend gevangen. Maar ook de tegenhanger, Open Vld, zit in een neerwaartse trend, en dat ondanks een voorzittersverkiezing die de partij de laatste weken een pak media-aandacht heeft kunnen schenken. Vergelijk dat met het Vlaams Belang dat, ondanks alle strubbelingen en wrijvingen die openlijk in de media uitgevochten (en uitvergroot) werden, toch weer een lichte winst boekt.

Alle Vlaamse peilingen sedert 2004 (0-12%)De twee kleinere partijen Lijst Dedecker en Groen! kunnen zich in deze peiling troosten met een lichte winst, voor zover de minieme verschillen met de vorige peiling al winst genoemd mogen worden. Beide partijen blijven op een oncomfortabel niveau vlak boven de kiesdrempel hangen. En opnieuw kunnen we niet rond de vaststelling heen dat de ecologische boodschap van Groen! in Vlaanderen niet aanslaat, zelfs niet op een ogenblik dat het kruim van de wereldleiders in Kopenhagen verzameld is om collectief de wereld van de globale opwarming te redden. Wat een verschil met de ideologische broeders en zusters beneden de taalgrens, die stilaan zicht hebben op een tweede plaats in het Franstalige partijpolitieke landschap.

Alle Waalse peilingen sedert 2006Ook in Wallonië valt er eigenlijk amper een verschuiving te noteren vergeleken met de laatste peiling van La Libre Belgique of de verkiezingen van 7 juni. De PS bevestigt haar eerste plaats, ondertussen al met een voorsprong van meer dan tien procent op de eerstvolgende concurrent. Wie die concurrent precies is, begint echter stilaan onzeker te worden. De combinatie van een licht verlies voor de MR en een lichte winst voor Ecolo maakt dat die twee partijen mekaar stilaan beginnen te benaderen. Wat echter wel duidelijk is, is dat Ecolo een kop groter is dan cdH. Het verschil tussen die twee partijen is de laatste maanden trouwens lichtjes toegenomen.

Het Front National blijft met zijn score ver beneden de kiesdrempel een marginale partij. De Parti Populaire (PP) duikt voor de eerste keer op in een opiniepeiling, en behaalt een score die praktisch gelijk is aan die van het Front National, ver onder de kiesdrempel dus. Vergelijken we die score echter met die van LiDé begin dit jaar, dan is het duidelijk dat de PP in Wallonië in ieder geval al een veel betere start wist te nemen.

Bijlage: Overzicht alle peilingen in Vlaanderen sedert 2004 en Wallonië sedert 2006 (PDF).

zaterdag, december 12, 2009

Het ene belangenconflict is het andere niet...

Joëlle MilquetFederaal minister van Werk Joëlle Milquet is «verontwaardigd» en waarschuwt voor een «groot politiek probleem» omdat de Vlaamse Regering overweegt een belangenconflict in te dienen tegen één van haar activeringsmaatregelen. In het beste geval heeft die maatregel in Vlaanderen alleen maar het effect dat er veel geld uit het raam gesmeten wordt, en bovendien heeft de minister zelfs niet eens de moeite gedaan om te antwoorden op de tegenvoorstellen van de Vlaamse regering. Een belangenconflict is dan ook niet meer dan terecht is. Niettemin noemt zij, als één van de breinen achter het Franstalige seriebelangenconflict tegen de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, een Vlaams belangenconflict «contraproductief en agressief».

Contraproductief en agressief dus. Het Franstalige seriebelangenconflict tegen de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, waarvan één zelfs gestemd in het parlement van de Duitstalige gemeenschap dat er noch van ver noch van dichtbij een belang bij verloren heeft, moet dienen om een «onderhandelde» oplossing te vinden. En dient dus het algemene belang, aldus zowel Franstaligen als Duitstaligen. Wanneer de Vlaamse regering echter overweegt één enkel belangenconflict in te dienen tegen een maatregel van een federaal minister die niet eens naar de opmerkingen van diezelfde Vlaamse regering wil luisteren, is het kot te klein. Of vreest zij soms dat zowel het Vlaamse gewest als de Vlaamse gemeenschap, en vervolgens ook de Vlaamse gemeenschap in Brussel ieder om de beurt haar activeringsmaatregel zullen stilleggen, telkens voor 120 dagen plus alle mogelijke en onmogelijke vakanties en officiële feestdagen om de boel zo lang mogelijk te rekken? Zoals Carl Devos in zijn zaterdags commentaarstuk opmerkt: het ene belangenconflict is blijkbaar het andere niet. Ik zou er zelfs nog aan willen toevoegen: het ene belangenconflict is blijkbaar de vier, straks vijf, andere niet…

Of de Vlaamse regering daadwerkelijk een belangenconflict indient, valt natuurlijk nog af te wachten. De Vlaamse minister van Werk, Philippe Muyters, schijnt daar alvast van uit te gaan, en voor zijn partij zou een belangenconflict ongetwijfeld welkom zijn. Dat ligt natuurlijk anders voor minister-president Kris Peeters, die al probeerde de gemoederen te bedaren, zoals dat dan heet. Veel indruk maakte dat niet op Joëlle Milquet, die overigens perfect weet hoe ze haar spel van chantage dient te spelen. Zij liet zich in haar reactie immers ontvallen te hopen dat de CD&V, de partij van Kris Peeters dus, «de Vlaamse regering tot rede kan brengen». Meteen zit Kris Peeters geprangd tussen enerzijds zijn coalitiepartner in de Vlaamse regering, de N-VA, én zijn eigen Vlaams regeerakkoord, en anderzijds zijn eigen partij die de laatste maanden al duidelijk aangetoond heeft voor het federale belang te kiezen wanneer puntje bij paaltje komt.

Overigens is de activeringsmaatregel niet het enige punt waarover de Vlaamse regering in de knoop ligt met federaal minister van Werk Joëlle Milquet. Zij wil namelijk ook een vormingsfonds oprichten en onderbrengen bij de federale Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA), hoewel opleiding en vorming bij uitstek gewestelijke bevoegdheden zijn. En eigenlijk bevat zowat elke maatregel van haar hand wel op één of andere wijze een bevoegdheidsoverschrijding. Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Laurette Onkelinx is trouwens vaak in hetzelfde bedje ziek(!). Beide dames geven overigens sterk de indruk dat zij voor een bevoegdheidsoverschrijding meer of minder hun hand niet omdraaien, en, toeval of niet, vaker dan gemiddeld in het nadeel van Vlaanderen. Wie zei daar ook al weer dat er minder conflicten in de wereld zouden zijn met meer vrouwen aan de macht?

Theoretisch is het natuurlijk altijd mogelijk dat Joëlle Milquet tegen komende woensdag zou inbinden, of dat een eerbaar compromis gevonden zou kunnen worden dat tegemoet komt aan de Vlaamse verzuchtingen. Als dat echter niet gebeurt, wordt het interessant om te zien of de CD&V kiest voor het federale belang en de N-VA onder druk zet, dan wel in het Vlaams parlement een belangenconflict laat stemmen. Dat laatste zou meteen betekenen dat er al een ferm pak roet in het eten van Jean-Luc Dehaene komt, nog voor hij goed en wel aan zijn «onderhandelingen» is kunnen beginnen. Joëlle Milquet liet in haar reactie al duidelijk verstaan dat een Vlaams belangenconflict volgens haar even erg is als raken aan het une et indivisible Brussel-Halle-Vilvoorde. Dat is natuurlijk de wereld op z'n kop – hoewel, in beide gevallen gaat het natuurlijk wel degelijk over Franstaligen die zich weigeren neer te leggen bij de logica van het federale België.

Voor de N-VA zou een Vlaams belangenconflict echter bijzonder welgekomen zijn. Dat neemt niet weg dat het veel te laat komt, of beter gezegd: dat er veel eerder al een ander belangenconflict ingediend had moeten worden, namelijk één tegen de federale begroting. Toegegeven, haalbaar was zo'n belangenconflict nooit, maar toch stapte de partij bijzonder licht over dat punt van het Vlaamse regeerakkoord dat deze zomer nog als één van de lepels suiker moest dienen bij de eigen achterban. De beruchte Maddens-doctrine, voor wie het zich nog herinnert… Helemaal lekker ligt die zaak toch niet bij een deel van het electoraat waar de partij haar stemmen haalt. Aan de échte lakmoesproef voor het nut van de deelname van de N-VA in de Vlaamse regering zijn we echter nog niet toe. Die zal er pas komen wanneer de reeks belangenconflicten over Brussel-Halle-Vilvoorde finaal afgelopen zullen zijn, en pas dan zullen we weten wat de N-VA in de Vlaamse regering echt waard is.

vrijdag, december 04, 2009

Turkije slecht geplaatst om Zwitsers de les te lezen

De afgelopen dagen werd er nogal wat afgeschreven over de uitslag van het minarettenreferendum in Zwitserland. Ook het officiële Turkije mengde zich in het debat, met onder meer uitlatingen van de Turkse Eerste Minister Recep Tayyip Erdoğan en de Minister van Buitenlands Zaken Ahmet Davutoğlu. Maar is Turkije eigenlijk wel zo goed geplaatst om Zwitserland de les te lezen over godsdienstvrijheid? En waarom kiezen zoveel Westerse «intellectuelen» er liever voor om mee te huilen met de islamitische wolven in het bos, in plaats van EU-kandidaat Turkije op zijn plaats te zetten?

De Europese intelligentsia zijn het in hun oordeel over de uitslag van het Zwitserse referendum over het minarettenverbod redelijk eens met mekaar: de Zwitsers hebben voor het verbod gestemd uit angst voor de islam. Zou het? Het zijn immers vooral die intelligentsia die zo scherp oordelen over de Zwitsers die vandaag met knikkende knieën rondlopen uit schrik voor eventuele islamitisch aanslagen. De Zwitserse Minister van Buitenlandse Zaken Micheline Calmy-Rey zelf wond er trouwens geen doekjes om, en noemde de uitslag van het referendum «een bedreiging voor de veiligheid van het land». Een duidelijkere illustratie van de bittere noodzaak van zo'n verbod kan men zich amper voorstellen.

Een ander punt waarover die Europese intelligentsia het ronkend eens zijn, is dat het wederkerigheidsbeginsel in deze kwestie niet van toepassing kan zijn. Nu is het inderdaad niet zo dat omdat in Saoedi-Arabië zelfs nog maar het gebruik van een eenvoudig lokaal voor een christelijke eucharistieviering, om over de bouw van een kerk nog maar te zwijgen, verboden is, meteen ook alle moskeeën in Europa maar verboden moeten worden. Zelfs niet als de bouw ervan gefinancierd wordt door Saoedi-Arabië. Maar de stelling dat het wederkerigheidsbeginsel alleen maar een populistische kneep is houdt geen steek meer wanneer islamitische landen zich officieel uitlaten over wat wel of niet toegelaten kan worden in Zwitserse stedenbouwkundige voorschriften. En meent het gros van de Europese intelligentsia niet dat het eigenlijk over niet meer dan dat gaat (maar dan wel enkel en alleen om ervoor te kunnen pleiten minaretten toe te laten)?

Maar zo was er bijvoorbeeld de Egyptische grootmoefti Ali Gomaa, de vertegenwoordiger van de Dar al-Ifta die namens de Egyptische overheid de officiële uitleg geeft over de islamitische wetgeving, die het nodig vond zijn mening te ventileren over het resultaat van het referendum. «Dit voorstel […] moet niet alleen worden gezien als een aanval op de godsdienstvrijheid, maar ook als een poging om de gevoelens te beledigen van de moslimgemeenschap binnen en buiten Zwitserland,» zo liet hij zich uit. Daar zijn de beledigingen natuurlijk weer, maar hoe zat het eigenlijk ook al weer met de godsdienstvrijheid in zijn eigen land? Voor wie het zich niet meer herinnert: in Egypte staat het iedereen vrij zich te bekeren tot de islam, en dus is er vermoedelijk volgens de grootmoefti geen vuiltje aan de lucht. En wie ben ik om daar dan iets anders over de menen, en misschien wel de gevoelens te beledigen van de moslimgemeenschap binnen en buiten Egypte?

Ook vanuit Turkije kwamen er hevige reacties op de uitslag van het Zwitserse referendum. De Turkse Minister van Buitenlandse Zaken Ahmet Davutoğlu zei in de marge van een OVSE-vergadering in Brussel «zeer bezorgd» te zijn en waarschuwde voor een «globaal conflict». (Hij riep er niet toe op.) Zijn ministerie had in ieder geval eerder al de hoop uitgedrukt dat de situatie snel «gecorrigeerd» zou worden, terwijl Eerste Minister Recep Tayyip Erdoğan een referendum over zo'n gevoelige zaak een «vergissing» vond. Volgens hem bestaan er «inherente rechten waarover een referendum niet kan beslissen». De Turkse President Abdullah Gül noemde het referendum dan weer een «schande voor de Zwitsers». Maar hoe zou het zitten met de godsdienstvrijheid in Turkije, en in het bijzonder met de christelijke gemeenschap in dat land?

Laten we beginnen bij het begin. Formeel mogen kerken er niet bestaan als stichting of wat dan ook, en kunnen dus gebouwen of scholen bezitten, ja zelfs nog maar een bankrekening openen. De enige twee uitzonderingen zijn de rooms-katholieke en de Armeens kerk die als een religieus genootschap erkend zijn. Turkije ziet het christendom echter vooral als een zaak van buitenlanders – Turken zijn immers per definitie moslim. Verleden jaar werd na een inval nog een complete kerk gearresteerd in het dorpje Cevizli, terwijl in Noord-Cyprus de afgelopen dertig jaar meer dan 530 christelijke kerken en kloosters verwoest werden. Waar de kerken al niet verwoest werden, worden ze aan enorme beperkingen onderworpen. Klassiek is daarbij de smoes dat de Turkse staat de kerken cultureel zo hoog inschat, dat ze ze klasseert als «musea». Vaak betekent dit dat er slechts nog één keer per jaar een misviering mag opgedragen worden –om het gebouw te beschermen, waarom anders?– en de gelovigen mogen er dus kiezen tussen Pasen of Kerstmis. Van godsdienstvrijheid gesproken! Ze kunnen er in Zwitserland alvast een minaretpuntje aan zuigen.

Wanneer echter een land als Turkije zich zo hypocriet gedraagt als de laatste dagen het geval is geweest, zou je toch verwachten dat het enige weerwind zou krijgen op het internationale toneel. Misschien een kleine suggestie dat er ook in Turkije nog wat werk aan de winkel is wat de godsdienstvrijheid betreft? Welke gelegenheid zou daar trouwens beter voor geweest zijn dan, inderdaad, de reeds hierboven vermelde OVSE-vergadering van de afgelopen week in Brussel, als de Turkse Minister van Buitenlandse Zaken het dan toch zo nodig vond om in de marge ervan Zwitserland even de les te spellen. Voor zover het voor 97% Aziatische Turkije al iets te zoeken zou hebben op een vergadering van, laten we het even eens voluit spellen, de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in… Europa.

zondag, november 29, 2009

Nieuw wereldrecord verkiezingsbeloftes breken

Yves LetermeIk weet niet of er in het Guinness Book of Records een hoofdstuk bevat voor politici, maar als het bestaat komt onze kersverse Eerste Minister Yves Leterme zonder twijfel in aanmerking voor minstens twee records. Eerste record is de frequentie waarmee hij in de periode 2007/2008 zijn ontslag ging indienen bij Koning Albert II – zelfs Italiaanse Eerste Ministers konden er een puntje aan zuigen. Het tweede record werd eerder deze week neergezet. Wie anders dan Yves Leterme zou er ooit al in geslaagd zijn de kiezer maar liefst viermaal te bedriegen met dezelfde leugen in de loop van slechts twee legislaturen?

Ga het maar na: zowel in 2004 als in 2007 bezwoer Yves Leterme dat hij niet in een regering zou stappen zonder een voorafgaande splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Deze week werd hij echter al voor de derde keer ingezworen als het hoofd van een regering zonder dat van een begin van een splitsing van het kiesarrondissement nog maar sprake is. Voeg daar nog zijn deelname aan de regering-Verhofstadt II aan toe, en we komen aan vier woordbreuken in de loop van slechts twee legislaturen. Probeer het hem maar eens na te doen.

Om de vernedering compleet te maken, vond men het in Laken trouwens zelfs nodig het kiezersbedrog te verpersoonlijken in de vorm van een «koninklijke opdrachthouder», Jean-Luc Dehaene, die belast werd met de voorbereiding van communautaire onderhandelingen. Het zal echter Jean-Luc Dehaene niet zijn die ten laatste in 2011 aan de Vlaamse kiezer verantwoording zal moeten afleggen voor alle Vlaamse toegevingen die hij voorbereidt, want, let op, wanneer het uiteindelijk zover zal zijn, zal Yves Leterme zélf de onderhandelingen moeten leiden. Om het met een beeld te zeggen: Jean-Luc Dehaene hoeft eigenlijk niet meer te doen dan te schetsen waar hij denkt dat er kastanjes in het vuur liggen, maar Yves Leterme zal ze er wel zelf uit mogen halen.

Nu is het algemeen geweten dat de machtsdrang, en zeker de postjesdrang, bij politici bovenmatig ontwikkeld is, maar wanneer je overloopt hoe Yves Leterme zichzelf deze keer in de Belgische val heeft laten zetten, kan je toch niet anders dan jezelf afvragen wat hem in 's hemelsnaam toch bezielde. Immers, hoe je het ook draait of keert, Yves Leterme kan alleen maar met verlies uit dit avontuur raken. Het is zelfs zeer de vraag of hij zoveel plezier zal kunnen –of mogen?– beleven aan zijn verblijf in de Wetstraat 16 tot aan de volgende federale verkiezingen. Veel meer dan uitvoeren wat Elio di Rupo en Joëlle Milquet elders voor hem beslissen zal er vermoedelijk niet bij zijn als hij nog maar Pasen 2010 wil halen.

Laten we immers eens de scenario's overlopen voor wat de komende maanden mogelijk is. Eerste scenario: koninklijk opdrachthouder Jean-Luc Dehaene slaagt erin tegen Pasen een communautair pre-akkoord voor te bereiden, inclusief de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde op een voor de Franstalige aanvaardbare wijze – zeg maar een ogenschijnlijke splitsing die er geen is. Yves Leterme zal dat pre-akkoord dan verder mogen onderhandelen tot er een finaal akkoord bereikt wordt, dat dan gestemd kan worden in de Kamer vóór de zomer en dus het Belgische EU-voorzitterschap. In dat geval zal het natuurlijk in de eerste plaats Jean-Luc Dehaene zijn die alle eer toegespeeld zal krijgen voor dat akkoord, terwijl Yves Leterme aan de achterban zal mogen gaan uitleggen waarom Brussel-Halle-Vilvoorde nu eigenlijk feitelijk toch niet gesplitst werd. Wordt uiteindelijk geen finaal akkoord bereikt, zal Yves Leterme daar volledig de schuld voor krijgen, niet Jean-Luc Dehaene. Die laatste zal immers wel zo slim zijn de details niet uit te werken, en zoals men het in de taal van Shakespeare zegt: the devil is in the details… Ik sluit niet uit dat in dat geval Jean-Luc Dehaene nog eens zal willen bijspringen, vooral dan om in dienst van vorst en vaderland de CD&V-achterban te doen plooien om ofwel het akkoord alsnog te aanvaarden, of om verder te regeren zonder staatshervorming of splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde.

Ander mogelijk scenario: Jean-Luc Dehaene slaagt er niet in een pre-akkoord rond te krijgen voor Pasen 2010. Wat er dan gebeurt, zal vooral afhangen van wat Jean-Luc Dehaene zélf denkt over zijn verdere slaagkansen. Valt er voor hem toch nog iets eervols te rapen, zal hij waarschijnlijk het Brussels Parlement inschakelen voor een nieuw belangenconflict. In het andere geval zie ik hem er gewoonweg de brui aan geven, en de schuld in de schoenen van Yves Leterme schuiven. Het excuus is snel gevonden: Yves Leterme zorgde niet voor een voldoende sereen klimaat tussen de regeringspartners, of de N-VA deed lastig in de Vlaamse regering. Wat er ook van zij, Yves Leterme zal ook in dit scenario de pineut van het verhaal zijn.

Laatste scenario: voor zover Jean-Luc Dehaene zich al de moeite zou getroosten veel initiatief te nemen vóór pakweg midden februari, valt natuurlijk niet uit te sluiten dat hij relatief snel zou inzien dat Brussel-Halle-Vilvoorde een volkomen onoplosbaar probleem is waar hij alleen maar zijn nek op kan breken. Enerzijds weigeren de Franstaligen een splitsing die een splitsing is – op dat vlak is er de laatste jaren eigenlijk weinig of niets veranderd, ook al hebben enkele Franstalige politici de laatste tijd verklaard dat een splitsing «onvermijdelijk» zou zijn. Wat belangrijker is, is de buigzaamheid van de CD&V-achterban, en of die een schijnsplitsing wel zal willen slikken. Vooral de aanwezigheid van de N-VA als Vlaams geweten van de CD&V in de Vlaamse Regering is daarbij een probleem. Komt Jean-Luc Dehaene vroegtijdig tot de conclusie dat hij van de koning een onmogelijke opdracht heeft gekregen, zou hij wel eens hetzelfde kunnen doen als wat hij in 2007 deed, en zijn koninklijke opdracht vervroegd afbreken. Hij is er per slot van rekening de man niet naar om enkele weken extra een schijnvertoning op te voeren enkel en alleen maar om met zijn titel te pronken. En wie zit ook deze keer uiteindelijk met de gebakken peren? Inderdaad, Yves Leterme, die zal mogen uitleggen waarom er geen splitsing noch een staatshervorming zal komen voor de verkiezingen van 2011.

Op dit punt vraagt de lezer zich waarschijnlijk af wat iemand als een Yves Leterme eigenlijk bezielt om Eerste Minister te wíllen zijn. En bij uitbreiding: waarom CD&V telkens weer de Eerste Minister wil blijven leveren. Als men de ellende en miserie rond de federale regering vergelijkt met wat mogelijk is in de Vlaamse regering, kan men alleen maar besluiten dat men aan de top van CD&V blijkbaar last heeft van een Belgische dwangneurose of suïcidale neigingen. In de Vlaamse regering slaagt men er tenminste nog in een beleid te voeren, terwijl men op federaal niveau met smoesjes zoals de «rustige vastheid» moet schermen om de complete passiviteit –of beter: volledige overgave aan de Franstalige wensen en grillen– te verbergen. Misschien komt het besef er ooit nog wel, dat er op federaal niveau voor de CD&V eigenlijk geen eer of macht meer te behalen valt. Met een voorzitster als een Marianne Thyssen, eerder deze week nog enthousiast bejubeld door Béatrice Delvaux in Le Soir, vrees ik echter dat het nog even zal kunnen duren voor dat besef er ook daadwerkelijk zal (mogen) komen. Tot dan is het bang afwachten hoeveel de federale machtsdrang van de CD&V Vlaanderen nog zal kosten. Tot dan rest ons alleen maar medelijden met –of, menselijker: Schadenfreude over– tragische figuren als Yves Leterme.

donderdag, november 19, 2009

Überpostje voor übertsjeef

Herman van RompuyNog maar eens blijkt dat er in de politiek geen rechtvaardigheid bestaat. Herman van Rompuy saboteerde eerst als Kamervoorzitter en later als Eerste Minister een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, en schoof de staatshervorming op de lange baan. Tijd kopen, en daarna zien we weer wel, was het motto. Deze avond is gebleken dat de man, die het zelfs zover dreef dat hij een Duitstalig belangenconflict ging afkopen met grotendeels Vlaams geld, uiteindelijk genoeg tijd wist te kopen en zelf de ultieme rekening –openlijk verraad van de verkiezingsbeloften van de CD&V of een Belgische systeemcrisis– niet zal hoeven te betalen.

Het begin van zijn toespraak waarin hij de benoeming tot de eerste Vast Voorzitter van de Europese Raad aanvaardde is typisch en bijzonder illustratief voor hoe de man te werk gaat. De eerste zin alleen al staat krom van de leugens: «Ook al vind ik het bijzonder moeilijk het bestuur van mijn land op te geven, aanvaard ik uw beslissing en dank ik u voor de eer die u mij betuigt.» Moeten we dat nu werkelijk geloven? De minachting voor het gepeupel dat op geen enkele manier invloed heeft kunnen uitoefenen op zijn benoeming druipt er van af. Want wat zou er nu moeilijk aan zijn om een uitzichtloze puinhoop te mogen verlaten voor het ultieme toppostje, waar het risico om ontslagen te worden uiterst miniem is? Een postje waar de man, die zich altijd als een vis in het water heeft gevoeld in achterkamertjes en in kastelen achter hoge hekken, zich voluit zal kunnen uitleven in het gekonkel en gekuip? En dat hij de beslissing «aanvaardt» kan niet bepaald een verrassing genoemd worden – hij heeft er per slot van rekening hard genoeg voor geknokt.

Even leek het erop dat er alsnog een kink in de kabel geslopen was, toen, stel je voor, één of andere onverlaat zo vermetel was een Europees standpunt van hem uit een besloten vergadering gelekt had naar de pers. Het is inderdaad ongehoord dat standpunten en meningen van politici zomaar open en bloot in de pers becommentarieerd worden vóór zij tot minister of wat dan ook benoemd worden. De bevolking heeft er inderdaad niets mee te maken wat een kandidaat-minister van defensie denkt over, ik zeg maar wat, de oorlog in Afghanistan of de dienstplicht. Net zo was het bijzonder laag bij de grond dat iemand Herman van Rompuys standpunt over Europese belastingen lekte nog vóór zijn benoeming tot EU-President. Laten we het trouwens maar zeggen zoals het is: zelfs nu, na zijn benoeming, heeft de Europese bevolking daar eigenlijk niets mee te maken. Anders kom je immers op een hellend vlak terecht, met als volgende eis misschien wel een democratische verankering van de benoeming via, horresco referens, verkiezingen en meer van dat soort van ongein.

Ik voel me overigens absoluut niet geroepen om Herman van Rompuy «persoonlijk te feliciteren» met zijn benoeming, zoals het Vlaams Belang bijvoorbeeld doet. Je kon net zo goed Dmitri Medvedev persoonlijk feliciteren met zijn verkiezing tot Russisch president. Wat de N-VA bezielt om zelfs «heel blij» te zijn voor Herman van Rompuy, de ultieme saboteur van staatshervormingen en BHV-splitsingen, is me al helemaal een raadsel. Trouwens, wat het Vlaams Belang betreft werden de bange vermoedens van die partij dat het standpunt van Herman van Rompuy tegen Turks EU-lidmaatschap niet veel meer was dan oppositietaal vanavond reeds bevestigd. Proef alvast even van de volgende zin in zijn aanvaardingstoespraak: «Ofschoon onze eenheid onze kracht is, is onze diversiteit onze rijkdom.» Bij De Standaard deden ze nogal zurig over mijn «Say Hello to Turkey and Taxes» van gisteren in The Brussels Journal (volgens hen trouwens een Britse krant), maar wanneer de man zulke zinnen opneemt in zijn toespraak, is het duidelijk dat hij wel degelijk werk wil maken van een zo ver mogelijk doorgedreven eurofederalisme én Turks EU-lidmaatschap.

Maar het is niet alleen maar kommer en kwel met de benoeming van Herman van Rompuys tot EU-President. Zo bestaat de kans dat Yves Leterme opnieuw Eerste Minister wordt, wat enig perspectief biedt op nieuwe communautaire spanningen. Eric van Rompuy, broer van, kan eindelijk weer straffe uitspraken doen over Brussel-Halle-Vilvoorde, en zijn motto «Be Free» weer vanonder het stof halen. Misschien zien we hem volgend jaar weer gordelen met BHV-truitje?

zondag, november 15, 2009

Zouden we moeten treuren om het vertrek van Van Rompuy?

Zouden we moeten treuren indien Herman van Rompuy, de Eerste Minister die heel Europa ons zou benijden, ons zou verlaten om de eerste vaste Voorzitter van de Europese Raad te worden? Aanhangers van de verrottingsstrategie om België te doen barsten alvast niet, want als Herman van Rompuy één ding goed kan, dan wel pappen en nathouden, ook bekend onder zijn eigen motto «rustige vastheid». En op tijd zijn eigen partij plat op de buik duwen ter wille van de Franstaligen.

Dat hij de perfecte kandidaat voor de job is, weten we al langer, maar dat Herman van Rompuy ook effectief de eerste vaste Voorzitter van de Europese Raad zal worden, staat nog lang niet vast. Dat hij naar de post dingt echter wel, zoals duidelijk bleek uit zijn reactie op een lastige vraag van één of andere Italiaan op het diner van de Bilderberggroep. Zelfs al klopt het dat hij niet voor een groene Europese belasting pleitte, maar wel voor een «meer structurele vorm van financiering op Europees niveau» in de vorm van een verkapte Tobin-taks op financiële transacties, dan nog blijft zijn verveelde reactie. Inderdaad, indien het zou kloppen dat Herman van Rompuy de post van EU-president niet actief zou nastreven, en dat hij ze enkel maar wil aanvaarden als er consensus bestaat en hij niet anders kan, dan zou de vraag van die Italiaan hem immers geen moer hebben kunnen schelen. Integendeel zelfs, een geprofileerde toespraak op dat diner zou voor hem een heel gemakkelijke manier geweest zijn om voor eens en altijd die beker aan hem voorbij te laten gaan, maar dat heeft hij dus wel heel nadrukkelijk niet willen doen. Schijnheiligheid troef dus, maar de lezer weet vermoedelijk al langer dat dat een eigenschap is die bij Herman van Rompuy bovengemiddeld ontwikkeld is.

Het foefje van de «consensus» is trouwens ronduit hilarisch wanneer het uit de mond van een Eerste Minister komt die aan Vlaamse zijde niet eens over een meerderheid voor zijn federale regering beschikt, ook al noemde hij dat zelf vóór de verkiezingen nog «staatsgevaarlijk». Als de vereiste consensus eruit zal bestaan dat Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië het onder mekaar eens zouden worden dat het Herman van Rompuy zal zijn, en dit trio vervolgens hun voorkeur door de strot van een meerderheid van de overblijvende 23 lidstaten kan duwen, dan zal dat zowel voor Herman van Rompuy als zijn CD&V al ruim voldoende zijn.

A propos standpunten vóór en nà verkiezingen: in 2004 hield Herman van Rompuy nog een pleidooi tegen een Turkse EU-lidmaatschap, maar zag hij een toetreding van de Oekraïne wel zitten – als ze het zelf vragen natuurlijk. Politicoloog Hendrik Vos zag daarin een mogelijk probleem, maar ik vermoed dat de EU-leiders ondertussen al wel zullen weten wat voor vlees ze in de kuip hebben met Herman van Rompuy. Als Turks EU-lidmaatschap even EU-gevaarlijk is als een federale Belgische regering zonder Vlaamse meerderheid staatsgevaarlijk, weten we nu al dat hij zich desnoods wel ootmoedig zal willen «opofferen» met een paar jaartjes extra aan het hoofd van de EU om de integratie van Turkije in de Europese Unie in goede banen te leiden. En als een Oekraïens aanvraag tot EU-lidmaatschap op een lastig ogenblik in de brievenbus zou vallen, zal hij zeker wel iets weten te verzinnen om eerst die aanvraag niet te hoeven ontvangen, en vervolgens die aanvraag zoveel mogelijk op de lange baan te schuiven.

Zouden we dus moeten treuren indien Herman van Rompuy de eerste vaste Voorzitter van de Europese Raad zou worden? Zoals in de inleiding reeds aangehaald, blonk hij als Eerste Minister tot nu toe vooral uit in het pappen en nathouden, en op tijd de CD&V plat op de buik dwingen om de Franstaligen hun zin te kunnen geven. «Rustige vastheid» heet dat dan in zijn jargon, maar «rustige slaafsheid» zou de lading al veel beter dekken. Van de vijf zogenaamde «werven» die hij aanduidde zijn er voorlopig nog maar drie afgewerkt. En voor één keertje ben ik het eens met Bart Eeckhout van De Morgen: zelfs die drie afgewerkte werven liggen er hoogst belabberd bij. De begroting is één grote puinhoop, onder meer, maar niet alleen, dankzij de stuitende incompetentie van Didier Reynders. De verdediging van Herman van Rompuy in Kamer –de oppositie zou geen visie hebben– was van zo'n laag niveau dat je je afvraagt of die man zichzelf in de spiegel nog kan zien. In het asieldossier hebben PS en cdH dan weer al zo vaak hun zin gekregen dat de Franstalige socialisten het gisteren zelfs aandurfden openbare gebouwen op te vorderen om hun toekomstige kiezers te herbergen. (En ik neem aan dat hun partijgebouwen en volkshuizen al vol zitten, ja toch?)

Aan twee werven is Herman van Rompuy voorlopig nog niet begonnen: de staatshervorming en Brussel-Halle-Vilvoorde. Of beter gezegd: die heeft hij tot nog toe vakkundig in de koelkast kunnen houden door ofwel dringendere zaken in te roepen, ofwel op zijn blote knieën bij de Franstaligen extra tijd te gaan afkopen. Dat is natuurlijk weinig bevredigend vanuit een Vlaams standpunt, maar anderzijds is het nog maar de vraag of een staatshervorming of een onderhandelde oplossing voor Brussel-Halle-Vilvoorde onder leiding van Herman van Rompuy dan zoveel goeds voor Vlaanderen zou kunnen brengen. Àls Herman van Rompuy erin zou kunnen slagen die twee werven op één of andere manier af te werken, moet gevreesd worden dat die afwerking er vooral uit zal bestaan de eigen partij nog maar eens plat op de buik te dwingen voor een reeks toegevingen aan de Franstaligen. De hartenkreet van Béatrice Delvaux sprak in dat verband boekdelen. Het alternatief van ongrondwettelijke federale verkiezingen met alle problemen en heisa dat met zich mee zou brengen valt dan misschien toch nog te verkiezen boven een uitverkoop van Vlaamse belangen en verworvenheden in de Vlaamse Rand en Brussel.

De ultieme vraag die dus gesteld moet worden is de volgende: op welk niveau zou Herman van Rompuy de Vlaamse zaak het meeste schaden, het Belgische of het Europese? Op Europees niveau hoeven we hoe dan ook geen Václav Klaus aan het hoofd van de Europese Raad te verwachten, en dan kan men net zo goed van de nood een deugd maken om Herman van Rompuys «rustige vastheid» uit het Belgische niveau te verdrijven. Of Yves Leterme dan wel Didier Reynders de fakkel van Herman van Rompuy zou overnemen in de Wetstraat 16 maakt in dat geval trouwens weinig uit – 2010 belooft dan hoe dan ook een boeiend jaar te worden.

zaterdag, november 14, 2009

Brussels belangenconflict wordt al klaargestoomd

Brigitte GrouwelsHet wordt met de dag duidelijker dat mijn voorspelling van twee weken geleden wel degelijk zal uitkomen: wanneer het Duitstalige belangenconflict in de lente van volgend jaar afgelopen zal zijn, zal het Brussels Hoofdstedelijk Parlement een nieuw belangenconflict inroepen. CD&V gaf gisteren bij monde van Brigitte Grouwels –ooit nog Vlaanderens hoop in Brussel– alvast het groene licht aan de Franstaligen, en het lijdt geen twijfel dat ook Open Vld en Groen! zullen volgen, wat kandidaat-voorzitter Marino Keulen ook moge beweren.

Brigitte Grouwels was gisteren te gast in het ochtendprogramma Matin Première van de RTBf, en liet zich daar ontvallen dat ze de inroeping van een belangenconflict tegen de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde door het Brussels Hoofdstedelijk Parlement liever zou willen vermijden. Als het er echter toch van zou komen, zou dat volgens haar misschien wel tot spanningen kunnen leiden tussen de Nederlands- en Franstaligen in dat parlement, maar niet tot een crisis in de Brusselse Regering. De échte boodschap is echter dat ze daarmee de Franstaligen impliciet groen licht gaf om in de lente van volgend jaar een belangenconflict in te roepen in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, en reken maar dat wanneer die boodschap verkondigd wordt op het eerste radiokanaal van de RTBf, zij wel degelijk zal aankomen in de hoogste regionen van de Franstalige partijen. Meer zelfs, ik zou zelfs niet meer willen uitsluiten dat de CD&V zo driest zou durven zijn om zich zelfs te onthouden bij die stemming. De smoes zal dan wel iets in de aard van een betreuring van de polarisatie binnen het Brussels Hoofdstedelijk Parlement zijn, maar waar het echt om gaat is de Franstaligen een schaamlapje te kunnen leveren zodat zij zouden kunnen beweren dat dit geen stemming Franstaligen tegen Nederlandstaligen is, precies dat wat zij de Vlamingen steeds verweten hebben in dit dossier. Wat in de Kamer niet mag, mag in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement wel, zoals N-VA-voorzitter Bart de Wever terecht opmerkte.

Ach, waar is de tijd dat Brigitte Grouwels beschouwd werd als Vlaanderens hoop in de hoofdstad? Ik herinner het me nog: het was de tijd van Jos Chabert, die niet eens in Brussel woonde maar wel Belgischer dan de koning was, en in 1999 vasthield aan zijn Brusselse portefeuille om toch maar te vermijden dat die «Vlaamsgezinde» Brigitte Grouwels zou kunnen doorstoten. Misschien was het allemaal maar een begoocheling? Of is ze vandaag, na vijf jaar staatssecretaris geweest te zijn en nu eindelijk dan toch minister voor het Brussels Gewest, van haar Vlaamsgezindheid «genezen»? En wat is dan een belangenconflictje tegen een wetsvoorstel dat de eigen partij nog mee ingediend en gestemd heeft vergeleken met nog minstens vier jaar ministerschap in dat Brussels Gewest? «Minder Frans, meer Brigitte» was haar laatste verkiezingsslogan nog, maar als meer Frans nóg meer Brigitte oplevert, kan je toch niet verwachten dat zij als CD&V'ster gaat tegenpruttelen?

Zouden de Nederlandstalige coalitiepartners in de Brussels Regering dan wel durven (of willen) tegenpruttelen bij de stemming van een belangenconflict? Van Groen! hoeven we niet veel te verwachten: wat hen betreft mag Brussel-Halle-Vilvoorde immers netjes één blijven, ja zelfs uitgebreid worden tot heel België. En de andere partner, de Open Vld, had de invoering van een federale kieskring zelfs als een uitdrukkelijke eis in haar laatste verkiezingsprogramma opgenomen. Kandidaat-voorzitter Marino Keulen liet wel optekenen dat wat hem betreft het Duitstalig belangenconflict het laatste zou moeten zijn, maar wie gelooft dat dit meer is dan verkiezingspropaganda voor 5 december, de datum voor de voorzittersverkiezingen bij de Open Vld, gelooft waarschijnlijk evenzeer in de goedheilige man die de dag nadien zijn ronde maakt. Ook de reactie van Brussels Open Vld-minister Jean-Luc Vanraes is weinig geloofwaardig, aangezien hij zelf in 2006 nog een uitgesproken tegenstander van de splitsing was. Ooit weigerde hij zich zelfs uit te spreken over een uitbreiding van het Brusselse Gewest, iets wat toch een no-brainer zou moeten zijn voor eenieder die zichzelf als Vlaming gerespecteerd wil zien.

De overtreffende trap totentrekkerij werd echter afgeleverd door de Brusselse sp.a-fractievoorzitster Elke Roex. Elke Roex heeft natuurlijk groot gelijk in haar analyse, maar dat iemand met een sp.a-lidkaart ook écht een Vlaamse reflex zou kunnen bezitten is natuurlijk een stelling zo grotesk dat zelfs iemand die in Sinterklaas en de Kerstman tegelijkertijd gelooft daar niet intrapt. Of zou er toch iemand rondlopen die wil geloven dat zij precies hetzelfde zou zeggen ook indien de sp.a wel mee aan de Brusselse vetpotten zou zitten?

Wat in ieder geval opvalt, is dat CD&V én Franstaligen op dit ogenblik een pak meer energie steken in het aanvaardbaar maken van een Brussels belangenconflict over Brussel-Halle-Vilvoorde dan het voeren van onderhandelingen of wat dan ook. (Wat uiteraard niet betekent dat ik voorstander zou zijn van zulke onderhandelingen.) Maar de verklaring waarom er zo'n groot verschil bestaat tussen het CD&V-woord en de CD&V-daden is natuurlijk eenvoudig: dit is de weg van de minste weerstand. Het is immers gemakkelijker zes miljoen Vlamingen voor het lapje te houden dan enkele CD&V-mandatarissen vijf minuten politieke moed te laten opbrengen om de Grondwet te laten toepassen. Maar dat laatste zal natuurlijk geen enkele van mijn lezers verbazen.

zaterdag, november 07, 2009

Herman van Rompuy, de perfecte Europese President

Herman van RompuyVolgens de bookmakers en de kranten is Eerste Minister Herman van Rompuy op dit ogenblik de grootste kanshebber om Europees President –eigenlijk «Voorzitter van de Europese Raad»– te worden. En inderdaad, wie zou er eigenlijk beter passen als voorzitter van een orgaan dat desnoods landen dwingt een tweede maal een referendum te organiseren als de bevolking de eerste keer verkeerd stemt, dan onze eigen Eerste Minister die ooit als Kamervoorzitter nog 's nachts de sloten van de plenaire zittingszaal liet vervangen om een zitting tegen te houden? Dat Herman van Rompuy uit zeldzaam hout gesneden is, is wel het minste dat gezegd kan worden.

Dat de Europese Unie niet bepaald uitblinkt door haar democratisch gehalte hoeven we de lezer niet uit te leggen. Recent was er het tweede referendum in Ierland over het Verdrag van Lissabon, omdat de Ierse bevolking de eerste keer zo vermetel was geweest Neen te stemmen. Ook aan de weinig democratische manier waarop het Europese establishment Turkije in de Europese Unie tracht te loodsen hoeven we de lezer niet te herinneren: eerst ging het alleen maar onderhandelingen over een mogelijke toetreding, en was het dus te vroeg om bezwaren te maken, daarna kwamen bezwaren te laat omdat er al zo lang met Turkije onderhandeld werd. Het spreekt dan ook voor zich dat als de Europese Unie een president wil aanstellen, die president niet rechtstreeks door de Europese bevolking verkozen zal worden of via een open proces, maar in achterkamertjes bedisseld moet worden zodat ook achterbakse figuren kans maken benoemd te worden. En achterbakse figuren misschien zelfs een streepje voor hebben.

De voormalige Britse Eerste Minister Tony Blair was lang de gedoodverfde kandidaat, maar kampte met twee grote nadelen. Het eerste nadeel was natuurlijk dat Groot-Brittannië in de EU nog steeds een buitenbeentje is, en bijvoorbeeld bedankt voor de Euro. Het tweede nadeel was de oorlog in Irak, dat vooral bij het oud-Europese gedeelte van de EU moeilijk lag. Stel je voor, een Eerste Minister die zijn troepen leende om in een ver land samen met de VS actief een bloedig dictator ten val te brengen. Dat is inderdaad onaanvaardbaar! Een andere affaire, namelijk dat hij bij de laatste verkiezingen de Britse bevolking expliciet een referendum over het Verdrag van Lissabon had beloofd, maar naliet die belofte ook in te lossen, speelde duidelijk níet in zijn nadeel. Het zal de lezer waarschijnlijk niet verbazen dat zulk gedrag hem absoluut niet euvel geduid werd in Brussel.

De Brit Tony Blair zal echter geen andere keus hebben dan in de Belg Herman van Rompuy zijn meerdere te erkennen. Enkele van de recentste exploten van onze Eerste Minister tonen duidelijk aan dat hij veel beter zou passen in de functie van Voorzitter van de Europese Raad. Zo slaagde hij er als Kamervoorzitter in 's nachts de sloten van de plenaire zittingszaal te vervangen, om zo een vergadering over Brussel-Halle-Vilvoorde te kunnen saboteren. Een andere keer weigerde hij gewoonweg een week lang op zijn kantoor te verschijnen, om te vermijden er een brief te moeten openen. Algemeen wordt trouwens aangenomen dat hij er eigenhandig voor gezorgd heeft dat zijn partij, de CD&V, haar eis over de staatshervorming en de splitsing van de Brussel-Halle-Vilvoorde als een conditio sine qua non voor regeringsdeelname inslikte op het moment dat de Franstaligen ermee dreigden overstag te gaan. Men kan zich moeilijk voorstellen hoe het verkiezingsprogramma van de CD&V uit 2007 nóg flagranter aangefloten kon worden, of het zou moeten gaan over een volledige aanhechting van Halle-Vilvoorde bij het Waals Gewest.

Zorgde hij ervoor dat de CD&V toch maar in een federale regering stapte, volledig in strijd met haar eigen verkiezingsprogramma, is het duidelijk dat hij er sinds de opvolging van Yves Leterme eigenlijk de grootste hinder is om Brussel-Halle-Vilvoorde te splitsen en de Franstaligen tot een staatshervorming te dwingen. Inderdaad, het splitsingsvoorstel, ingediend en gestemd door zijn eigen partij, zit volledig geblokkeerd door opeenvolgende belangenconflicten die hij zelf bij de respectievelijke regionale parlementen gaat afsmeken. De staatshervorming stopte hij niet in de koelkast, maar in de diepvriezer, met het slot vervangen en de sleutel al lang weggesmeten. In alle andere dossiers, de zogenaamde «werven» asiel en migratie, energie en de overheidsfinanciën, gaf hij de Franstaligen volledig hun zin. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat zij dezer dagen met een bang hartje een beslissing over dat Europees presidentschap afwachten. Hoofdredactrice Béatrice Delvaux van de krant Le Soir meende zelfs al voor alle zekerheid op voorhand al een veto te moeten stellen tegen Yves Leterme als opvolger.

Misschien nog het meest hallucinante feit is dat hij vandaag een regering leidt die aan Vlaamse zijde niet eens over een meerderheid beschikt, terwijl aan Franstalige zijde alleen Ecolo ontbreekt. Vóór de verkiezingen liet hij in een interview met De Morgen nog noteren dat zo'n constructie «staatsgevaarlijk» zou zijn: Vandaag lijkt het echter de enige garantie om België niet finaal in mekaar te doen stuiken. En dat laatste is natuurlijk het enige waar het in zijn federale regering werkelijk over gaat: België nog zo lang mogelijk draaiende te houden, desnoods tegen zijn eigen partij, bevolking en kiezers in. Het hogere belang, weet u wel. Het is daarmee duidelijk dat als de EU iemand nodig heeft die zonder scrupules desnoods ook zijn land bij de bok zal willen zetten voor een hoger, Europees belang, Herman van Rompuy daar de geknipte figuur voor zal zijn.

maandag, november 02, 2009

De ingehouden peiling van RTBf–Vers l'Avenir

Donderdag beweerde La Libre Belgique in een artikel dat RTBf en Vers l'Avenir in juni, vlak voor de regionale verkiezingen, een peiling achtergehouden zouden hebben. Reden: de resultaten weken teveel af van de vorige peilingen. Achteraf bleek echter deze peiling de meeste «correcte» van allemaal te zijn…

In hoeverre de achtergehouden peiling van RTBf–Vers l'Avenir werkelijk de meest correcte peiling van allemaal was, valt natuurlijk moeilijk in te schatten zolang we de cijfers niet kennen. De bronnen die in La Libre Belgique aangehaald worden beweren dat de peiling géén zwaar verlies voor de PS aangaf, in tegenstelling tot de verliezen van ongeveer vijf procent die voorspeld werden in de peilingen die wel gepubliceerd werden. In dat geval is het duidelijk dat de achtergehouden peiling, uitgevoerd door Dedicated Research, een gemiste kans was voor de RTBf en Vers l'Avenir.

Het spreekt voor zich dat RTBf en Vers l'Avenir met de zaak lichtjes verveeld zitten, zeker omdat de twee vlak voor de verkiezingen uitpakten met een hele rist peilingen per provincie. Zoals een bron vertelt, werd dag na dag de ondergang van de PS voorspeld, terwijl de partij op 7 juni gewoon status quo noteerde. Het is dan pijnlijk wanneer achteraf blijkt dat men ook over een peiling beschikte die een heel ander beeld gaf. Mogen we er echter ook even aan herinneren dat de krant die nu met de geruchten op de proppen komt, La Libre Belgique, er al bij al even ver naast zat als RTBf en Vers l'Avenir, en het artikel daarom ongetwijfeld een hoge graad van Schadenfreude in zich draagt?

Maar er is meer. Een maand geleden hadden we het al over het onzinnige wetsvoorstel van Philippe Mahoux, die opiniepeilingen met een te grote foutenmarge en te dicht bij de verkiezingsdatum zou willen verbieden. Dat wetsvoorstel moet in het licht van de hierboven reeds vermelde peilingenreeks van RTBf en Vers l'Avenir gezien worden, want de partij van Philippe Mahoux, de PS, ergerde er zich toen dood aan. Om begrijpelijke redenen, overigens, maar dat gaf Elio di Rupo natuurlijk nog niet het recht om RTBf de huid vol te schelden en hen te «herinneren» aan hun openbare functie. In zijn wetsvoorstel veinst Philippe Mahoux echter bezorgdheid over eventuele beïnvloeding van de publieke opinie door onzorgvuldige peilingen. Niemand wordt natuurlijk graag bestempeld als een verliezer, maar de vraag moet toch gesteld worden of de PS werkelijk zo'n slechte zaak zou gedaan hebben aan al die voor haar negatieve peilingen. Zou het kunnen dat die peilingen er net voor gezorgd hebben dat kiezers die anders misschien wel voor Ecolo of cdH zouden gestemd hebben, het toch maar op de PS hielden om de schade een beetje te beperken? Zou het ook kunnen dat de PS, precies door die voorafgaande negatieve peilingen, psychologisch veel beter door de verkiezingsnacht is gekomen dan anders wel eens het geval had kunnen geweest zijn?

Een andere vraag is natuurlijk wat er zich eigenlijk in het hoofd van een peiler of medium afspeelt wanneer er besloten wordt een peiling niet te publiceren. «Ça fait trois semaines qu’on annonçait des moins 5 % pour le PS. On n’allait quand même pas changer notre fusil d’épaule. Personne n’a eu envie de se décrédibiliser.» En nog: «Ce n’était pas très heureux d’arriver la veille ou l’avant-veille du scrutin avec un sondage et des résultats différents du sondage initial.» Achteraf zit men dan natuurlijk met de gebakken peren. Maar het is toch wel merkwaardig dat men in dit land de kleinste verschuiving, al valt ze ruimschoots binnen de foutenmarge, uitvergroot om er ellenlange artikels over te kunnen schrijven, maar wanneer een peiling te veel verschilt van de vorige, dan houdt men ze toch maar liever achter omwille van… de geloofwaardigheid. Ik had het zelf nooit kunnen verzinnen.

In het hoofdstuk «Mag het ietsje meer zijn» in Media & Journalistiek in Vlaanderen schreef ik nog dat Vlaanderen niet bepaald hoeft te snoeven over het aantal peilingen dat er uitgevoerd wordt, maar dat de toestand in Wallonië zo mogelijk nog slechter is. Ik zou echter niet durven beweren dat het bovenstaande voorval in Vlaanderen onmogelijk zou zijn. Stel je inderdaad eens voor dat één van de kranten een week voor de verkiezingen plots met de resultaten van een peiling geconfronteerd zou worden waarin een «verkeerde» partij plots vijf procent naar boven zou springen. Publiceren, of toch maar doen of de neus bloedt? Wat in ieder geval vaststaat, is dat het wetsvoorstel van Philippe Mahoux niet bepaald voor veel verbetering zou zorgen. Integendeel, in plaats van peilingen te verbieden, zou het misschien beter zijn indien de media verplicht zouden worden àlle peilingen te publiceren, of de resultaten hen nu aanstaan of geloofwaardig overkomen of niet. Misschien toch eens iets om over na te denken.

zaterdag, oktober 31, 2009

BHV-carrousel draait een nieuw rondje

De afgelopen weken draaide de BHV-carrousel nog maar eens een nieuw rondje. De hoofdrol was deze keer weggelegd voor de Duitstalige Gemeenschap, met aan het hoofd ervan Minister-President Karl-Heinz Lambertz. De uitslag stond echter al op voorhand vast, net zoals bij het vorige rondje: een nieuw belangenconflict werd uiteindelijk ingediend. Maar wat zal de toekomst voor BHV-dossier brengen?

Eigenlijk kan het niets anders genoemd worden dan een uiterst lamentabel schouwspel, het stukje derderangstheater dat de laatste weken opgevoerd werd rond het dossier-Brussel-Halle-Vilvoorde. Inderdaad, zowel aan Vlaamse als aan Duits–Franstalige zijde waren de acteerprestaties ondermaats. Wat bijvoorbeeld te denken van CD&V-voorzitster Marianne Thyssen, die pleitte voor een onderhandelde oplossing van het dossier, waarop Karl-Heinz Lambertz een week later inpikte door een signaal van de Vlamingen te verlangen om al dan niet een belangenconflict in te dienen. Achter de schermen bad Eerste Minister Herman van Rompuy ondertussen rustig vast op zijn knieën om het belangenconflict toch maar in te dienen, en dat was meteen het enige signaal dat Karl-Heinz Lambertz veinsde gehoord te hebben – dat, en de toewijzing dat het Kehrweg Stadion van Eupen één van de oefenstadions zal zijn indien de Belgisch-Nederlandse kandidatuur voor het WK-voetbal in 2018 of 2022 aanvaard zou worden. Alhoewel, officieel heeft dat laatste natuurlijk niets met het eerste te maken, maar voor de volledigheid wil ik toch ook even vermelden dat Karl-Heinz Lambertz een lidkaart van de PS heeft, en laat de rest aan het oordeel van de lezer over. Voor de argumenten van N-VA-voorzitter Bart de Wever en een delegatie van de burgemeesters uit Halle-Vilvoorde bleef de man in ieder geval oostindisch doof, om nog maar over die van de «griezels» van VVB, TAK en HaViKo te zwijgen.

Wat staat ons nu verder te wachten in dit dossier? Opvallend is in ieder geval dat de Duitstalige Gemeenschap bij de vorige ronde nog optrad als reserve voor het geval het Waalse Parlement zou nalaten een belangenconflict in te roepen. De tijd die met het Waalse belangenconflict gewonnen werd –120 dagen, maar in de Belgische praktijk al gauw bijna een half jaar– werd zoals bij alle andere vorige belangenconflicten vooral gebruikt om niets te doen. Verwacht kan dus worden dat het ook deze keer niet anders zal gaan. Bovendien werd al aangeduid wat over meer dan 120 dagen te gebeuren zal staan. Het Brussels Parlement trad immers op als reserve indien Eupen zou nalaten een belangenconflict in te roepen, en zal in de lente van 2010 de eer hebben de hoofdrol te mogen spelen in het volgende rondje van de BHV-carrousel. Absurd? Indien de Duitstalige Gemeenschap zich deze keer genoodzaakt zag een belangenconflict in te roepen om de federale regering te redden en het land bij mekaar te houden, waarom zou de Belgische en Europese hoofdstad dan niet precies hetzelfde mogen doen om te vermijden dat het Belgische EU-voorzitterschap in het honderd zou lopen? Is onze dierbare hoofdstad dat niet aan zichzelf, het land en de Europese Unie verplicht? Als het moet zullen de Brusselse CD&V- en Open Vld-leden dat belangenconflict desnoods zelfs mee goedkeuren. De respectievelijke achterbannen werden in ieder geval de afgelopen week al eens goed voorbereid op dit scenario.

En wat dan na het Brusselse belangenconflict? In het Belgische leugenfederalisme kunnen 120 dagen misschien wel lang duren, maar niet lang genoeg om het BHV-splitsingsvoorstel tot in 2011 uit de Kamer te houden. Als ik een gokje mag wagen, dan zullen CD&V en Open Vld vrijwillig afzien van een onmiddellijke stemming eens het Brusselse belangenconflict afgelopen zal zijn, om heel het zaakje te verdagen tot in 2011. Een belangenconflict door het Vlaams Parlement lijkt zelfs voor Open Vld en CD&V een brug te ver. Bovendien hebben de twee partijen er geen meerderheid, en lijkt het me onwaarschijnlijk dat sp.a de federale meerderheid zou willen helpen depanneren. Daarna zijn we al zo dicht bij de volgende federale verkiezingen, dat het voor zowel de Franstalige als de Vlaamse partijen geen onnoemelijk grote nadelen meer zal opleveren om de federale regering vervroegd te laten vallen, zodat het voorstel eenvoudigweg niet meer gestemd kan worden. Meer zelfs, het zou voor iedereen alleen maar voordelen opleveren: de Franstaligen kunnen aan hun kiezers vertellen dat ze de belangen van de Franstaligen hebben kunnen verdedigen door een vroegtijdige val van de federale regering te veroorzaken, terwijl CD&V en Open Vld zullen verklaren dat ze hun best gedaan hebben, maar dat een eenzijdige splitsing nu eenmaal niet mogelijk was. En dat een onderhandelde oplossing, dat wil zeggen één met Vlaamse toegevingen, de enige mogelijke is, ook al is het eigenlijke probleem vooral de onnoemelijke lafheid en het verraad van de twee partijen. (Maar laat er geen twijfel over bestaan: sp.a is geen haar beter.) Dat de Franstaligen hun belangenconflicten in serie mochten inroepen was immers helemaal geen hinder om Brussel-Halle-Vilvoorde onverwijld –wie herinnert zich het woord nog– en met vijf minuten politieke moed te splitsen. De «Vlaamse» partijen CD&V en Open Vld, in het begin trouwens aangevuld met N-VA, lieten de Franstaligen toe hun belangenconflicten in serie in te roepen. Meer zelfs, ze smeekten en smeken hen daar nog steeds om, en rekken actief de wettelijke termijnen met alle mogelijke en onmogelijke officiële en officieuze vakantiedagen.

Bestaat er dan geen alternatief? Dat de Franstaligen zouden toegeven, lijkt me onwaarschijnlijk: zij zullen nog eerder een Brussels belangenconflict indienen of de federale regering laten vallen, desnoods zelfs tijdens het Belgische EU-voorzitterschap, dan hun «rechten» op Halle-Vilvoorde zomaar op te geven. Wie de Franstalige media een beetje volgt –de Vlaamse media berichten hier niet over, een schuldig verzuim overigens– weet dat men aan de overzijde goed weet wat op het spel staat. Er wordt daar niet gedacht in termen van solidariteit, verdraagzaamheid, flexibiliteit, wettelijkheid of zelfs nog maar grondwettelijkheid, maar territorium, en PS-voorzitter Elio di Rupo heeft dat al meer dan eens duidelijk laten blijken in interviews. De Franstalige «rechten» op Halle-Vilvoorde zullen dan ook een pak zwaarder doorwegen dan de glorie en glitter rond het Belgische EU-voorzitterschap, zeker als die glorie en glitter toch alleen maar CD&V'er Herman van Rompuy te beurt zullen vallen. Als Brussel-Halle-Vilvoorde dus gesplitst zal raken voor de volgende federale verkiezingen, zal dat alleen maar kunnen omdat CD&V en Open Vld zware toegevingen doen aan de Franstaligen. De vraag is dan of dat nog mogelijk is.

Indien CD&V van plan is zware toegevingen te doen, en zowel Marianne Thyssen als Herman van Rompuy geven sterk die indruk, dan was er eigenlijk geen beter moment geweest dan nu. Begin 2010 zullen de voorbereidingen voor het EU-voorzitterschap al volop aan de gang zijn, en lijkt het weinig waarschijnlijk dat CD&V en Open Vld veel tijd en energie over zullen hebben om een reeks Vlaamse toegevingen samen te stellen waarmee ze de Franstaligen zullen kunnen paaien. Minder dan wat hen aangeboden werd ten tijde van de regering-Verhofstadt II is voor hen waarschijnlijk hoe dan ook niet aanvaardbaar, en tegelijkertijd voor CD&V een brug te ver zolang er nog altijd een mogelijkheid is om het Brusselse Parlement een belangenconflict te laten indienen. Alsnog een Brussels belangenconflict inroepen zal dan ook de gemakkelijkste uitweg zijn, desnoods met de steun van CD&V en Open Vld dus. Nà het EU-voorzitterschap zullen we dan weer al zo dicht bij de volgende federale verkiezingen zitten, dat CD&V ervoor zal terugschrikken Halle-Vilvoorde openlijk aan de Franstaligen uit te verkopen. Dan nog liever de federale regering laten vallen in onderling overleg met de Franstaligen –al dan niet met wat theater voor de galerij– en achteraf de ongrondwettelijke verkiezingen toch maar goedkeuren in de Kamer. Het zou trouwens niet de eerste keer zijn dat men daar ongrondwettelijke verkiezingen zou goedkeuren.

maandag, oktober 12, 2009

Peiling De Standaard/VRT levert vooral twijfelachtige analyses

Alle Vlaamse peilingen sedert 2004Vrijdagavond werden de resultaten van een nieuwe peiling van De Standaard en VRT gepubliceerd. In tegenstelling tot de peiling van La Libre Belgique van twee weken geleden registreerde deze peiling wél enige verandering in het partijpolitieke landschap in Vlaanderen: Vlaams Belang zou achteruitgaan, en Groen! vooruit. Zowel bij het ene als het andere kunnen echter vraagtekens geplaatst worden.

Alle Vlaamse peilingen sedert 2004 (12-26%)Starten we onze analyse bij de grootste Vlaamse partij, dan is het duidelijk dat CD&V de grootste blijft in Vlaanderen, met een ruimte voorsprong op de achtervolgers. Die achtervolgers zijn Open Vld, sp.a, N-VA en Vlaams Belang, deze keer in die volgorde. Het verschil van de grootste (Open Vld) tot de kleinste (Vlaams Belang) bedraagt deze keer trouwens iets meer dan vier procent, beduidend meer dan wat het geval was bij La Libre Belgique. Bovendien is de volgorde van de vier partijen bijna omgekeerd: bij La Libre Belgique was immers Vlaams Belang nog de grootste en Open Vld de kleinste.

In de berichtgeving werd vooral ingezoomd op het resultaat van het Vlaams Belang, waarvan de partijvoorzitter Bruno Valkeniers zich zelfs bij De Standaard stevig diende te verdedigen onder de titel «Ik laat me niet opjagen». Gazet van Antwerpen kopte dan weer Vlaams Belang verder achteruit, Open Vld kruipt uit dal. Eerlijk gezegd, beide stellingen lijken me eerder gewaagd, zeker in het licht van de resultaten van de peiling van La Libre Belgique van amper twee weken geleden die een totaal omgekeerd resultaat weergaf. Zulke conclusies trekken op basis van één enkele peiling zijn trouwens hoe dan ook onverantwoord, maar onze journalisten staan er natuurlijk niet bepaald voor bekend met kennis van zaken commentaar te kunnen geven bij de resultaten van een nieuwe opiniepeiling…

Alle Vlaamse peilingen sedert 2004 (0-12%)Onderaan treffen we tot slot de partijen Lijst Dedecker en Groen! aan. Lijst Dedecker scoort op hetzelfde niveau als haar verkiezingsuitslag, terwijl Groen! er deze keer lichtjes op vooruitgaat. «Significant», aldus Ivan de Vadder van de VRT, maar ik zou daar toch ook twee vraagtekens durven bij te plaatsen. Het eerste vraagteken gaat over de significantie van de vooruitgang: het verschil met de laatste verkiezingen bedraagt slechts 1,7%, wat in het beste geval slechts net iets minder dan een foutenmarge is. Dat is op het randje af dus om voor die partij winst te voorspellen. Maar er is meer.

De resultaten van Groen! in alle Vlaamse peilingen sedert 2004Hoe zou TNS Media de ruwe resultaten van de enquête verwerken? Geeft het peilingsbureau zonder meer de resultaten weer, d.w.z. staat een partijaanhang van 8,5% gelijk met een aandeel van 8,5% onder de ondervraagden die antwoordden voor Groen! te willen stemmen? In dat geval kan er immers van winst moeilijk sprake zijn: de oververtegenwoordiging van Groen! in het panel van TNS Media van voor de verkiezingen zette dich dan gewoonweg door, zoals de grafiek hiernaast in dat geval duidelijk zou aantonen. Of worden de resultaten daarentegen gewogen in functie van de demografie van de ondervraagden en in het bijzonder hun stemgedrag bij de laatste verkiezingen? In dat geval spreken we natuurlijk wel van een lichte vooruitgang, of misschien beter gezegd, een vermoeden dat de partij er voorlopig toch niet op achteruitgaat. Het is echter jammer dat zulke cruciale informatie niet beschikbaar is, ondanks het oeverloos gezwam uitgesmeerd over drie bladzijden over minimale veranderingen die uitgezoomd worden dat het een lieve lust is.

Bijlage: Overzicht alle peilingen in Vlaanderen sedert 2004 (PDF).

zaterdag, oktober 10, 2009

Verbod op peilingen klinkklare onzin

Deze week gebeurde iets heel uitzonderlijks: ik was het eens volmondig eens met Bart Tommelein. Onderwerp: het totaal onzinnige wetsvoorstel van PS-politicus Philippe Mahoux om peilingen tot veertig dagen voor de verkiezingen te verbieden, net zoals peilingen met een te grote foutenmarge.

Bart Tommelein slaat in zijn reactie op het wetsvoorstel spijkers met koppen. Dat kiezers hun stemgedrag zouden wijzigen als gevolg van peilingen is een bijzonder gewaagde stelling. Daar kan nog de vraag aan toegevoegd worden of daar eigenlijk iets principieel verkeerd zou zijn, voor zover de stelling al correct zou zijn. Dat laatste natuurlijk wel onder de voorwaarde dat de peilingen correct uitgevoerd worden.

Philippe Mahoux heeft natuurlijk wél een punt wanneer het gaat over de barslechte kwaliteit van de peilingen in België, zowel ten Noorden als ten Zuiden van de taalgrens. In het hoofdstuk «Mag het ietsje meer zijn» in pas verschenen boek Media & Journalistiek in Vlaanderen heb ik het daar zelf uitgebreid over, en over de kwaliteit van de berichtgeving in de pers daarover. Of beter gezegd: het gebrek aan kwaliteit. Ik maak er ook komaf met de stelling dat er in België te veel peilingen uitgevoerd zouden worden. Toevallig publiceerden De Standaard en de VRT vandaag wat De Standaard de «eerste politieke barometer na de verkiezingen» noemde. Deze peiling verschijnt echter bijna vier maanden na de verkiezingen! In Nederland hebben de meeste media ondertussen al twee, indien niet drie peilingen achter de rug, vaak met een beduidend groter aantal geïnterviewden en veel minder gezwam rond de uitslag. Het verbieden van de schaarse peilingen die dan toch nog uitgevoerd worden in België lijkt me echter niet bepaald de juiste oplossing te zijn om dit probleem op te lossen.

zondag, oktober 04, 2009

Quod licet Polański...

Roman PolańskiHet blijft stuitend, telkens de linkse kerk met inbegrip van het weldenkende kunstwereldje haar verontwaardiging uitschruwelt wanneer één van de lievelingen door de arm der wet gesnapt wordt in één of andere onfrisse zaak. Over het lijk-in-de-auto van Ted Kennedy moest vooral «sereen» gesproken worden, en werden ellenlange analyses en beschouwingen afgescheiden om toch maar uit te leggen waarom daar zelfs nog niet licht aan getild mocht worden. De verdiensten van de man, weet je wel… Hetzelfde maken we nu mee in de zaak-Roman Polański. Politici en kunstenaars op rechts daarentegen kunnen voor veel mindere zaken, die zelfs niet eens strafbaar zijn, op heel wat minder clementie rekenen.

Rake observatie van Youp van 't Hek over de heisa rond Roman Polański. De man was bekende immers dat hij schuldig was, en werd daarom ook veroordeeld. Over de details rond de zaak kan men nog wat beuzelen, maar Roman Polański heeft nooit, maar dan ook nooit beweerd dat hij onterecht veroordeeld werd. Dat hij het meisje later afkocht verandert trouwens ook niets aan de zaak, net zo min als dat het meisje zelf van de zaak niets meer wil weten. Heb je met je vingers aan een dertienjarige gezeten, of de dood van een medemens veroorzaakt, dan interesseert het me geen bal of je een gerenommeerd cineast of verdienstelijk politicus bent – in de gevangenis hoor je, en daarmee uit.

Vergelijk de hele heisa trouwens met die rond die «nazi-nanny» van een paar weken geleden. Jazeker, op haar werk viel op zich niet veel aan te merken, maar toen bleek dat zij lid was van het Vlaams Belang, werd niet alleen Kind & Gezin maar ook partijvoorzitter Bruno Valkeniers voor de audio-visuele vierschaar gesleurd. Berufsverbot! En zie je wel dat het Vlaams Belang vol nazi's zit! Wat zeg ik, paleo-nazi's nog wel. Nu gebeurt hetzelfde, alleen… vandaag zijn het de Amerikaanse en de Zwitserse politiediensten die het moeten ontgelden. Wat dachten zij wel, een zomaar een gevierd cineast uitleveren en achter de tralies zetten?

Overigens de enige dissonante noot die getolereerd werd in de media, was die van SNAP (Survivors Network of those Abused by Priests). En o ja, hier en daar een commentator –uiteraard volledig in eigen naam– en een paar mopperende eng-rechtse bloggers. De enige reden waarom het protest en de oproep tot boycot van Polański door SNAP toch nog de pers haalde, is vermoedelijk de link die zo opnieuw gelegd kon worden tussen échte pedofilie en het verfoeilijke katholicisme. Of wat dacht u? Het lijkt er trouwens op dat ik de enige niet ben die vermoedt dat de zaken totaal anders zouden liggen indien Roman Polański een priester was geweest.

En wat zou Daniel Cohn-Bendit eigenlijk van deze zaak vinden? De man reageert uiterst voorzichtig en voelt zich wat ongemakkelijk bij de snelle kritiek op het optreden van de Amerikaanse en Zwitserse politie. Niet moeilijk natuurlijk, want zelf heeft hij een pak boter op het hoofd, zoals iedereen ook voor zichzelf kan gaan nalezen. Een paar maanden geleden nog bleek ook hier nog maar eens hoe hypocriet onze «weldenkende» pers wel kan zijn. Toen François Bayrou voor heel televisiekijkend Frankrijk Daniel Cohn-Bendit zijn visie over seksuele contacten met kinderen voor de voeten wierp, brak er een storm los. Tegen François Bayrou! Net zoals bij Roman Polański was het immers een «oude» historie («une vieille histoire»). En hoewel hij nooit teruggetrokken heeft wat hij in zijn boek zwart op wit schreef, stonden er onmiddellijk een hele reeks knechtjes en dienstmeiden op om twijfel te zaaien over wat hij nou echt geschreven had en wat niet. Klinkt het bekend?

Wee echter de politicus die meer dan tien jaar geleden de hand van Jean-Marie Le Pen schudde en samen met hem op een foto poseerde. Of de republikeinse president die ooit een drankprobleem had, maar dat al lang te boven is gekomen. Geen van de twee zijn misdrijven, maar wegen blijkbaar toch een pak zwaarder dan aan minderjarigen zitten frutselen!