Jean-Claude van Cauwenberghe (PS) vraagt Vlaanderen nog eens tien jaar geduld om economisch orde op zaken te stellen. Ondertussen moet Vlaanderen blijven betalen, liefst zonder morren. Hendrik Bogaert (CD&V) bewijst echter dat Lamme Goedzak nog vrijgeviger wil zijn.
Tien jaar geleden vroeg Wallonië al eens om tien jaar geduld, maar ondertussen is er niets gebeurd. Volgens Van Cauwenberghe is dat te wijten aan de «internationale conjunctuur», maar zou hij eigenlijk beseffen wat hij daarmee zegt? Vlaanderen is immers aan diezelfde internationale conjunctuur onderworpen, en bovendien in een veel sterkere graad dan Wallonië omdat de Vlaamse economie opener is. Als de internationale conjunctuur er dus verantwoordelijk voor is dat Wallonië er niet in slaagt Vlaanderen in te halen, moet dat dus betekenen dat die conjunctuur de laatste tien jaar een positieve invloed heeft gehad, waar Vlaanderen relatief gezien meer van kan profiteren. Gevolg daarvan is dat de grote inspanningen van de Waalse politici relatief gezien teniet gedaan werden.
Van Cauwenberghe vergeet trouwens te vertellen wat er over tien jaar zal gebeuren als ook dan Wallonië Vlaanderen niet heeft kunnen bijbenen. Nog eens tien jaar geduld, om het af te leren? En wat als Wallonië er dan staat, zoals hij beweert? Zal Wallonië dan stilaan de «lening» beginnen afbetalen, al dan niet met rente, of volgt dan na het separatisme van 1830 het separatisme van 2015? Ik heb zo mijn vermoedens.
Maar het kan dus nog beter. Hendrik Bogaert (Straffe Hendrik voor de fans) wil «de jaarlijkse transfers naar Wallonië gedurende vijftien jaar optrekken van zes naar tien miljard euro». Het is misschien goed om dat even in concrete cijfers per hoofd uit te drukken. Zes miljard euro verdeeld over een bevolking van zes miljoen Vlamingen betekent duizend euro per persoon, van de jongste boreling tot oudste eeuweling. Concreet betekent het dat je buurman elke dag 2,8 euro uit je portefeuille komt halen. En uit die van je vrouw. En uit de spaarpot van je twee kinderen. En je twee inwonende ouders moeten ook elke dag hun portefeuille open doen. Wie denkt dat dit slechts een klein bedrag is, moet eens in de familie de oefening doen, maar met fysisch geld, en aan het eind van de maand het bedrag tellen. En dan aan de buren geven, maar let wel, niet de buren waarmee je goed overeenkomt, maar waarmee je in een aanslepende ruzie ligt en die al meer dan eens een «waarnemer» op je hebben afgestuurd.
Nu, bij je buurman zijn ze eigenlijk maar met z'n vieren, en steken ze dus ieder elke dag 4,2 euro extra in hun portefeuille. Dit is bovendien al jaren aan de gang, zodanig dat zelfs je buren moeten bekennen dat ze verslaafd zijn geraakt aan hun dagelijkse toelage. O ja, tien jaar geleden hebben je buren beloofd dat ze er iets aan gingen doen, maar daar is niets van in huis gekomen omwille van de situatie in de wijk. De wijk waar je zelf natuurlijk ook in woont. Hoe dan ook, vandaag vragen je buren dat je nog tien jaar geduld oefent, want dan zullen ze er staan. Echt waar. Je zoon Hendrik komt echter met een lumineus idee voor de dag: waarom niet vanaf nu de buren elke dag 4,6 euro geven? Je buren zullen dan ieder elke dag 7 euro ontvangen, maar na vijftien jaar zal het er voor goed mee gedaan zijn. Je vraagt jezelf af waarom je daar nooit zélf bent opgekomen...
Wat in het hele verhaal ontbreekt is waarom precies jíj je buren zou moeten onderhouden. Aan de overkant van de straat woont een Duitse familie, en daar klaagt de zoon die in de Westelijke helft van het huis woont er al over dat hij zijn zus in de Oostelijke helft moet ondersteunen. Hij betaalt echter relatief minder dan jij aan je buurman, en zij zijn dan nog familie. Overigens, die Duitse familie betaalt via het wijkcomité mee voor de reparatie van één van de kamers van je buurman (Henegouwen), zonder dat het een zier helpt. Verder is het zo dat je buurman je bij elke gelegenheid uitscheldt voor racist en fascist, dat hij zijn auto op jouw oprit plaatst (Brussel-Halle-Vilvoorde, faciliteiten), en vast van plan is dat te blijven doen. Je voortuintje (Brussel) heeft hij trouwens al lang ingepalmd.
Misschien wordt het tijd dat het Vlaams Parlement een oud Nederlands spreekwoord aanneemt als een wapenspreuk: Al te goed is buurmans gek. Had Straffe Hendrik in het Vlaams Parlement gezeten, had hij zelf een wetsvoorstel daaromtrent kunnen indienen, maar misschien kan de CD&V-fractie het wel in zijn naam doen. Ik kan me in ieder geval geen wapenspreuk voorstellen die beter zou passen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten