zondag, september 27, 2009

Dag van de Media

Kris HoflackVandaag is het de Dag van de Media, een gelegenheid om eens na te denken over de staat van de media in Vlaanderen. En die kan alleen maar ronduit bedroevend genoemd. De recentelijke veroordeling van de VRT door de Raad van State, opgevolgd door een interview met Kris Hoflack in Knack waarin hij verklaarde dat die veroordeling vooral betekende dat de openbare omroep in de toekomst het leper zal moeten spelen, illustreert dit perfect.

Zoals bij elke verkiezingscampagne had de VRT in 2007 weer eens het onderste uit de kan gehaald om het Vlaams Belang zoveel mogelijk van de politieke debatten te weren. Truuk van de dag was het concept van de kanseliersverkiezingen, waarbij de VRT zelf oordeelde dat partijvoorzitter Frank Vanhecke van het Vlaams Belang geen kandidaat was voor de post van Eerste Minister, en dús ook niet uitgenodigd diende te worden voor het «kanseliersdebat». Het foefje dat tot dan toe gebruikt werd –alleen maar de «grote» partijen uitnodigen– kon in 2007 niet meer toegepast worden omdat het Vlaams Belang in 2004 uitgegroeid was tot… de allergrootste partij in Vlaanderen.

Iedereen weet dat de VRT het Vlaams Belang zowel op openlijke als achterbakse wijze discrimineert, maar het probleem van de partij is dat zoiets, ondanks de herhaaldelijke en veelvuldige verklaringen van nogal wat topmensen bij de VRT, altijd moeilijk hard te maken is voor een rechtbank. In 2007 was de discriminatie echter zo flagrant dat de partij toch gelijk kreeg voor de Raad van State, met een serieuze tik op de vingers van de VRT tot gevolg. De reactie van Kris Hoflack in Knack sprak echter boekdelen. In plaats van ootmoedig te erkennen dat een openbare omroep, gefinancierd met het belastinggeld van álle kiezers, en dus ook die van het Vlaams Belang, zich niet mag gedragen als een ordinaire propagandamachine tegen het Vlaams Belang, vond hij het vooral jammer dat men het spelletje in 2007 niet slim genoeg gespeeld had. En voegde er nog aan toe dat men in de toekomst aan de Reyerslaan enkel wat voorzichtiger zal zijn – niet om aan objectieve en onpartijdige berichtgeving te doen, maar om zich niet opnieuw zo domweg te laten veroordelen. De arrogantie droop er zo van af. Het is misschien goed er even aan te herinneren dat dit diezelfde man is die begin 2006 Freya van den Bossche eens liet herkansen bij Phara de Aguirre. Je moet er allemaal maar het lef voor hebben… En geen enkele journalist uit een ander medium die daar enige bedenkingen bij wenst te plaatsen.

Dat objectiviteit bij de Vlaamse journalisten niet bepaald bovenaan het lijstje van de na te streven deugden staat was ook al eens duidelijk gemaakt naar aanleiding van de recente controverse rond het nazi-onthaalgezin in Hoboken. Terwijl de media nog steeds in opperste staat van verrukking waren als gevolg van het uitgebreide rondje zelfbevrediging dat plaatsvond na de ontdekking van deze authentieke nazi in Vlaanderen, bleek dat Hanan Taouil de pineut was als collateral damage. Of de paleo-nazi (geen neo-nazi) een dossier bij de Staatsveiligheid heeft is niet geweten, maar dat de echtgenoot van Hanan Taouil, imam Nordine Taouil, met stip als staatsgevaarlijk genoteerd staat, daar bestaat geen twijfel over. Kind & Gezin vond het daarom wijs om ook de erkenning van Hanan Taouil in te trekken, wat al iets minder in de smaak viel van de vaderlandse media. Dat er bijvoorbeeld ook mensen zijn die, ondanks alles, eerder voor de «nazi-nanny» dan voor Hanan Taouil zouden kiezen als dat de keuze zou zijn, is een nuance die men nergens in de media kon lezen. Het was duidelijk dat het ook nooit de bedoeling van de media is geweest een Berufsverbot voor álle staatsgevaarlijke individuen af te kondigen. Merkwaardig genoeg heeft nog geen enkele journalist zich tot nog toe geroepen gevoeld om eens bij mevrouw Taouil aan te bellen voor een gesprek onder vier ogen (en een verborgen lens) in haar huiskamer over, ik zeg maar wat, joden, homoseksuelen, of de plaats van de vrouw in de maatschappij. Van kinderkribben «voor het volk» waar portretten van àndere massamoordenaars aan de muren hangen heeft men blijkbaar al helemaal niet gehoord in de Vlaamse redactielokalen.

Wie eens wil weten hoe de media écht zouden kunnen werken, en hoe een kwaliteitsinterview écht klinkt –niet het inquisitieverhoor waar de vertegenwoordiger van Kind & Gezin aan onderworpen werd om stante pede de erkenning van de «nazi-nanny» in te trekken– raad ik aan te abonneren op de Best of Today-podcast van BBC4. Men hoeft het niet altijd eens te zijn met de interviewer of de BBC –ook daar is de rode draad in de berichtgeving meer dan eens, inderdaad… rood– maar interessant zijn de interviews wel, zelfs al gaat het over één of andere cricket test match tussen Engeland en Pakistan die mij in se eigenlijk geen bal kan interesseren. Stel je voor, rasinterviewer John Humphrys of James Naughtie die Caroline Gennez eens op de rooster zou leggen over de «smoel» van de sp.a – het meisje zou waarschijnlijk al na een minuut huilend terug naar huis moeten gaan. Schertsfiguren als een Bert Anciaux, Freya van den Bossche of Bart Somers, om over een Jean-Jacques de Gucht nog maar te zwijgen, zouden geen kans maken om politiek door te breken of ook maar iets te betekenen. Patrick Dewael zou het onmogelijk tot kamervoorzitter geschopt hebben. Wat Herman van Rompuy tegenwoordig uitspookt in de «16» zou in een normaal land aanleiding geven tot menig hard interview, maar de media kiezen er blijkbaar liever voor het huidige non-beleid met de mantel der liefde te bedekken. Idem dito voor de échte erfenis van acht jaar paars beleid onder leiding van Guy Verhofstadt. Een Bart de Wever of een Gerolf Annemans daarentegen zouden wel perfect passen in de studio's van BBC4.

Eén keer per jaar moet het toch toegelaten zijn even weg te dromen over échte kwaliteitsmedia in Vlaanderen…

zondag, september 20, 2009

Laat niet Brussel, maar de hoop op exclusiviteit erover los!

BrusselDe Crols-doctrine, zoals die verleden maand door Frans Crols verdedigd werd op de IJzerwake, zorgde voor heel wat beroering, niet alleen binnen de Vlaamse Beweging, maar ook daarbuiten. Maar schiet de Crols-doctrine, kort samengevat als «Wij laten Brussel los», niet iets te veel door in de juiste richting?

Op dit ogenblik domineren twee doctrines het debat binnen de Vlaamse Beweging: de Crols- en de Maddens-doctrine. Objectief bekeken kan men echter niet anders dan vaststellen dat beiden een zwaktebod inhouden, en Vlaanderen nog steeds geplaagd zit met een minderwaardigheidscomplex tegenover de Franstaligen. Inderdaad: simplistisch voorgesteld houdt de Crols-doctrine in dat Vlaanderen haar hoofdstad moet opgeven om eindelijk aan te durven de onafhankelijkheid uit te roepen, terwijl de Maddens-doctrine zegt dat Vlaanderen van de communautaire dialoog weg moet blijven tot de Franstaligen om nieuwe centen vragen. Het probleem met die laatste doctrine is echter dat zolang Vlaanderen van de communautaire dialoog wegblijft, de Franstaligen elk jaar enorme bedragen geld toegestopt krijgen via de federale solidarité –«solidariteit» kan men dat immers bezwaarlijk noemen–. Ondertussen gooien de Franstaligen in hun eigen Gewest en Gemeenschap het geld langs deuren en vensters naar buiten in de gewisse zekerheid dat Vlaanderen vroeg of laat via de federale begroting wel zal bijpassen. Van een Vlaanderen dat assertief is, initiatief neemt en niet met zich laat sollen is daarmee absoluut geen sprake, iets wat overvloedig geïllustreerd wordt in het dossier-Brussel-Halle-Vilvoorde.

De Maddens-doctrine schiet echter te kort om de eenvoudige reden dat als de Vlaamse politici de ruggengraat zouden hebben om haar uit te voeren, ze meteen ook totaal overbodig zou zijn. Die politici zouden dan immers ook de ruggengraat hebben om niet met de klak in de hand bij de Franstaligen te gaan bedelen naar wat hen rechtmatig toekomt, zoals de Plantentuin van Meise om maar één voorbeeld te noemen. Anderzijds kunnen er toch wel enkele vraagtekens geplaatst worden bij enkele punten die Frans Crols aanhaalde in zijn toespraak. Dat Vlaanderen Brussel als woongebied al lang kwijt is, is inderdaad een feit, maar de bewering van Mark Grammens dat Vlaanderen aan Brussel niet veel meer verliest dan wat bakstenen en architectuur is naar mijn mening niet correct. Vlaanderen verliest aan Brussel veel meer, namelijk ook veel staal, glas en beton. Een korte wandeling in de buurt van het Noordstation –aan de ene zijde, niet aan de andere– leert dat Vlaanderen hier en daar in Brussel zeer nadrukkelijk aanwezig is en ondanks alles toch nog één en ander te verliezen heeft.

Wat meer is, indien het Vlaams Parlement de Crols-doctrine zou volgen, zou het waarschijnlijk voor een unicum in de geschiedenis zorgen. Welk ander volk zou het Vlaanderen al voorgedaan hebben: eenzijdig de onafhankelijkheid uitroepen in de eigen hoofdstad, die prompt buiten het eigen pas onafhankelijke land gelegd zou worden? Alsof de Timorezen in 2002 hun hoofdstad Dili aan Indonesië cadeau zouden gedaan hebben bij hun EVO! Alsof de Schotten nog maar zouden overwegen Edinburg af te staan aan Engeland. Neen, als er één ding duidelijk is, dan wel dat Vlaanderen zich in zo'n geval voor de hele wereld onsterfelijk belachelijk zou maken. Of zou het Vlaams Parlement vóór de EVO een EVT moeten stemmen, een Eenzijdige Verklaring van Terugtrekking, om in Mechelen te gaan resideren? Dit eenvoudige praktische gevolg toont aan dat er toch iets niet helemaal juist zit met de Crols-doctrine.

De denkfout die Frans Crols m.i. maakt, is dat Vlaanderen wat Brussel betreft slechts twee keuzes ter beschikking zou hebben: Brussel vasthouden, of Brussel volledig loslaten. Er bestaat echter ook een derde keuze, die verdedigd wordt door Bart de Wever, maar die jammer genoeg niet voldoende uit de verf komt. Vlaanderen hoeft Brussel niet los te laten, maar wel de hoop op een exclusiviteit erover. Heeft het er iets mee te maken dat die derde keuze voorlopig nog niet samengevat werd in een korte en krachtige slogan, maar telkens weer verpakt zat in een lange uitleg met veel nuances en moeilijke woorden? Een condominium bijvoorbeeld, waar Bart de Wever het over heeft, wat moet een mens zich daar eigenlijk bij voorstellen?

Wikipedia definieert een «condominium» als een staat van gedeelde soevereiniteit. Andorra is een voorbeeld van een hedendaags condominium, al blijkt dat in de praktijk vooral een symbolisch condominium te zijn. Een ander voorbeeld is Neutraal Moresnet, door artikel 32 van het Verdrag van Versailles in 1919 trouwens integraal bij België gevoegd, maar qua oppervlakte en bevolking amper te vergelijken met het hedendaagse Brusselse Gewest. Misschien levert het Brčko-district in Bosnië-Herzegovina meer inspiratie op, al loopt ook hier de vergelijking mank. Het district wordt weliswaar niet gedeeld door twee soevereine staten, maar maakt wel tegelijk deel uit van de Moslim-Kroatische Federatie en de Servische Republiek. In de praktijk geniet het gebied echter een grote vorm van zelfbestuur, en staat het onder het toezicht van een zogenaamde Internationale Supervisor.

Volgende vraag is hoe zo'n Brussels condominium eruit zou kunnen zien. Naast Vlaanderen, Brussel zelf en Wallonië (of Frankrijk als Wallonië aansluiting zou zoeken), is ook de Europese Unie betrokken partij in Brussel. Wat Vlaanderen betreft zal het dan belangrijk zijn over politici en onderhandelaars te beschikken die zich niet van bij het begin al ondergeschikt maken aan de Franstalige tegenpartij(en). Die politici en onderhandelaars zullen er trouwens zelf voldoende van overtuigd moeten zijn dat Vlaanderen wel degelijk over een heel deel historische, sociaal-economische en geografische rechten beschikt in Brussel, en de wil bezitten om die rechten ook effectief te laten gelden.

Wat in ieder geval een misstap zou zijn, is zoals Gerolf Annemans geloven dat als we Brussel tijdelijk loslaten, het wel vanzelf, ja zelfs «op de knieën», zou terugkeren naar Vlaanderen. Hij haalt daarvoor economisch en geografische redenen aan, maar ik zou daar toch raciaal-religieuze redenen tegenover willen stellen. Mijn vrees is dat een onafhankelijk Brussels Gewest versneld zou evolueren tot een volledige failed city state. En wat we vandaag meemaken in Molenbeek en Kuregem is daar trouwens slechts nog maar een voorafspiegeling van. Indien Brussel onafhankelijk zou worden, is de vraag niet hoe lang het zou duren eer het zelf weer om aansluiting bij Vlaanderen zou vragen, maar wel wanneer en in welke wijken de sharia niet alleen de facto maar ook de jure afgekondigd zal worden. Ik zie dan ook Brussel nog eerder aansluiting zoeken bij Marokko dan bij Vlaanderen. Of dat op middellange termijn ook aanvaardbaar zal zijn voor de Europese Unie, is een andere zaak, maar misschien al bij al nog niet eens zo heel relevant. Relevanter zal onwaarschijnlijk de mening van de VS zijn, die er misschien niet zo happig op zullen zijn dat er midden in West-Europa, nota bene dan nog rond het hoofdkwartier van de NAVO, één of andere islamitische republiek zou ontstaan. Dat vooruitzicht alleen al zou voldoende moeten zijn om in Washington steun te krijgen voor het Vlaamse standpunt dat Brussel ook Vlaams is.

zondag, september 13, 2009

Wie vraagt Taouil naar zijn mening over Kuregem?

Je zou het niet geloven als je het niet met je eigen ogen zou kunnen zien: dit week-end pakte De Standaard, een krant die van zichzelf vindt dat ze kwaliteit aflevert, uit met een reeks artikelen over de moslima's in Antwerpen en de criminaliteit in Kuregem, maar zonder dat er ergens ook maar de minste link gelegd werd tussen de twee verhalen.

Ondanks de herhaaldelijke oproepen en schijnoproepen voor een debat zonder taboes –we hadden het er eerder al eens over– blijven de media in de boosheid volharden: moslima's in Antwerpen die weigeren hun hoofddoek af te leggen hebben niets, maar dan ook niets te maken met moslimo's die elders voor overlast zorgen. Een beeld dat nochtans ferm aan diggelen geslagen werd toen bleek dat het hulpje van één van de superboeven die deze zomer met een helikopter uit de gevangenis van Brugge wisten te ontsnappen… een vrome (bekeerde) moslima bleek te zijn die nog niet zo lang geleden op TV nog zo over haar hoofddoek had zitten snoeven. Je hoeft dus niet eens in het geniep met een videocamera in een huiskamer binnen te dringen om de link van het ene naar het andere te leggen, maar geen enkele journalist of commentator die het daar eens een beetje uitgebreider over wil hebben in één of ander commentaarstuk.

De mening van imam Nordine Taouil, die zich ondertussen al de kalief van Antwerpen lijkt te wanen, over wat de moslima's in Antwerpen wel en niet mogen doen is ondertussen al ruim aan bod gekomen. Geen kwaliteitsjournalist echter die het aandurft diezelfde imam ook eens aan de tand te voelen over die bendes in Brussel. Of over moslimo's in het algemeen. Mogen moslimo's wel naar school gaan waar er ongesluierde meisjes rondlopen? Ik heb daar nog geen oproepen over gehoord uit de mond van de imam. Mogen die moslimo's op café en naar de discotheek, waar Vlaamse meisjes rondlopen met soms heel veel minder aan dan een sluier, en er bovendien ook nog alcohol geschonken wordt? Het moet zijn dat het met de kuisheid van de moslimo's niet zo nauw zit, want KifKif vond het zelfs nodig hiervoor een gespecialiseerde brigade op te richten. Of zit de zaak zo in mekaar, dat die moslimo's –in tegenstelling tot de moslima's dus– de kans moeten krijgen zich een beetje te «oefenen» vóór ze trouwen, en dat dat dan even goed, om niet te zeggen liefst, op één van die blanke hoeren kan die toch niet liever hebben? (Het CGKR moet er de Deense kranten van deze zomer maar eens op naslaan.) Is het trouwens echt puur toeval dat het in nogal wat islamitische landen de vrouw is die veroordeeld wordt wanneer ze verkracht wordt? Zíj gaf haar verkrachter immers de gelegenheid door zonder mannelijke begeleider het huis te verlaten – hij deed niet meer dan wat van hem verwacht kon worden.

Bij dit alles loopt bovendien Vlaams (nou ja) Minister van Onderwijs Pascal Smet met een dikke lip rond. Hij is er namelijk niet zo opgezet mee dat er binnenkort in Antwerpen madrassa's opgericht zullen worden waar de moslima's hun hoofddoek niet hoeven af te zetten vóór ze de schoolpoort binnen stappen. O ja, imam Nordine Taouil bestrijdt dat het om madrassa's zou gaan, maar veel meer dan een semantische discussie is dat natuurlijk niet: kweekscholen voor vrome moslims zullen het zijn. Waarom zouden ze anders opgericht worden? Het lijdt bovendien geen twijfel dat de moslima's op die scholen van prima moslimonderwijs zullen kunnen genieten. Zo zal hen wel overvloedig ingeprent worden welke rol de vrouw volgens heerschappen als imam Nordine Taouil in de maatschappij te vervullen hebben: geen, behalve het eten voor de man klaar te maken, op tijd en stond de benen te openen –in sommige landen bestaan er zelfs uitdrukkelijke richtlijnen over hoe vaak de man daar recht op heeft– en verder nog zoveel mogelijk kinderen te baren. En wat de moslimo's betreft, hen zal wel duidelijk gemaakt worden wat zij dienen te doen met mensen die de seksuele geaardheid van Pascal Smet delen. Ik kan zijn ongemak dus begrijpen –waar is de tijd dat Pascal Smet en Nordine Taouil partijgenoten dreigden te worden?–, en het gaat om meer dan het overduidelijke bewijs dat als er vandaag integratieproblemen bestaan, het meer aan een bepaalde groep immigranten ligt die zich uitdrukkelijk niet willen integreren in een maatschappij die zij met elke vezel van hun lichaam verachten, dan wel aan de «onverdraagzame» en «racistische» Vlaming die weigert zich te laten «verrijken» door de islam. Dat er op die madrassa's ook katholiek godsdienstonderwijs voorzien zal worden als daar vraag naar zou rijzen, is echt wel loeier. Het zal al goed zijn als er hier en daar misschien een leraar Nederlands of wiskunde les zal mogen geven die zich nog niet bekeerd heeft tot de islam.

A propos, het zal interessant zijn om te zien of er eerlang ook journalisten zullen opstaan die zich geroepen voelen om under cover eens na te gaan wat er in die madrassa's zo allemaal verkondigd wordt tijdens de lessen godsdienstonderricht of biologie, en welke portretten er daar aan de muur zullen hangen. We zullen ons daarover maar niet te veel illusies maken…

vrijdag, september 04, 2009

Hoe ALARM en het CGKR «racisme» construeren

ALARM«Bijna drie op tien Brusselse verhuurders discrimineren,» kopten eerder deze week zowel De Standaard als De Morgen. Aanleiding voor de dramatische titel waren de resultaten van een onderzoek dat ALARM uitvoerde met de steun van het CGKR. Maar hoe definieert ALARM eigenlijk discriminatie en racisme, en valt hun onderzoek überhaupt wel ernstig te nemen?

Laten we beginnen bij het begin, en even nagaan wat voor beestje ALARM eigenlijk is. Voluit luidt de naam Action pour le Logement Accessible aux Réfugiés à Molenbeek, en de actiegroep werd in 2001 opgericht in het buurthuis Bonnevie. De actiegroep werd sindsdien uitgebreid naar niet-vluchtelingen, en uit een artikel van Indymedia van eind verleden jaar leren we dat de hele groep op dat ogenblik een twintigtal leden telde. De foto's bij het artikel spreken daarbij boekdelen, want op zowat elke foto duiken hetzelfde handjevol mensen op. De foto's leren ook wat precies verstaan dient te worden onder het begrip «nieuwkomers van Afrikaanse origine»: voornamelijk mensen uit Zwart-Afrika, maar bijvoorbeeld ook een Jemeniet.

Tussen 15 april en 3 augustus van dit jaar voerde deze actiegroep dus een onderzoek uit, dat uiteindelijk 101 tests omvatte. In 28 gevallen was er volgens de groep sprake van discriminatie, omdat de opgebelde verhuurder aan iemand met een duidelijk allochtone achtergrond te kennen gaf dat zijn appartement reeds verhuurd was, terwijl een potentiële huurder met een autochtone achtergrond een half uurtje later te horen kreeg dat het appartement wel nog vrij was. Besluit van ALARM: bijna drie op de tien verhuurders op de Brusselse markt discrimineren.

Bij dit onderzoek kunnen echter toch heel wat vraagtekens geplaatst worden, vraagtekens die trouwens opvallend afwezig waren in de «kwaliteitsmedia». Zo zijn 101 tests niet bepaald een indrukwekkend groot aantal te noemen, en vraag ik me af of er in het onderzochte segment van de Brussels huurmarkt werkelijk niet meer dan één appartement per dag vrijkomt. Een steekproefgrootte van 101 tests levert bij een betrouwbaarheidsinterval overigens een foutenmarge van zo'n 10% op, voor zover die 101 tests dan nog op een betrouwbare wijze uitgevoerd werden. En op dat laatste punt zit het ook al behoorlijk fout, afgaande op de berichtgeving in, alweer, onze «kwaliteitsmedia».

Want staan we toch even stil bij de methodiek die gevolgd werd. Eerst werd de verhuurder opgebeld door een lid van ALARM, die zich voorstelde met zijn naam. Een half uur later werd de verhuurder opnieuw opgebeld, maar deze keer door een testpersoon met een Belgische naam en zonder accent. Betekent dit bijvoorbeeld dat onder de testpersonen geen Antwerpenaren, Limburgers of West-Vlamingen zaten, of wat moeten we ons precies voorstellen bij het begrip «accent» dat ALARM hanteert? Wanneer werd de verhuurder trouwens opgebeld: na een dag of twee wachten, of nog voor de inkt van de advertentie droog was? In het laatste geval zou ik zelf ook wel weten wat ik zou doen als een allochtoon met een onverstaanbaar accent informeert of mijn huurappartement nog beschikbaar is.

Wat is dat trouwens, een allochtoon in Brussel? Hoeveel verhuurders discrimineerden wanneer ze eerst opgebeld werden door een Joop Pannekoek met een accent dat er weinig twijfel over liet bestaan dat hij recht uit de Jordaan komt, of voor de Franstalige verhuurders, Fransmannen met een duidelijk Provençaals –ik schrijf maar wat– accent? Wat met allochtonen met exotische achternamen als Schmidt, Jones, O'Brien, McLeod, Ericsson, Moretti of Gonzalez? Een Kowalski of een Ivanov? Hoxha? Of Goldwasser? Zou het kunnen dat een naam als Sekkaki, Johri of Erdal iets meer scepsis teweeg brengt bij een verhuurder dan Takahashi, Wang of Kim? We weten het niet, alleen maar dat ALARM meent dat 28 van de 101 verhuurders racist zijn…

Welke verhuurder wil daar eigenlijk mee zitten, racist of niet, met een huurder die amper Nederlands en Frans begrijpt, en die je dus aan de telefoon niet eens aan de wijs kan brengen dat het appartement niet op het gelijkvloers is, maar vlak onder het dak? Wie wil daar mee zitten, in deze ramadantijden, met een huurder die niet begrijpt dat een badkuip niet gemaakt is om schapen in te slachten? Wie wil daar mee zitten, een huurder die als kandidaat asielzoeker elk ogenblik uitgewezen kan worden en dus met de Noorderzon kan verdwijnen (uiteraard niet omdat hij gerepatrieerd wordt, maar omdat hij onderduikt tot de volgende eenmalige regularisatiegolf)? Of wie wil daar mee zitten, een geregulariseerde sans-papiers die in het kader van de familiehereniging zijn volledige familie laat overvliegen, inclusief neven en magen, om vervolgens met vijftig man te resideren in een appartementje dat eigenlijk maar berekend is op een gezinnetje van vier–vijf personen? En als je dan leest dat de werkloosheid in Brussel ondertussen al de kaap van 20% gerond heeft, kan je het een verhuurder dan echt kwalijk nemen dat hij toch maar liever voor een Jan Janssens of Jean Legrand kiest dan een allochtoon die hoe dan ook aan geen werk geraakt? Dat laatste uiteraard enkel en alleen maar omdat niet alleen verhuurders, maar ook werkgevers racisten zijn, of wat dacht u?