In een interview met Dag Allemaal zegt biechtvader Johan vande Lanotte dat de Vlamingen zich tegenover de Walen gedragen als «vikings op strooptocht». Hoe zou zo een strooptocht er werkelijk uitgezien hebben indien de vikings Vlaams bloed in hun aderen zouden gehad hebben? Een scenario.
Na veertig jaar gepalaver besluiten de oudsten van het vikingdorp in het Ting dat ze onverwijld op strooptocht zullen gaan. Meer dan vijf minuten moed vergt zo een strooptocht volgens hen toch niet. Iedereen mag mee, maar een kwart van de strijders moet de hele reis in een sloepje achteraan doorbrengen. Dat is een louter hygiënisch maatregel, want deze strijders hebben schurft, en men wil de andere strijders niet besmetten. Er wordt wel op gerekend dat zij op het moment van de overval dapper mee zullen strijden.
De snek wordt volgeladen, en onder het zingen van allerlei dappere krijgsliederen verlaat het vaartuig de thuishaven. Nog voor het schip de fjord verlaten heeft waarschuwt het keukenhulpje Svein Gåtsen dat het naief zou zijn te denken dat er voor deze strooptocht geen prijs betaald zou moeten worden, maar niemand let op hem, of doet toch alsof.
Wanneer de snek de fjord verlaat moet er echter een beslissing genomen worden hoe men het veiligst naar het verre Walenland kan varen. Omdat het land in het Zuiden ligt, besluit men naar het Noorden te varen en het vasteland steeds aan de rechterhand te houden. Op die manier loopt men geen risico's en heeft men bovendien voldoende tijd heeft om de strooptocht voor te bereiden. Men wil immers niets aan het toeval overlaten! Tegen nieuwjaar hoopt men ter bestemming te zijn, maar het zou ook wat later kunnen zijn. De tocht voert langs Nova Zembla, de kusten van China en India, Kaap de Goede Hoop, en aangekomen ter hoogte van Kaap Vert ziet het ernaar uit dat men dra in het land der Walen zal kunnen binnenvallen.
Er ontstaat echter onenigheid wanneer het gezelschap de Straat van Gibraltar bereikt. Erik de Rode en Harald Blauwtand en hun clans willen voor alle zekeheid de kust van de Middellandse Zee afvaren, maar de geitenkweker en de wever, die ook meegevaren zijn, zien dat niet zitten, en vinden dit een vertragingsmaneuver. Zij halen echter bakzeil, onder luid protest van de schurftlijders in het achteropdobberende sloepje, maar aangezien toch niemand naar hen wil luisteren vaart de snek de Middellandse Zee in. Uit protest hangen vijf strijders uit de clan van de geitenkweker en de wever af en toe ostentatief hun roeispanen in de lucht wanneer ze een grotere stad voorbijvaren, nu ja, toch als er veel volk op de kaai staat te kijken.
Ter hoogte van de Bosporus is er opnieuw ruzie. Erik de Rode en Harald Blauwtand vinden dat ook de kust van de Zwarte Zee afgevaren moet worden, en opnieuw protesteren de geitenkweker en de wever. Tevergeefs, en uit protest hangen nu al dertien strijders uit hun clan de roeispanen af en toe in de lucht, nu onder luid hoongelach van de schurftlijders. Bovendien wordt er aangemeerd in een veilige haven aan de Noordkust van Turkije, om er twee weken uit te rusten van het zware werk en te genieten van de overheerlijke vijgen na Pasen.
Ziedaar het onvoltooide relaas van de dappere Vlaamse vikingen. Dra zullen ze de Zee van Azov bereiken en zal er weer overleg gepleegd moeten worden. De biechtvader aan boord meent echter dat het Walenland snel in zicht zal komen: hij ziet in ieder geval al veel klaarder hoever elke strijder wil gaan.
Nawoord: Elke vergelijking loopt natuurlijk mank, en dat is ook hier het geval. Elementen die ontbreken zijn onder meer de faciliteiten en de solidariteit van deze Vlaamse vikings met hun zuiderburen. Bovendien zijn deze Vlaamse vikings eigenlijk niet eens op weg naar het land van de Walen, maar naar hun eigen fjord. Maar ik wou het verhaal dan ook een beetje geloofwaardig houden...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten