Nu het DHL-probleem even naar de achtergrond verdwenen is, komt de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde weer naar de voorgrond. Patrick Dewael opende de discussie op zondag in de Zevende Dag door te verklaren dat een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde vóór 12 oktober, de dag van de State of the Union, «niet essentieel» is.
Beginnen we met een overzicht van waar de verscheidene Vlaamse partijen staan. De positie van Groen! is nog het gemakkelijkst te omschrijven: de partij is nadrukkelijk niet geïnteresseerd. De partij heeft overigens geen vertegenwoordigers in Kamer en Senaat, zodat ze hoe dan ook slechts minimaal op het debat zou kunnen wegen als ze al zou willen. Bovendien is de achterban weinig of niet geïnteresseerd, dus heeft de partij ook daar geen reden om over Brussel-Halle-Vilvoorde stoere verklaringen af te leggen.
Bij SP.A probeert men een zo laag mogelijk profiel aan te houden. Met legt zo weinig mogelijk verklaringen af, en wanneer er dan toch verklaringen afgelegd moeten worden, zijn die vooral sussend. Steve Stevaert verklaarde na het partijbureau dat een aanzet tot een oplossing vóór 12 oktober voor de partij al voldoende zou zijn. Wat men precies onder een «aanzet» moet verstaan is niet helemaal duidelijk, maar het begrip laat duidelijk meer ruimte voor nadere invulling later dan de term «onverwijld» waarmee al vier maanden gewerkt wordt. De partij heeft wel af te rekenen met een hardnekkige stoorzender in het eigen kamp, namelijk Leo Peeters, de burgemeester van Kapelle-op-den-Bos, die reeds verklaarde dat een niet-splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde tot een volksopstand zou leiden.
De kartelpartner SPIRIT is om historische redenen wel geëngageerd, maar het is zeer de vraag of de partij zich meer zal kunnen profileren dan wat comfortabel is voor de SP.A.
De VLD heeft het al wat lastiger, om de eenvoudige reden dat de partij de Eerste Minister in de federale regering levert. Bovendien vreest de partij voor een crisissituatie waarbij het uit de federale regering zou kunnen verdwijnen. Zoals al bleek uit de hierboven aangehaalde verklaringen van Patrick Dewael is de partij er vooral op uit zoveel mogelijk tijd te winnen, in de hoop dat er uiteindelijk op magische wijze toch een compromis gevonden zou kunnen worden. Hoe dan ook valt er voor deze partij in dit dossier waarschijnlijk niet veel eer te halen, en dus probeert ze de schade zoveel mogelijk te beperken.
De CD&V zit federaal in de oppositie, en heeft dus automatisch meer ruimte om zich Vlaams te profileren. Bovendien zit de partij in een kartel met de N-VA, een kartel dat het toch liever zal willen behouden. De vraag is echter of het kartel stand zal kunnen houden wanneer zich een situatie voordoet die voor de CD&V goed genoeg is en de macht verzekert, maar die voor de N-VA niet voldoet. De N-VA is in het Vlaamse parlement niet nodig voor een meerderheid, en zou dus theoretisch in de oppositie kunnen belanden. Dit betekent dat als de N-VA in het kartel wil blijven, wat het waarschijnlijk ook moet doen wil het nog een politieke toekomst met regionaal en federaal verkozenen hebben, ze het niet veel harder kan spelen dan de CD&V die vroeg of laat misschien door de raison d'état geroepen wordt. Anderzijds kunnen beide partijen zich ook niet teveel toegevingen veroorloven door de hete adem van het Vlaams Blok. Uit de laatste peilingen bleek dat het Vlaams Kartel achteruitgaat en de eerste plaats moet afstaan aan het Vlaams Blok. Dit zal er niet op verbeteren door Vlaamse toegevingen. Het Vlaams Kartel wordt trouwens nu al achtervolgd door het «onverwijlde».
Wat zijn nu de mogelijkheden de komende dagen? Fundamenteel zijn er drie opties vóór 12 oktober: een federaal compromis, geen federaal compromis, of een federale regeringscrisis. Het zou kunnen dat er nog voor 12 oktober een federale regeringscrisis uitgelokt wordt, hetzij precies over de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, hetzij over de begroting. Een mogelijk scenario is dat één van de Franstalige partijen uit de regering stapt omwille van de Vlaamse «chantage». Op dat ogenblik is het mogelijk dat er federale verkiezingen uitgeschreven worden, of dat een andere regering op de been gebracht wordt. Federale verkiezingen zouden in Vlaanderen vrijwel zeker een nieuwe overwinning voor het Vlaams Blok opleveren, waarna men het probleem van Brussel-Halle-Vilvoorde nog altijd niet opgelost heeft. Een scenario om te vermijden dus. Een andere mogelijkheid is dus een nieuwe federale regering op de been te brengen (bijvoorbeeld rooms-rood of rooms-paars), na nieuwe onderhandelingen, maar ook dit brengt geen oplossing dichterbij. Om die redenen lijkt een federale regeringscrisis vóór 12 oktober minder waarschijnlijk.
De tweede mogelijkheid, een federaal compromis voor 12 oktober lijkt op dit ogenblik ook eerder onwaarschijnlijk. Kan er wel een compromis gevonden worden, moet nog afgewacht worden in hoeverre CD&V/N-VA zich in het compromis kunnen vinden. Indien in het bijzonder CD&V niet akkoord kan gaan, stelt zich een probleem in de Vlaamse regering. Indien die partij het hard speelt en de paarse partijen ervan beschuldigt het Vlaamse regeringsakkoord niet na te leven, ontstaat er een regelrechte regeringscrisis, waarvoor slechts twee oplossingen bestaan, allebei al even onaantrekkelijk voor de huidige Vlaamse meerderheidspartijen: een nieuwe Vlaamse regering gevormd uit de CD&V, de N-VA en het Vlaams Blok, of een Vlaamse minderheidsregering van CD&V en N-VA, gedoogd door Vlaams Blok en/of paars. Een andere mogelijkheid is een breuk in het Vlaamse kartel, waarna de N-VA naar de oppositie verdwijnt.
De derde mogelijkheid, geen federaal compromis, lijkt me de meest waarschijnlijke. De Vlaamse partijen dienen dan hun voorstel tot splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde in Kamer en Senaat in, waarna de bespreking en de stemming ervan volgt, met daarna de alarmbelprocedure door de Franstalige partijen. Het dossier belandt dan op de tafel van de federale regering, die binnen de maand een oplossing moet vinden. Het voordeel van dit scenario is dat er veel tijd kan gewonnen worden, waarbij geen van de partijen voorlopig moet toegeven: de Vlaamse partijen hebben dan dit luik van hun regeringsakkoord uitgevoerd, terwijl de Franstaligen zich maximaal blijven verzetten. Ondertussen heeft men tijd om nieuwe compromissen uit te testen bij de verscheidene partijen. Bovendien opent het voor de Franstalige partijen een perspectief waarbij een splitsing niet doorgevoerd kán worden indien er toch nog een federale regeringscrisis zou ontstaan, bijvoorbeeld over DHL of de begroting. Een licht voordeel voor de Franstalige partijen dus, terwijl het het maximale scenario is dat de Vlaamse partijen op eigen houtje kunnen doordrukken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten