Deze dagen zijn historisch voor Noorwegen: voor het eerst in twintig jaar krijgt het land weer een meerderheidsregering, zij het deze keer een rood-groene.
De komende dagen neemt opnieuw een meerderheidsregering de macht over in Noorwegen. De laatste Noorse regering die een parlementaire meerderheid achter zich had was het conservatieve kabinet onder leiding van Kåre Willoch dat regeerde van 1983 tot 1985. Die regering zorgde overigens voor een deregularisatie en een afbouw van het staatsmonopolie op allerlei vlakken, zaken die ondertussen politiek gemeengoed zijn geworden. Of de komende regering onder leiding van Jens Stoltenberg even vooruitziend zal zijn is echter zeer de vraag.
Overigens zijn er wel meerdere aspecten die de nieuwe regering historisch maakt. De sociaal-democratische Arbeiderspartij (Ap) heeft al vaak de regeringsmacht in handen gehad, maar nu zal het de eerste keer zijn dat de partij in een coalitie stapt. De Centrumspartij (Sp) dan weer heeft al vaak aan een coalitieregering deelgenomen, maar nu is het de eerste keer dat het deelneemt aan een linkse coalitie. De linkser-dan-linkse Socialistische Partij van Links (SV) ten slotte heeft nog nooit deelgenomen aan de macht, en is trouwens historisch ontstaan uit protest tegen het buitenlands beleid van… de Arbeiderspartij.
Ondanks het feit dat de nieuwe regering aan een gedekte tafel komt —ekonomisch gaat het Noorwegen vandaag voortreffelijk— zal er voor de regeringspartijen gelegenheid genoeg zijn om in conflict te komen. Zo is de Centrumspartij, die vroeger onder de naam Boerenpartij ging, traditioneel de verdediger van de belangen van het platteland, terwijl SV meer begaan is met natuurbescherming. De kwestie kristalleert zich al jaren rond de vraag of Noorwegen een eigen wolvenstam moet hebben, dan wel of elke wolf neergeschoten mag worden in het belang van de schapenboeren. SV vindt het onzin dat men leeuwen en luipaarden in Afrika wil beschermen, maar de eigen inheemse roofdieren zonder pardon wil neerschieten. Er valt iets te zeggen voor dat punt, maar je zal toch maar de schapenboer zijn die elke week de kadavers kan gaan tellen, en daar in het beste geval wat compensaties voor krijgt van een welwillende regering. Ook met de Arbeiderspartij heeft SV een conflict lopen, omdat SV fundamenteel tegenstander is van olieontginning in de Noordelijke IJszee en in de buurt van de Lofoten, terwijl de Arbeiderspartij eerder de kaart van de industrie, en de dus arbeiders die er werken, trekt.
Ook op het financiële vlak zijn er genoeg meningsverschillen tussen de rood-groene regeringspartijen. In het bijzonder staat SV er niet bepaald voor bekend voorstander te zijn van een strikte orthodoxie in de staatsfinanciën, om het zacht uit te drukken, en de partij zal dan ook onder druk van haar achterban staan om de financiële sluizen open te zetten. De benoeming van partijvoorzitster Kristin Halvorsen tot Minister van Financiën werd daarom ook niet echt op enthousiasme onthaald op de financiële beurs van Oslo.
Ten slotte is er ook nog de buitenlandse politiek. SV en de Centrumspartij staan wat betreft Irak aan dezelfde kant, namelijk een volledige terugtrekking, terwijl de Arbeiderspartij altijd de Atlantische lijn gekozen heeft, en dat waarschijnlijk zal willen blijven doen. Verder zijn zowel SV als de Centrumspartij tegenstanders van een toetreding tot de Europese Unie, terwijl de Arbeiderspartij juist een uitgesproken voorstander is. De Centrumspartij wil overigens zo ver gaan Noorwegen terug te trekken uit de EER, terwijl SV dan weer wil dat Noorwegen de Schengen-akkoorden zou opzeggen. Dat laatste is overigens hoogst onrealistisch, al was het maar omdat het als gevolg zou hebben dat Noorwegen plots de grens met Zweden zou moeten gaan controleren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten