Johan vande Lanotte vindt het onaanvaardbaar dat koning Albert II een pauze in de onderhandelingen inlast en de rooms-blauwe partijvoorzitters eens zelf aan de tand wil voelen. Hij zegt dat niet alleen als politicus, maar ook als professor grondwettelijk recht. Laat het echter duidelijk zijn: hij zegt dat vooral als voorzitter van een noch roomse noch blauwe partij die graag ook eens op Belvédère op de koffie was geweest.
Wat zegt Johan vande Lanotte daar allemaal? «De koning wordt nu degene die voor een stuk de onderhandelingen moet gaan voeren. Ik denk niet dat het staatshoofd dat kan en mag doen. Het is net belangrijk in een land als België dat het koningschap voor iedereen een neutraal gegeven is.» Ik loof de Nobelprijs voor de naïviteit uit aan degene die wil geloven dat als Johan vande Lanotte ook een telefoontje had gekregen uit Laken, hij precies hetzelfde zou gezegd hebben, niet alleen aan de pers maar vooral ook aan de koninklijke bode die hem de uitnodiging moest overbrengen. En dan nog als professor grondwettelijk recht. Wat meer is: als hij tussen de tijd dat ik dit schrijf en jij, lezer, dit leest alsnog een koninklijk telefoontje zou krijgen, durf ik te wedden dat hij over zijn eigen voeten zou struikelen om zo snel mogelijk in de wagen te raken richting Brussel.
Want dat is natuurlijk de reden waarom Johan vande Lanotte vandaag zo slechtgehumeurd is, vooral dan als professor grondwettelijk recht, namelijk dat hij zich in het verre Oostende vergeten voelt. Zelfs Bart de Wever kreeg een telefoontje om even te horen hoe het ermee zat, en of hij misschien ook op bezoek zou willen komen als ook Olivier Maingain dan zou mogen –Bart de Wever was gelukkig zo slim voor die eer te bedanken–, maar Johan vande Lanotte werd zelfs dat (nog) niet gegund. Hij voelt zich in dezelfde zak gezet als Vera Dua van Groen!, Frank Vanhecke van het Vlaams Belang en, horresco referens, stadsgenoot Jean-Marie Dedecker van Lijst Dedecker. Je zou al voor minder met een professoraal slecht humeur rondlopen.
En dan te bedenken dat hij in paarse en voor hem dus veel betere tijden nog zo zijn best heeft gedaan als biechtvader, samen met Didier Reynders, om Brussel-Halle-Vilvoorde te splitsen, of samen te houden, of wat het ook was, enfin, vooral om de federale regering bijeen te houden en de koning te dienen. Stank voor dank, zegt men dan: de ene biechtvader mocht in juni een lààààng nummertje opvoeren als informateur en mag straks misschien weer minister spelen, de andere rest niets anders dan in Oostende als burgemeester wat te zitten mokken en zich verder te concentreren op zijn carrière als professor. De koning heeft duidelijk een kapitale fout gemaakt door zo een trouwe en gewillige lakei als Johan vande Lanotte over het hoofd te zien.
En weet je wat ik denk? Dat het Paleis achter de schermen wel degelijk ook contact met Elio di Rupo van de PS heeft, of gehad heeft, en dat Johan vande Lanotte dat weet. Het Paleis zou gek zijn als het dat niet zou doen, maar Johan vande Lanotte werd daarmee wel met zijn neus heel hard op de feiten gedrukt: dat hij in het federale België, als puntje bij paaltje komt zoals vandaag, een quantité négligeable is, en dat doet pijn. Hier is een wonde geslagen, en om die wonde te helen zal er een gebaar moeten komen. Een uitnodiging om even op de koffie te komen, en desnoods maar over basketbal te praten bijvoorbeeld. Zolang hij maar in zijn auto mag kruipen om uitgebreid gefotografeerd te kunnen worden op de oprit van Belvédère, eerst om binnen te rijden –nieuwsflash op de radio!–, en een uurtje later weer buiten te rijden. En dan vooral heel gewichtig niets te zeggen, want: de Kroon mag niet ontbloot worden. Paris vaut bien une messe, Johan vande Lanotte dan toch ook une petite kermesse zeker?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten