De eerst kolom in onderstaande tabel geeft de resultaten weer die in de pers verschenen. Eerste vaststelling is dat de som van de percentages slechts 83,5% bedraagt. Betekent dit dat 16,5% van de jongeren geen antwoord heeft gegeven? Of stemmen zij op andere partijen, zoals bijvoorbeeld PvdA en Union Francophone? We hebben er het raden naar.
Partij | Jongeren | Herschaald | 2004 | Afw. 2004 | 2006 | Afw. 2006 |
---|---|---|---|---|---|---|
CD&V-N-VA | 18% | 21,6% | 26,1% | -17% | 30,1% | -28% |
Vlaams Belang | 22,5% | 26,9% | 24,1% | +12% | 21,5% | +25% |
sp.a-SPIRIT | 18% | 21,6% | 19,7% | +9% | 19,2% | +12% |
VLD-Vivant | 13% | 15,6% | 19,8% | -21% | 18,9% | -18% |
Groen! | 12% | 14,4% | 7,6% | +89% | 7,6% | +89% |
In de tabel worden daarom de resultaten herschaald naar een som van 100% zodat ze vergeleken kunnen worden met de uitslagen van de verkiezingen in 2004 en 2006. Dat betekent dat andere partijen verwaarloosd worden, maar erg veel maakt dat niet uit voor de rest van het verhaal omdat vooral de grootteordes van de afwijkingen van belang zijn.
Opvallend in het artikel is dat de score van het Vlaams Belang uit de resultaten gepikt wordt en de overgang vormt tussen een vaststelling over de onverdraagzaamheid van de jongeren en hun partijpolitieke voorkeuren. Een vergelijking met de verkiezingsresultaten leert echter dat het Vlaams Belang niet bepaald oververtegenwoordigd is bij de Vlaamse jongeren, zeker niet vergeleken met de afwijkingen die voor andere partijen genoteerd worden. Meer zelfs, er is één partij die sterk oververtegenwoordigd is bij de jongeren, namelijk Groen! met zo'n 90%, en die partij is net de tegenpool van het Vlaams Belang, in het bijzonder wat betreft het migrantendebat. Die opvallende oververtegenwoordiging wordt zelfs niet vermeld. Combineer dat bovendien met het resultaat van sp.a-SPIRIT, lichtjes oververtegenwoordigd bij de jongeren, en het is duidelijk dat zogenaamde onverdraagzaamheid van de hedendaagse Vlaamse jongeren helemaal niet tot uiting komt in hun partijpolitieke voorkeur, integendeel zelfs.
Ook de slotbemerking dat het Vlaams Blok tien jaar geleden slechts 10% van de jongeren stemden haalde is opmerkelijk als suggestie dat de jongeren van verdraag minder verdraagzaam zouden zijn dan die van tien jaar geleden. Bij de verkiezingen van 1995 behaalde het Vlaams Blok 12,2%, en vier jaar eerder behaalde het 10,3%. Of met andere woorden, ook toen was het aandeel Vlaams Blok-stemmers onder de jongeren niet groter dan onder de Vlaamse bevolking in het algemeen. Ter vergelijking, in 1991 behaalde Agalev 7,8% van de stemmen, en in 1995 7,0%, terwijl die partij toen zelfs de grootste was bij de jongeren.
De conclusie moet daarom eerder zijn dat Vlaams Blok/Vlaams Belang onder de jongeren niet meer stemmen haalt dan in de rest van de bevolking, maar dat Agalev/Groen! voortdurend sterk oververtegenwoordigd is. De reporter van dienst kiest er echter voor gewoon over dat feit te stappen, terwijl een foutieve voorstelling van de grootte van de aanhang van het Vlaams Blok/Vlaams Belang sterk in de verf gezet wordt. Het zegt waarschijnlijk meer over de politieke voorkeur van de reporter dan over die van de Vlaamse jongeren van vandaag, of tien jaar geleden. Bovendien kan men de vraag stellen of die oververtegenwoordiging van Agalev/Groen! er niet eerder op duidt dat de Vlaamse jongeren precies verdraagzamer zijn dan de rest van de bevolking, en wat de reden daarvoor zou kunnen zijn. Jeugdige naïviteit is een mogelijk antwoord op die laatste vraag, maar zou ik zelfs niet durven suggereren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten