donderdag, maart 31, 2011

Peiling La Libre Belgique: Zwaar verlies voor PS

Zondagavond raakten de eerste resultaten bekend van een nieuwe peiling van La Libre Belgique. Het meest opvallende en meteen ook meest besproken resultaat was dat voor de PS: een achteruitgang van bijna vijf procent vergeleken met de laatste verkiezingsuitslag. Ook cdH deelt in de klappen, en scoorde het laagste resultaat sedert 2006. Aan Vlaamse zijde bevestigde de N-VA opnieuw haar score van 13 juni 2010, met nog een lichte vooruitgang erbovenop. Dé winnaar van de peiling is echter het Front National, maar daar hadden de «serieuze» media het blijkbaar liever niet over.

In deze peiling valt er aan Vlaamse zijde eigenlijk niet zo heel veel beweging te noteren. Vergeleken met de laatste federale verkiezingen gaat alleen de N-VA er significant op vooruit, terwijl de andere partijen binnen de foutenmarge lichtjes op of neer gaan. Vergeleken met de vorige peiling van La Libre Belgique is er zelfs nergens sprake van enige significante beweging. Als Eric van Rompuy stelt dat de nationale politiek zich een coma bevindt, dan lijkt dit op basis van deze peiling een stelling die ook van de Wetstraat naar de Vlaamse kiezers overgeplant kan worden.

Bij die stelling hoort echter wel een kleine nuance. Een vergelijking met de peiling van De Standaard en de VRT van amper een week eerder toont immers aan dat niet alles even stabiel is. Zo scoort het Vlaams Belang bijna drie procent hoger bij La Libre Belgique dan bij De Standaard en de VRT, terwijl CD&V en Open Vld iets meer dan twee procent lager scoren. Voor het Vlaams Belang is dit trouwens de eerste peiling die een resultaat boven dat van 13 juni 2010 geeft. Omdat het over amper een halve procent gaat is de winst statistisch gezien helemaal niet significant, maar psychologisch gezien natuurlijk wel.

Een simulatie voor de zetelverdeling in het Vlaams Parlement leert dat de zogenaamde V-partijen nog steeds over geen meerderheid beschikken. Die V-partijen zijn samen wel groter dan een klassieke tripartite met CD&V, sp.a en Open Vld. Een federale regering-Leterme III die aan Vlaamse zijde alleen maar uit die drie partijen zou bestaan beschikt dus al van voor de start over weinig of geen legitimiteit in Vlaanderen.

In verband met de existentiële problemen van LDD, die alleen in West-Vlaanderen nog uitzicht op een zetel heeft, is het interessant eens na te gaan wat het effect zou zijn als die partij zou aansluiten bij N-VA of Vlaams Belang. In de veronderstelling dat de kiezers van LDD de partij blindelings zouden volgen in een kartel met de N-VA, of zelfs een opslorping, kan LDD in deze simulatie bovenop die ene West-Vlaamse zetel nog een extra zetel in Antwerpen (Jurgen Verstrepen?) aanleveren. Het effect van zo'n aansluiting is dus al bij al beperkt. Een aansluiting bij het Vlaams Belang zou een groter effect hebben, en maar liefst drie extra zetels opleveren. Dit kan toeval zijn omwille van de grillen van zetelverdelingen, maar anderzijds moet toch ook gezegd worden dat voor een relatief kleine partij – en dat is het Vlaams Belang op dit moment – enkele procentpunten extra meteen een grote winst in zetels kunnen opleveren. Overigens zouden die drie extra zetels voor een politiek zeer onwaarschijnlijk kartel Vlaams Belang–LDD resulteren in een nipte V-meerderheid.

Niet alleen in Wallonië maar ook in Vlaanderen ontstond er naar aanleiding van deze peiling nogal wat opschudding omwille van het zware verlies van de PS. Eigenlijk is dit de eerste peiling sedert de verkiezingen van 13 juni 2010 die de PS op verlies zetten. Het verlies wordt bovendien nog dramatischer wanneer vergeleken wordt met de peilingen van ongeveer een half jaar geleden, toen de partij vlot boven de veertig procent uitkwam. Van die virtuele aanhang van een half jaar geleden is dus ongeveer een vijfde alweer naar andere partijen verdwenen. De vraag is dan natuurlijk: waar zijn die kiezers naartoe, en waarom?

Wat we met redelijk veel zekerheid kunnen stellen, is dat die PS-kiezers niet naar de cdH vertrokken zijn, want ook die partij deelt in de klappen. De strategie van Joëlle Milquet om het cdH-wagentje consequent aan dat van de PS te hangen lijkt voorlopig niet de juiste te zijn om bij de volgende verkiezingen een monsterscore te behalen. Het resultaat van de cdH in deze peiling is trouwens historisch slecht. En ter vergelijking: toen het Vlaams Belang enkele maanden geleden de psychologische drempel van de tien procent naderde, werd de partij al virtueel dood en opgedoekt verklaard.

Twee partijen die het relatief goed doen, zijn Ecolo en MR, omdat zij stilaan uit een «peilingdal» kruipen. Vergelijken we hun resultaten in deze peiling met die van de laatste verkiezingen, dan is er immers van winst helemaal nog geen sprake. Blijkbaar is Wallonië Baden-Württemberg niet, waar Die Grünen vermoedelijk dankzij Fukushima bij de laatste deelstaatverkiezingen vleugels kregen.

Daarmee blijft natuurlijk de vraag: als de PS op zwaar verlies staat, cdH op licht verlies, en Ecolo en MR geen noemenswaardige winst maken, waar zijn die PS-kiezers dan naartoe?

Inderdaad, waar er enorm veel te doen was over het verlies van de PS, is het toch merkwaardig dat een andere verschuiving, die zelfs die van de PS overtreft, veel minder weerklank kreeg in de media. Vergeleken met de verkiezingen van 13 juni 2010 gaat het Front National er immers een goede vijf procent op vooruit, en komt daarmee voor het eerst sinds lang weer boven de kiesdrempel uit. Daar hoort natuurlijk de kleine nuance bij dat het Front National bij de laatste verkiezingen niet in alle kieskringen lijsten indiende, en het percentage voor 13 juni 2010 dus een vertekend beeld geeft. Anderzijds moet toch ook opgemerkt worden dat de partij bij de vorige peiling van La Libre Belgique reeds net onder de kiesdrempel uitkwam, en er dus niet noodzakelijk sprake is van een opflakkering in één enkele peiling. En bij dat laatste hoort dan weer de nuancering dat de peiling van Vers l'Avenir géén winst voor het Front National aangaf.

Betekent dit dat het Front Nationaal aan een heropleving toe is? Daarvoor zijn waarschijnlijk eerst nog enkele peilingen nodig die de trend kunnen bevestigen, en ook op organisatorisch vlak is er voor de partij nog veel werk aan de winkel. Spreken van een Marine Le Pen-effect is waarschijnlijk iets te gemakkelijk, al valt het natuurlijk niet helemaal uit te sluiten. Maar het is toch wel merkwaardig hoeveel aandacht er aan het verlies van de PS geschonken werd, terwijl de winst van het Front National amper een zin waard was. Daar komt nog bij dat men zich dagenlang het hoofd brak over de oorzaak van het verlies van de PS – niet bepaald een gemakkelijke opgave als men tegelijkertijd de extreem-rechtse olifant in de kamer wil negeren.

Het is dus lang niet zeker dat het verlies van de PS te wijten is aan haar positie in de federale regeringsonderhandelingen, of dat het iets met Fukushima te maken zou hebben. En zolang men peilingen organiseert die alleen maar vragen naar de partijvoorkeur, maar bij een gewijzigd stemgedrag niet doorvragen naar de reden ervan, blijft het gissen wat er werkelijk omgaat in het hoofd van de kiezers. Zo zou het theoretisch bijvoorbeeld ook kunnen dat de PS wel degelijk kiezers verliest omwille van haar communautair standpunt, maar dat de helft van het verlies naar het radicalere MR gaat, en de andere helft naar het minder radicale Ecolo. Geen kwaliteitsjournalist echter die op dat idee zelf kon komen, laat staan bereid was het ook aan zijn lezers mee te geven.

Bijlage: Overzicht van alle peilingen in Vlaanderen sedert 2004 en Wallonië sedert 2006 (PDF).

Geen opmerkingen: