De partijraad van de Volksunie, pardon, de N-VA, besliste zaterdagnamiddag het kartel met de CD&V te willen doorzetten «omdat we er absoluut bij moeten zijn voor de volgende ronde van de staatshervorming, en omdat we niet voldoende kunnen wegen zonder de CD&V». Jean-Marie Dedecker werd daarom gevraagd om in 2007 niet op een kieslijst te gaan staan, maar bedankt daarvoor en verlaat de partij.
Jo Vandeurzen, voorzitter van de CD&V, zegt in een reactie veel respect te hebben voor de «transparante en democratische» manier waarop de N-VA de beslissing heeft genomen, dat wil zeggen, het Diktat van het ACW heeft gehoorzaamd. Want laten we niet flauw doen: de hele vertoning heeft met democratie minder dan niets te maken, maar transparant was ze wel degelijk. Bart de Wever is immers niet de eerste partijvoorzitter die de truuk met de partijraad uit de doos haalt.
Wie zit er immers in de partijraad van de N-VA? Een goed pak mandatarissen, die de bui voor mei of juni 2007 al zagen hangen: geen federale zetels, geen federaal ministerpostje, en dus ook geen federaal kabinet dat bevolkt moet worden, om nog maar te zwijgen over het Vlaamse kabinet van Geert Bourgeois dat de laatste dagen toch wel aan een heel dun draadje was beginnen hangen. En aangezien het N-VA-hemd nog altijd nader is dan de Vlaams-republikeinse rok, koos de partijraad liever voor het kartel. O ja, Jean-Marie Dedecker mocht nog wel lid blijven van de partij, maar moest wel braaf aan de zijlijn blijven. Het siert de man dat hij dan liever de eer aan zichzelf houdt en eruit trekt.
Maar wat meer leert dit Dedecker-avontuur ons over de N-VA? Allereerst, dat als Geert Bourgeois liever Vlaams minister blijft, Bart de Wever altijd wel federaal staatssecretaris zal willen spelen. En in die hoedanigheid desnoods zelfs een reisje naar Utrecht zal willen maken om er «Leve België!» te gaan roepen. Anderen hebben het hem voorgedaan, en zij zijn er wel bij gevaren, zelfs Minister van Staat mee geworden. Het is in ieder geval symptomatisch dat de N-VA een republikein als Jean-Marie Dedecker als een baksteen laat vallen als de postjes in het gedrang komen. Met enig uitstel en een beetje theater natuurlijk, kwestie van geen herinneringen op te roepen aan het stukje theater dat de partij twee jaar geleden ook al moest opvoeren onder de werktitel «onverwijld». Men zal hoe dan ook in Laken wel opgemerkt hebben dat de N-VA vandaag even staatsgevaarlijk is als de Volksunie toen. Niet dus.
Want hoe gaan die communautaire onderhandelingen volgend jaar verlopen, als de Franstaligen vandaag al weten dat wat er ook bedisseld zal worden, de N-VA uiteindelijk wel in de pas zal lopen. Brussel-Halle-Vilvoorde niet gesplitst, of tegen een hoge prijs? Geen probleem: roep de partijraad van de N-VA samen, en na een namiddagje stevig debatteren zullen ze wel weten te kiezen. Beter een postje pakken in de federale regering «omdat we er absoluut bij moeten zijn in de federale regering, en omdat we vanuit de oppositie niet voldoende kunnen wegen op het federale beleid», dan vasthouden aan principes, partijprogramma's of kiesbeloften. Want let wel: de partijraad heeft nergens gezegd dat er iets verkeerd zou zijn met Jean-Marie Dedecker, enkel dat het partijbelang voor gaat. En zo zal de N-VA er over een paar maanden ook absoluut «bij moeten zijn», in het belang van Vlaanderen uiteraard. En desnoods met de dood in het hart.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten