Dit is wat er kan gebeuren als je de Nobelprijs voor de Vrede toekent aan een nog actieve zakenman: hij gebruikt de PR rond de prijsuitreiking om een zakelijke transactie door te drukken.
In 1997 startte het Noorse Telenor een samenwerking met Muhammad Yunus om GrameenPhone op te richten. GrameenPhone geeft onder meer mikrokredieten aan vrouwen op het platteland om een GSM aan te kopen waarmee zij kleine telefooncentrales kunnen oprichten. Op die manier kunnen zij wat gelden verdienen, terwijl de gemeenschappen eindelijk de mogelijkheid krijgen contact te hebben met de rest van de wereld. Twee vliegen in één klap dus.
Oorspronkelijk was het de bedoeling in de loop van de eerste tien jaar 250.000 klanten te halen, maar vandaag heeft GrameenPhone 10 miljoen klanten, bijna twee derden van het marktaandeel in Bangladesh. Een vijfde van die klanten werden overigens pas in het laatste kwartaal binnengehaald. De waarde van GrameenPhone wordt geschat op 1,2 miljard euro, terwijl Telenor ongeveer 62% van de aandelen bezit.
De overeenkomst uit 1997 bevat een passage waarin Telenor de intentie uitdrukt op termijn zijn aandelenpost te zullen verkopen. Telenor is echter van mening dat er geen verplichting achter die intentie zat. Muhammad Yunus is echter een andere mening toegedaan, vindt dat Telenor «inhalig» is, en wil dat Telenor de controle over GrameenPhone overdraagt. Jon Fredrik Baksaas, CEO van Telenor, merkt dan weer op dat Muhammad Yunus pas nu de controle over GrameenPhone opeist nu het risico voldoende gereduceerd werd.
Over de grond van de zaak kan ik me niet uitspreken, maar feit is wel dat Telenor geen instelling van barmhartigheid is en tegenover de aandeelhouders verantwoording zou moeten afleggen indien het zomaar miljarden zou beginnen uitdelen aan andere bedrijven. Anderzijds toont de zaak ook aan dat Muhammad Yunus een gewiekst zakenman is die graag winst incasseert wanneer hij de mogelijkheid ziet. Op zich is dat natuurlijk geen probleem en strekt het hem zelfs tot eer, maar dat hij de PR rond de uitdeling van de Nobelprijs voor de Vrede aangrijpt om een zakenpartner te chanteren is toch wel zeer bedenkelijk. In wat gerust een dreigbrief aan Telenor kan genoemd worden spiegelt hij het bedrijf zelfs een persmededeling voor die niet van de poes was.
Wie er in ieder geval niet voor terugschrikt om een mening te verkondigen zonder zich grondig te informeren is de voormalige Noorse Eerste Minister Thorbjørn Jagland van de sociaal-democratische Arbeiderspartij (Ap). Volgens hem had Telenor de «morele verplichting» haar belangen in GrameenPhone te verkopen. Zonder Telenor zou er van GrameenPhone misschien geen sprake geweest zijn, en dat erkent Thorbjørn Jagland ook, maar het lijkt erop dat als een Westers bedrijf al eens als een weldoener optreedt en daar bovendien nog winst mee kan maken ook, het bedrijf moreel verplicht is aan die winst te verzaken. Met andere woorden, de investering in GrameenPhone was geen investering, maar mocht alleen maar een schenking zijn. Winst maken op de kap van de Derde Wereld is fout, maar winst maken door investeringen in de Derde Wereld is evenzeer fout. Dat wil zeggen, als je een Westers bedrijf bent, want het is juist voor zulke investeringen dat Muhammad Yunus en Grameen Bank de Nobelprijs voor de Vrede kregen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten