Zowel Elio di Rupo als Philippe Moureaux schetsten de afgelopen dagen een scenario waarin een romp-België zich zou kunnen afscheiden van Vlaanderen. Dat romp-België zou in de eerste plaats moeten bestaan uit Wallonië en Brussel, maar via referenda zou de PS de bevolking in de zes faciliteitengemeenten de mogelijkheid willen geven om aan te sluiten. Hoewel het nergens in de Vlaamse media te lezen viel, is het plan totaal gespeend van elke vorm van realisme. En dat het doorgepraat zou zijn met Parijs kan in ieder geval uitgesloten worden.
Het scenario waarmee Elio di Rupo uitpakte en dat Philippe Moureaux nader probeerde te verklaren werd in de Vlaamse media op verbazing onthaald. De hevigheid waarmee de PS dit plan naar voren bracht kan misschien verwonderen, maar voor wie de Franstalige media in België al langer dan de laatste weken volgt, kan de inhoud zeker niet verrassen. De wens tot aanhechting van de zes faciliteitengemeenten is immers volledig consistent met het verzet tegen de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde – anders zou het verzet tegen de splitsing van die kieskring behoorlijk absurd geweest zijn – en de in het verleden reeds uitdrukkelijk geformuleerde wens voor een corridor tussen Wallonië en Brussel. Voor de laatste der Belgicanen en de paar fellow travellers die zij nog hebben, moet het een onprettig ontwaken geweest zijn, al kan dit media-offensief van de PS voor hen ook nuttig zijn om te waarschuwen tegen het verderfelijk nationalisme van… de N-VA.
Het is echter duidelijk dat het plan van Elio di Rupo en Philippe Moureaux nog met haken en ogen aan mekaar hangt. Als het klopt dat de PS het einde van België reeds jarenlang voorbereidt, kan het resultaat niet anders dan bedroevend genoemd worden. In zijn ijver om als een ware generaal romp-België op de kaart af te bakenen, vergat Philippe Moureaux bijvoorbeeld ook Moeskroen mee te nemen. Het is dan ook niet helemaal zeker dat hij het ook echt zo bedoelde toen hij Voeren dan weer wel bij romp-België indeelde. Maar hoe dan ook, je zou toch een iets grotere zin voor detail mogen verwachten wanneer de PS-top de kaart van België wil hertekenen, in plaats van het dan maar met de Franse slag te doen. En dat zou men a fortiori mogen verwachten na hun wekenlange gejammer en geklaag over die «Toshiba boys» van Jean-Luc Dehaene die hen zo gerold zouden hebben bij de opstelling van de financieringswet in de jaren negentig.
Over de Franse slag gesproken, van een aanhechting bij Frankrijk schijnt voorlopig nog geen sprake te zijn. Het is voorlopig zowat het enige punt van realisme dat in het plan B van de PS terug te vinden is, ook al kan ik me niet van de indruk ontdoen dat een aanhechting bij Frankrijk uiteindelijk wel het ultieme doel is van de PS. Want wil Elio di Rupo enerzijds wel het merk België opeisen voor zijn rompstaat, over de federale schuld die daaraan vast zou zitten had hij het niet. Nochtans zou hij zichzelf in een wel heel zwakke onderhandelingspositie plaatsen om het leeuwendeel van die schuld in Vlaamse schoenen te steken, als hij werkelijk de naam België zou opeisen. Een ander detail waarover hij het niet had, was de staatsvorm van romp-België. Als hij het meent met het behoud van België, behoudt hij natuurlijk ook de monarchie waaraan hij zo gehecht schijnt te zijn. Maar het zou ook kunnen dat zulke zaken slechts details zijn die er eigenlijk niet toe doen. Wat maakt bijvoorbeeld de concrete verdeling van de federale schuld uit als de rekening uiteindelijk toch naar Frankrijk doorgeschoven zal worden?
Trouwens, op vijf minuten tijd kan men natuurlijk moeilijk alle details van die nieuwe – of oude – staat uit de doeken doen, maar hopelijk maakt men zich in de PS-bastions toch maar niet te veel illusies over een aansluiting bij Frankrijk. Natuurlijk voelt men zich in Parijs bijzonder geflatteerd door het aanbod, en gebiedsuitbreiding is iets wat geen enkele staat zomaar zal versmaden. Anderzijds zit men daar ook niet te wachten op enkele nieuwe armlastige departementen in het Noorden. Maar belangrijker: kan een regionale grootmacht die in het diepst van haar gedachten nog steeds een wereldmacht is, het zich veroorloven een precedent te schapen dat internationaal alleen maar voor problemen kan zorgen? Het is misschien een punt waar men bij de PS nog niet stil bij gestaan heeft, maar wel één met grote gevolgen.
Omwille van haar eigen minderheden heeft Frankrijk immers altijd huiverachtig gestaan tegen elke vorm van separatisme waar dan ook ter wereld. Zelfs in Québec of Wallonië wil Frankrijk gewoonlijk liefst niet betrapt worden op al te openlijke sympathieën voor de lokale Franstalige zaak. Als gevolg daarvan heeft Frankrijk ook altijd weigerachtig gereageerd op het hertekenen van staatsgrenzen, zoals onder meer bleek bij de onafhankelijkheid van de Baltische staten of het uiteenvallen van Joegoslavië. Nog sceptischer staat men tegenover Kosovaarse scenario's, waar een gebied zich afscheurt van de ene staat in de hoop zich ooit te kunnen aansluiten bij een andere. Het aantal demonen dat zulke scenario's telkens weer oproepen alleen in Europa al, valt amper te overzien, en het verklaart waarom de Kosovaarse onafhankelijkheid international zoveel voeten in de aarde had, en nog steeds omstreden is. Moldavië, met een vlag quasi identiek aan de Roemeense, is een ander geval dat illustreert hoeveel moeilijker het is voor een gebied om aan te sluiten bij een buurland dan af te scheiden van het oorspronkelijke moederland. Over de hete aardappel Transnistrië willen we het dan nog niet eens hebben.
Het plan B van Elio di Rupo en Philippe Moureaux verliest echter alle contact met de werkelijkheid waar het gaat over de zes faciliteitengemeenten in de Vlaamse Rand rond Brussel. Als er immers één ding is waar men internationaal als de dood voor is, dan wel referenda van gemeente tot gemeente om de lokale bevolking te vragen aan welke zijde van de grens zij zouden willen wonen. Als Frankrijk zoiets niet alleen zou toelaten, maar zelfs zou ondersteunen in de Zes, hoe zal het dan de organisatie van gelijkaardige referenda kunnen weigeren aan, bijvoorbeeld, de Republika Srpska of de Krajina, om over de Servische enclaves in Kosovo nog maar te zwijgen? Was het trouwens Nicolas Sarkozy zelf niet die in de zomer van 2008 nog ging bemiddelen tussen Rusland en Georgië over Zuid-Ossetië en Abchazië? Na de aanhechting van de zes faciliteitengemeenten bij Frankrijk via gemeentelijke referenda zullen ze hem in het Kremlin graag nog een tweede keer zien langskomen om één en ander door te praten. Of hij in de Georgische hoofdstad Tbilisi nog even welkom zou zijn, is een andere vraag.
En zelfs als men in Parijs in eerste instantie de principes, die men anders met zoveel vuur verdedigd heeft, even overboord zou willen gooien omdat het hemd nu eenmaal nader is dan de rok, dan zijn er nog altijd Berlijn, Londen en Washington DC om de Franse politici bij de les te houden. En, laten we dat niet vergeten, Brussel zelf ook, als hoofdstad van de EU. Inderdaad, men kan van de Europese Unie zeggen wat men wil, maar ik kan me moeilijk voorstellen dat men er daar erg geïnteresseerd zou zijn om in de eigen achtertuin precedenten te scheppen die in een mum van tijd een heleboel internationale en diplomatieke problemen zouden kunnen creëren. Zelfs binnen de eigen grenzen van de Unie, met onder meer Hongaarse minderheden in zowat elk buurland van Hongarije, of de Noord-Ierse kwestie. Gaat men daar bijvoorbeeld ook per graafschap een referendum organiseren over aansluiting bij de Ierse republiek? Als ik Elio di Rupo en Philippe Moureaux één ding zou willen aanraden voor een geslaagde afscheuring van de Republika Blgska van Vlaanderen, dan wel dat ze alvast de plannetjes voor gemeentelijke referenda in de Zes onmiddellijk zouden opbergen. Nog maar een poging zo'n referendum te organiseren zou er immers onmiddellijk en definitief voor zorgen dat de internationale gemeenschap voor de opdeling van België niets anders meer zou aanvaarden dan de interne grenzen.
Welke conclusie levert dit alles op? Ten eerste dat het met de concrete invulling van plan B aan Franstalige zijde nog niet helemaal snor zit. En ten tweede, dat men binnen de PS de trappers even goed kwijt is. En misschien nog altijd is. Dit media-offensief is geen nauwkeurig uitgekiende mediastunt om Vlaanderen de stuipen op het lijf te jagen (zoals bijvoorbeeld Alexander de Croo schijnt te denken). In dat geval zou Elio di Rupo immers niet met het scenario uitgepakt hebben bij L'indiscret, een programma op de RTBf waar in Vlaanderen alleen de hardere nationalisten naar kijken. Charles Bricman schijnt dan weer de mening toegedaan te zijn dat het niet gaat om een electorale positionering van de PS, maar een bewuste strategie om de onvrede in de Franstalige publieke opinie te kanaliseren. Ik vrees echter dat het plan B daarvoor te veel met haken en ogen aan mekaar hangt, en dat de presentatie ervan te slecht uitgewerkt was om de PS van zoveel bewuste handeling te verdenken. Waarschijnlijker lijkt het mij dat de PS op dit ogenblik gewoon deel uitmaakt van die ontevreden Franstalige publieke opinie, en dat de hele vertoning een ongecontroleerde communautaire steekvlam was.
Dit betekent echter niet dat men in Vlaanderen zomaar op z'n twee oren kan slapen wat referenda in de zes faciliteitengemeenten betreft. Die gemeenten kennen immers anti-Vlaamse gemeenteraden, wat onder meer tot uiting komt in de resoluties tot aansluiting bij het Brusselse Gewest, zoals die daar met de regelmaat van de klok aangenomen worden. Het is dus best mogelijk dat enkele of zelfs alle burgemeesters tenminste pogingen zullen ondernemen tot het organiseren van referenda, of in de gemeenteraden resoluties zullen willen aannemen om zich aan te sluiten bij romp-België. De Vlaamse politici moeten er dan ook voor zorgen dat ze hun argumenten klaar zullen hebben wanneer het zover is, en het kan daarbij geen kwaad als men ook binnen de Vlaamse Beweging eens goed nadenkt over die zaken. Liefst van al zonder al te veel taboes, en als het even kan ook met een beetje zelfvertrouwen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten